— 139 —
de werking van licht en schaduw, of liever aan de meerdere of mindere kracht van het licht haar aanwezen te danken heeft, en dat de kleuren er geene andere rol in spelen, dan dat zij de werking van het licht op de zilveren plaat versnellen of vertragen, moet het ongelooflijk voorkomen te vernemen, dat de lichtbeelden, door den stereoskoop beschouwd, de stof en de kleur der ligchamen kenbaar maken, waarnaar de teekeningen genomen zijn. En toch kan dit zonder overdrijving beweerd worden. Om mij slechts te bepalen bij die teekeningen, die ik zelf voor den stereoskoop door het licht heb doen scheppen, kan ik verklaren, dat brons, zilver, goud, glas, porcelein, schildpad, marmer, gips, enz. dadelijk van elkander zijn te onderscheiden. Een zeer merkwaardig effect leveren glazen voorwerpen op, waar men door heen ziet. Het porcelein en schildpad, het goud en brons schitteren ieder met hunnen eigenaardigen glans. Het beeld van den spiegel, voor welken men voorwerpen heeft geplaatst, kaatst in den stereoskoop met zulk eene getrouwheid de beelden dezer voorwerpen terug, en doet dit zoo geheel overeenkomstig met hetgeen er in de werkelijkheid ten dezen aanzien geschiedt, dat men zich geweld moet aandoen, om de overtuiging te behouden, dat het slechts twee platte figuren zijn, die ons ter beschouwing zijn voorgelegd.
Indien men de voorwerpen, welke men stereoskopisch, uit twee verschillende oogpunten, wil projecteren, in grooten getale door elkander legt, en ze daartoe natuurlijk niet te uitgebreid neemt, zoo kan men zich een dubbel genot bereiden. Het is natuurlijk bij het zien van elke teekening afzonderlijk hoogst moeijelijk, om de afgebeelde voorwerpen van elkander te onderscheiden; de lichtschakering, de wederzijdsche bedekking, de kleine afmetingen dragen ieder het hare bij, om een zeker verward voorkomen aan de figuren te geven. Naauwelijks heeft men echter de platen door de lenzen van den stereoskoop beschouwd, of als door een tooverslag ontstaat het relief, en de modellen der ligchamen komen onverwijld in het oog.
Wij gebruikten daar het woord modellen, en hebben dit overgenomen van den beroemdsten der photographen, den ijverigen claudet te Londen, die misschien het uitgebreidste photographi-