Pagina:Bosboom-Toussaint - Negen Novellen, 1883.djvu/176

Deze pagina is proefgelezen

zacht blosje verlevendigd werd, zoo vaak eene lichte gemoedsbeweging slechts haar aandeed. Hare kleeding was naar de mode van den tijd; de kleuren juist gekozen om elke harer schoonheden recht te doen, en van zoodanige rijke stoffe, dat het gemis van nutteloozen, overvloedigen tooi eer moest worden toegeschreven aan goeden smaak, dan aan bekrompenheid. Haar donker blosje en een licht samentrekken van den mond bewezen, dat zij het bittere gevoelde van het woord der markiezin.

— Mevrouw de markiezin! het is mejuffrouw…

— ‘t Is wel, mijnheer! viel De Maintenon snel in, en een blik slaande op eene dier groote pendules met veel verguld—, lof— en beeldwerk, en eene groote porseleinen wijzerplaat, geplaatst op den schoorsteenmantel, zeide zij: Het is drie uur! de koning zal weldra hier zijn.

— Edele vrouw! begon nu het meisje; ik wenschte eenigszins te kunnen uitdrukken de verplichting, die ik jegens uwe edelheid gevoele, en mijne groote dankbaarheid… dat zij mij wil toelaten…

— Ik doe slechts mijn plicht, mijn kind! hernam de vriendin des konings, en telde de steken op haar patroon. De graaf De Feuquières is zeker een te hoog geplaatst misdadiger, dan dat gij langs den gewonen weg recht tegen hem verkrijgen zoudt.

— Maar het is juist, om hem te redden, mevrouw! dat ik mijne schuchterheid overwon, en de hulp van mijnheer Rigaut inriep tot dezen stap, zeide de jonge vrouw, De markiezin schudde zachtjes het hoofd. Zoo zij plan had iets te antwoorden, werd zij daarin verhinderd door het openen van de glazendeur op den achtergrond van het vertrek, en het binnentreden van Lodewijk XIV zelven, die zijn hoed afnam, om mevrouw De Maintenon te groeten; de twee edellieden van zijne kamer die hem tot daar vergezeld hadden, traden niet mede binnen. De markiezin groette door op te staan en met eene buiging, en scheen willens, een armstoel aan te schuiven, doch eene snelle be-