Pagina:Land en volk van Sumatra (1916).djvu/36

Deze pagina is proefgelezen

16

Vulkaanrij door Straat Soenda.

Deze Radjǒbasǒ is het uitgangspunt van eene rij vulkanische eilanden, dwars door Straat Soenda strekkend tot Java's Zuidwestelijke schiereiland en wel over de kleine Poelau Tiga, weinig boven het zee-niveau uitstekend, Seboekoe (426 M.), Sebesi (859 M.), de resten der Krakatau-ruïne (822 M.) en het Prinsen-eiland.


De hypothese der vulkanische spleten.

Volgens eene bekende hypothese zou het gloeiende magma uit de samenhangende kanalen in de aardkorst omhoogdringen langs hoofdspleten, daar waar door ernstige storingen en breuken de aardkorst het zwakst was, den minsten weerstand bood, zooals aan de randen van diepe inzinkingen (de groote oceanen).

Van die hoofdspleten gaan dan zijspleten uit, waarlangs eveneens vulkanen ontstaan. De vulkanen van Sumatra, Java enz. werden aldus gegroepeerd langs die hypothetische hoofd- en zijspleten. Volgens die theorie zou Krakatau dus liggen op de snijding der hoofdspleten van Java en Sumatra en van de zooeven aangeduide dwarsspleet. Tegenwoordig zijn de begrippen omtrent de plaats der vulkanenvorming eenigszins gewijzigd. Het schijnt, dat de plaats van den minsten weerstand niet bepaald langs de lijnen der buigingen van de aardkorst zelve moet worden gezocht.

Vulkanen kunnen wel onafhankelijk van spleten ontstaan; het magma kan wel op andere wijze opstijgen, en vormt niet op, maar in eene zone naast de groote dislocatie-lijnen vulkanen.


Blalau en omgeving.

Oostelijk van het bovendeel van de Tangkamoes-bergrij ligt de Blalau, vanwaar een pad—in de Westelijke kustvlakte een weg—naar Kroë voert. Men is nu bezig met den aanleg van een goeden weg van Kroë over Liwa in de Blalau en dan naar het Noorden ombuigend naar Moearǒdoeǒ, welke weg 110 K.M. lang zal worden en een millioen zal kosten.

De Blalau behoort tot de afd. Kroë, sluit zich aan bij de Ranau districten, ligt ongeveer 900 M. hoog, is gezond en vruchtbaar, maar slecht bevolkt.