die eene Duitsche was, in het Kleefsche, met welke zij somtijds briefwisseling gehouden had; het scheen haar eene edele vrouw toe; zij vertrouwde deze haar geheim, en ontving verlof tot haar te komen. Bij de prinses wendde zij eene badreize voor, en werd in het afgelegene plaatsje moeder van eene dochter.
De goedhartige bloedverwante, welke Anaïs ondanks hare misstappen had leeren beminnen, stelde haar voor, de kleine Marielle bij zich te houden, totdat zij zelve veilig de moederplichten op zich nemen kon. De jeugdige moeder nam dit dankbaar aan, en keerde vooreerst in haar gewonen kring terug, doch niet, om er door verstrooiingen gelukkig te zijn. De stilte en de eenzaamheid, waarin zij eenige weken verkeerde, hadden haar tot nadenken, en daardoor tot betere gevoelens gebracht. Zij nam voor, zich geheel te wijden aan het geluk van haar kind. Dat kind zou voortaan de bestemming van haar leven regelen; zij had het duur gekocht; zij wilde voortaan geen genot, geene hoop, geene eerzucht voeden, dan die, welke dat kind betrof; maar zij huiverde niettemin bij het inzien van haar toestand; bij het bedenken, hoezeer zij zich buiten staat gesteld had, om voor dat kind te zijn, wat zij moest. Zij dacht aan Oscar als aan een reddenden engel. Zij deelde hem de geboorte harer dochter mede, en smeekte hem voor deze om bescherming. Een sterk verlangen, om de kleine te zien, dreef den graaf naar het afgelegene plaatsje; hij zag het meisje, dat vriendelijk lachende de armpjes naar den ernstigen man uitstrekte; het binnenste van zijn hart werd bewogen; hij gevoelde zich vader .
De liefde voor het kind verving de liefde, die hij eens der moeder toedroeg. Hij nam zich stellig voor, een goed vader te zijn; hij besloot nimmer te huwen, om zijner Marielle geene deelgenooten te geven in zijne teederheid, en hij had genoeg vastheid van wil en van karakter, om vol te houden, wat hij eenmaal had voorgenomen. Hij deelde Anaïs zijn besluit mede, om harer dochter eenmaal