A bus rides to freedom

‘A bus rides to freedom’ door Karel Poort
Gepubliceerd in dagblad De Morgen, België. 19 februari 1994. CC BY-SA 3.0
           A bus rides to freedom


Memphis

Vergeleken met heel veel andere grote steden in de Verenigde Staten is Memphis zo op het eerste gezicht een rustige provinciestad. Brede straten, weinig verkeer, voetgangers te tellen. Alleen tijdens de lunchpauze is het redelijk gevuld in Mainstreet, het hart van downtown Memphis, maar verder ziet het er hier allemaal erg belegen uit en bijna niets doet herinneren aan de turbulente tijden van weleer. De terrasjes en hamburgertenten zijn op dit tijdstip redelijk goed bezet, maar het overwegend zwarte horecapersoneel hoeft zich niet het vuur uit de sloffen te lopen om het allemaal te bestieren. De bediening is buitensporig vriendelijk, zoals overal in de VS. Verwonderlijk is dat niet, want bijna iedereen werkt hier tegen een minimum uurloon, dus moet men het van tipgeld hebben.

Het is voorjaar, de bomen beginnen uit te lopen, de temperatuur is aangenaam en een aantal straatacrobaten doen hun kunstjes. Het is dus prettig toeven op dit uur van de dag in Memphis. Als we in gesprek raken met een aantal terrasgenoten, merken we al gauw dat met name gekleurde mensen hier een soort van haat/liefde verhouding hebben met het zuidelijke deel van de VS, en Memphis in het bijzonder. Dat is ook niet zo verwonderlijk, want in het verleden er is hier wel het één en ander gebeurd. Na jaren van strijd zijn er nu, althans op papier, gelijke burgerrechten in de zuidelijke regio, alleen is het in de praktijk nog steeds wel zo dat zwarten de minder aangename baantjes voor hun rekening moeten nemen. Een blanke vuilnisman zal je hier niet zo snel achter een vuilniswagen zien rennen, ook schoonmakers zijn in The Deep South meestal zwarten. De blanke bevolking doet doorgaans het schone werk en zitten op de kantoren in driedelige kostuums achter hun computers.

Bealstreet, het hart van het uitgaansleven van Memphis, is een niet al te lange winkelstraat en is volgebouwd met bluescafés en souvenirwinkels die propvol hangen met T-shirts, hoeden en andere attributen die refereren aan grote zwarte sterren als John Lee Hooker en B.B. King. De vrijdag- en zaterdagavonden zijn in Bealstreet bijna uitsluitend een blanke aangelegenheid, de uitvoerende muzikanten zijn veelal zwart, maar de meeste bezoekers die wat geld te besteden hebben zijn toch blank. Het is zaterdagavond en de B.B. King’s Blues Club is tot aan de nok toe gevuld. Officieel is B.B. King eigenaar van deze megaclub, maar in werkelijkheid heeft hij, in ruil voor een zak vol maandelijkse dollars, slechts zijn naam aan dit etablissement gegeven en het management is echter helemaal in handen van blanken. De tent staat op z’n kop en we filmen het optreden van een gemixte bluesband, de dansvloer wordt gevuld met uitgelaten types van allerhande rangen en standen, behalve Afro-Amerikanen, want sociaal is zwart Tennessee nog steeds achtergesteld. De Afro-Amerikanen zoeken op dit tijdstip noodgedwongen hun vertier in en rond hun huizen, maken muziek met elkaar, sleutelen wat aan hun oversized Cadillacs en drinken een flesje bier op de veranda’s in het getto.


Heritage Tours

Memphis is niet alleen wereldberoemd als de stad van Elvis’ Graceland, maar vooral ook als de stad waar dr. Martin Luther King op 4 april 1968 zijn laatste dag beleefde. Op de balustrade van het Lorraine Motel, in die tijd het enige hotel waar zwarten de nacht door mochten brengen, werd dr. King vanaf de andere kant van de straat door een sluipschutter in z’n nek geschoten en stierf ter plekke. James Earl Ray, een professionele misdadiger, werd veroordeeld voor de moord maar dit vonnis werd al snel herzien. Ray kreeg uiteindelijk zelfs de steun van leden van de familie van King, want ze gingen er vanuit dat hij het slachtoffer van een samenzwering was geworden. Het Lorraine Motel is omgetoverd tot museum en het middelpunt van de ‘Civil Rights Movement’. Urenlang kun je hier rondlopen om de met zorg samengestelde collectie uit het midden van de jaren zestig te bezichtigen. De sfeer is er nog helemaal zoals 'ie toen was en de overwegend zwarte muziek uit die tijd klinkt uit een prachtige, roze Wurlitzer jukebox die in de hoek van een compleet nagebouwde lunchroom staat. In de in elkaar overlopende, authentiek ingerichte zalen is een indrukwekkende fototentoonstelling ondergebracht waarin de bezoekers tot in detail de geschiedenis van zwart Amerika krijgen voorgeschoteld, gecompleteerd met schokkende zwart/wit archiefbeelden die destijds werden gemaakt in Little Rock, Memphis en tijdens de kruistochten die Martin Luther King maakte voor de Civil Rights Movement.

Het museum is ook een van de locaties die ‘Heritage Tours’ twee keer per week aandoet. Heritage Tours is een tweekoppig bedrijfje dat met een gele schoolbus uit de jaren vijftig zo’n vijfentwintig historisch belangrijke locaties aandoet, in en rond het centrum van Memphis. De zusters Elaine Turner en Joan Nelson riepen tien jaar geleden Heritage Tours in het leven, met als doel vooral jonge zwarte schoolkinderen bewust te maken van hun afkomst en hen een beeld te geven van wat hun voorouders in deze regio allemaal hebben moeten doormaken. Joan zegt het belangrijk te vinden dat zwarte teenagers weten waar ze vandaan komen, weten dat hun voorouders slaven waren, dat ze niet hun eigen Afrikaanse naam dragen maar die van de vroegere slavenbazen en dat ze anno nu nog steeds niet dezelfde rechten hebben als hun blanke landgenoten. ‘Als je deze jonge mensen naar de plekken brengt zoals de vroegere slavenmarkten, de plaats waar Martin Luther King is vermoord, of waar vluchttunnels werden gegraven, dan pas gaan de lessen die ze op school hebben geleerd voor ze leven. Dat zie je aan ze, ze trekken de woorden uit je mond.’ zegt Joan, en is de meest radicale van de twee zussen, volgelinge van de militante moslim Harassed en praat doorlopend over het minderwaardigheidscomplex dat ze met zich meedraagt. Iets dat zwarten door de blanke slavendrijvers is aangepraat, maar ook loopt ze over van haar grote verlangen ooit nog eens terug te keren naar haar roots: Afrika. Joan en Elaine komen uit een groot gezin. Veertien kinderen en het Afrikaanse bewustzijn is er door hun ouders met de paplepel ingegoten. Al hun broers en zussen zijn tot op de dag van vandaag op één of andere manier wel bij de Civil Rights Movement betrokken. Ze zijn druk bezig met het natrekken van hun roots, iets wat maar weinig Afro-Amerikanen doen en ze zijn al een flink eind op weg. Zo weten ze onder meer dat hun oorspronkelijke Afrikaanse familienaam Tiko is en hun voorouders destijds uit Senegal zijn gedeporteerd. Westerse kleding is aan Joan en Elaine niet besteed, ze dragen uitsluitend door hun zuster Susan geïmporteerde, Afrikaanse kleding, die ze in haar winkeltje African Emporium aan de Elvis Presley boulevard verkoopt. ‘Want,’ zeggen de zussen in koor, ‘deze kleding is veel mooier en zo houden we het gevoel met onze voorouders levend.’ De familie Nelson was in de jaren zestig een van de meest gearresteerde zwarte families in het zuiden van Amerika, hebben aan talloze demonstraties meegedaan en vele nachten in de gevangenis moeten doorbrengen vanwege hun nooit aflatende strijd voor gelijke burgerrechten. Joan: ‘Destijds was het voor ons verboden om tijdens de schoolpauzes in de lunchrooms in de buurt van onze school een kopje koffie te drinken. We moesten al onze moed verzamelen om de rassenscheiding te bestrijden, dus gingen we in de schoolpauzes naar lunchroom KRESS, een beroemde lunchroom in die jaren en het middelpunt van de rellen tussen blank en zwart. Zwarten mochten hier niet naar binnen maar we deden het toch, werden natuurlijk niet bediend en vervolgens dringend verzocht om op te krassen. Maar we weigerden, waarop de blanken op ons in begonnen te rammen. We waren volgelingen van dr. King en hingen geweldloosheid aan, dus lieten we ons zonder iets terug te doen keer op keer afrossen. De filmbeelden die toen zijn gemaakt gingen de hele wereld over en maakte meer bij de internationale pers los dan de blanken lief was. Maar de volgende stap van de KRESS-directie was, als we er weer eens waren uit gekegeld, dat de tent tijdelijk werd gesloten om het een half uur later weer te openen en zo begon het hele ritueel weer van voren af aan. Zo gingen we met bonzend hart van de ene lunchroom naar de andere, soms wel vijf op een dag. Maar zoals je begrijpt gebeurde daar precies hetzelfde, totdat politieagenten ons in de overvalwagens gooiden en we de nacht in de cel moesten door moesten brengen.’


Medgar Evers

De staat Tenessee heeft deze maand februari uitgeroepen tot Black History Month. In de stad zijn tal van activiteiten georganiseerd, kranten besteden aandacht aan de zwarte historie en op de lokale televisie is dagelijks een uur extra zendtijd gereserveerd. Maar dat zijn niet de enige belangrijke items die zich op dit moment afspelen in deze regio, want tweehonderd vijftig kilometer zuidelijker is in de stad Jackson het proces Medgar Evers in volle gang. Evers was begin jaren zestig een van de belangrijkste mensen binnen de Civil Right Movement, die samen met dr. Martin Luther King van stad naar stad trok om de zwarte gemeenschap tot geweldloze acties op te roepen ondanks de bedreigingen van de Ku Klux Klan die dagelijks haar agressieve haat in praktijk bracht middels intimidatie, brandstichtingen en moord- en lynchpartijen.

Op 11 juni 1963 komt Medgar Evers vlak voor middernacht thuis van een spreekbeurt en parkeert zijn auto voor zijn huis. Zijn vrouw Merlie hoort dat Medgar de deur van zijn auto dichtslaat, maar tegelijkertijd ook een aantal schoten. Gillend rent ze het huis uit en ziet haar man voorover op de grond liggen. Medgar Evers is in z’n rug geschoten en sterft een half uur later op weg naar het ziekenhuis in de armen van zijn vrouw. Negen dagen later wordt, aan de hand van vingerafdrukken op de auto van Evers, Byron De La Beckwith gearresteerd en op 2 juli voor de rechter gebracht. Maar De La Beckwith komt op borgtocht vrij en het vervolg van de zaak, op 7 februari 1964, is een lachertje. Een voltallig blanke jury acht De La Beckwith onschuldig en ook een tweede proces heeft hetzelfde resultaat. De La Beckwith is volgens de jury, gesteund door de toenmalige gouverneur van Mississippi die op gezette tijden de rechtszaal binnenloopt om de jury te beïnvloeden, onschuldig bevonden en is weer vrij man. Op 17 april van dat jaar wordt de zaak nogmaals heropend, maar alweer spreekt een blanke jury hem vrij. Bob Dylan schreef in z’n glorietijd het prachtige, cynische nummer ‘Only a Pawn in Their Game’ als aanklacht tegen de gewelddadige rassenscheiding.

A bullet from the back of a bush took Medgar Evers’ blood, a finger fired the trigger to his name, a handle hid out in the dark, a hand set the spark, two eyes took the aim, behind a man’s brain, but he can’t be blamed, he’s only a pawn in their game.

A South politician preaches to the poor white man, you got more than the blacks, don’t complain, you’re better than them, you been, born with white skin, they explain, and the negro’s name, is used it is plain, for the politician’s gain, as he rises to fame, and the poor white remains, on the caboose of the train, but it ain’t him to blame, he’s only a pawn in their game.

The deputy sheriffs, the soldiers, the governors get paid, and the marshals and cops get the same, but the poor white man’s used in the hands of them all like a tool, he’s taught in his school, from the start by the rule, that the laws are with him, to protect his white skin, to keep up his hate, so he never thinks straight, about the shape that he’s in, but it ain’t him to blame, he’s only a pawn in their game.

From the poverty shacks, he looks from the cracks to the tracks, and the hoof beats pound in his brain, and he’s taught how to walk in a pack, shoot in the back, with his fist in a clinch, to hang and to lynch, to hide ‘neath the hood, to kill with no pain, like a dog on a chain, he ain’t got no name, but it ain’t him to blame, he’s only a pawn in their game.

Today, Medgar Evers was buried from the bullet he caught, they lowered him down as a king, but when the shadowy sun sets on the one, that fired the gun, he’ll see by his grave, on the stone that remains, carved next to his name, his epitaph plain: only a pawn in their game.

Maar tijden veranderen, zelfs in een staat als Mississippi, en Medgar Evers' weduwe Merlie heeft in de lange tussenliggende periode niet stilgezeten. Jaar in jaar uit verzamelde ze nieuw bewijsmateriaal tegen De La Beckwith en neemt in 1989 opnieuw een advocaat in de arm. De procedure is lang en uitputtend, maar stap voor stap komt een nieuwe voorgeleide dichterbij. De La Beckwith wordt zo’n kleine dertig jaar later opnieuw gearresteerd, maar komt andermaal, tegen betaling van honderdduizend dollar uit de KKK-clubkas, op borgtocht vrij. Maar Merlie Evers en haar advocaat blijven doorvechten, met als resultaat dat op 18 januari 1994 de zaak voor de zoveelste keer wordt heropend, maar nu in Jackson. Een derde rechtszaak volgt, met dit verschil dat de jury dit keer uit acht zwarten en vier blanken bestaat. Het net begint zich langzaam rond De La Beckwith te sluiten, maar de notoire racist vertoont geen spoor van emotie of spijt.


De uitspraak

Vandaag is de uitspraak in het proces tegen Byron De La Beckwith. Samen met Joan, Elaine, twee vrienden van de zussen en de chauffeur rijden we in een witte Chevrolet langs de eindeloze katoenvelden in de richting van Jackson, Tennessee. De sfeer in de auto is gespannen, lange tijd wordt er niet gesproken, slechts het monotone gezoem van de dieselmotor is hoorbaar. Maar opeens begint Elaine te zingen. Brothers and sistrs keep your mind, stayyyyy on freedom, haleluja, haleluja, haleluja. Medgar Evers kept his mind, stayyyyy on freedom, haleluja, haleluja, haluluja. Joan verstrakt. ‘Als je dikke lippen, een brede neus en kroeshaar hebt, dan is dat in dit land al een reden om vermoord te worden, tot op de dag van vandaag, alleen hebben we nu te maken met andere tactieken en maniertjes. Wetten mogen dan zijn vastgelegd, maar de mensen zijn niet of nauwelijks veranderd.’

Aan het eind van deze dag, als we op de terugweg iets gaan eten in een kiprestaurant, zullen de woorden van Joan op schokkende wijze worden bevestigd. Eenmaal in Jackson aangekomen zien we een enorme bedrijvigheid, zowel rondom als in het gerechtsgebouw. Satellietschotels zijn in stelling gebracht, nerveus heen en weer dravende televisiecrews proberen de laatste nieuwtjes te scoren. Een ieder die ook maar het kleinste detail te melden heeft wordt door verslaggevers van de schrijvende pers, radio of voor één van de vijfentwintig televisiecamera’s geïnterviewd. Het is een mediaspektakel die z’n weerga niet kent, zelfs CNN heeft z'n stellingen betrokken. De jury is al tien uur in conclaaf en men verwacht dat het nog wel even kan duren. De spanning stijgt in de wandelgangen van het gerechtsgebouw, speculaties doen onafgebroken de ronde. De La Beckwith zou te oud zijn om nog te worden veroordeeld, hij is inmiddels drieënzeventig jaar en z’n kansen worden fiftyfifty ingeschat. Maar aan het eind van de middag zwaait in de gang een deur open, en de persvoorlichter maakt namens rechter L. Breland Hilburn bekend dat de jury Byron De La Beckwith schuldig heeft bevonden aan moord op Medgar Evers, nu eenendertig jaar geleden. Een spontaan gejuich klinkt door de kale gangen van het gebouw, zelfs blanke journalisten delen het enthousiasme met hun zwarte collega’s. Het recht krijgt na al die lange jaren van strijd dan toch nog z’n loop, De La Beckwith zal de rest van z’n leven achter de tralies verdwijnen. De uitspraak brengt grote opluchting teweeg bij de zwarte bevolking, vooral in het zuiden van de Verenigde Staten. Natuurlijk ook veel emoties bij Merlie Evers, haar kinderen en de advocaat die haar al die jaren heeft bijgestaan. Ze vallen elkaar juichend en huilend in de armen. In de hectische momenten van het moment is het moeilijk om Merlie Evers voor onze camera en microfoon te krijgen, maar door lobbyen van Joan en Elaine lukt het uiteindelijk dan toch. Merlie loopt met tranen in haar ogen helemaal leeg. Bob Dylan had het ons al voorspeld: Times they are changing.

Als we ‘s avonds laat op de terugweg naar Memphis nog even een Kentucky Fried Chicken aandoen, worden we op choquerende wijze herinnerd aan Joans woorden eerder deze dag. We parkeren onze Chevrolet haaks voor het raam van het etablissement en wandelen met z’n zevenen naar binnen in de richting van een leegstaand tafeltje achter in de eetgelegenheid. In de ruimte zitten mannen met cowboyhoeden en vrouwen met Tammy Wynetteachtige suikerspinkapsels aan formica tafeltjes hun kippetjes te eten en we voelen hun ogen op ons gericht. Er wordt galmend en schamper gelachen. Maar dat is niet van lange duur, want de meeste van hen verhuizen al scheldend naar een heel ander deel van de zaak. Paul en ik denken te begrijpen wat er gaande is, maar willen dat toch nog even checken bij onze reisgenoten. Joan doet het woord en herinnert ons aan wat ze op de heenweg zei: ‘Dikke lippen, een brede neus en kroeshaar is in dit land voldoende reden om te moorden, maar er zijn ook vele varianten, zoals deze. Deze acties van die stomme imbecielen zijn niet zozeer tegen óns gericht, want je ziet hier wel meer zwarte mensen een kippetje eten. Maar jullie zijn het doelwit van die idioten, jongens. Júllie! Zwarten mogen dan nu wel wat eten in de restaurants, dat is volstrekt legaal en bij wet vastgelegd, maar dat je hier als blanken met zwarten in één auto reist en dan ook nog met ze gaat zitten eten, dat gaat in de ogen van deze stompzinnige idioten alle perken te buiten.’ Paul en ik willen het liefst zo snel mogelijk het pand verlaten, maar Joan stelt ons gerust. ‘Wat hier gebeurt is voor jullie iets heel bijzonders en maakt jullie kwaad, maar wij zijn dit wel gewend, wij voelen dit al ons hele leven. Wij maken ons daar dus niet eens meer druk over, want dan kan je wel aan de gang blijven. This is America, boys, this is the Deep South …’

De opluchting over de uitspraak in Jackson is groot en duurt nog wel een paar dagen voort in het kantoortje van de gezusters Nelson/Turner. De fax ratelt onafgebroken en vrienden en familieleden worden gebeld, geen nieuwsuitzending overgeslagen. Al het beeldmateriaal wordt opgenomen op VHS en zorgvuldig gearchiveerd.


Underground railroad

De volgende dag rijdt voor het kantoortje van Heritage Tours een Holly Grove Public Schoolbus met Afro-Amerikaanse teenagers, Elaine en Joan nemen plaats voor in het gele gevaarte en nemen beurtelings de boordmicrofoon ter hand. De kids luisteren ademloos naar wat het tweetal over het zwarte verleden van Memphis te vertellen heeft. Joan drukt de kinderen op hun hart dat ze snel literatuur over haar idool Ida B. Wells, een zwarte vrijheidsstrijdster uit de jaren dertig, aan moeten schaffen of lenen bij de bibliotheek. De bus stopt bij Burkle Estate. Een vervallen, houten huis van de Duitse emigrant Jacob Burkle, dat nu als museum is ingericht. Burkle had in de vorige eeuw, toen de slavenhandel nog volop floreerde in deze regio, de euvele moed om samen met een aantal andere blanke vrienden van onder dit huis en in het diepste geheim een twaalfhonderd meter lange tunnel te graven, die Underground Railroad werd genoemd, om op die manier duizenden zwarte slaven kruipend te laten ontsnappen in de richting van de oever van de Mississippi. Elaine legt de kinderen uit dat hun voorouders uit Afrika kwamen, als slaven naar Amerika werden verscheept en op slavenmarkten verhandeld aan landeigenaren om het zware werk te doen. Aan de muren van het museum hangen authentieke advertenties die afkomstig zijn uit het stadsblad van Memphis.

NEGROS WANTED! Wij bieden de hoogste prijs voor jonge gezonde negers. Breng ze naar ons kantoor. 1 oktober houden we een markt, waar allerlei soorten negers te koop worden aangeboden. Uit Virginia en Kentucky, uitgekozen door eersteklas slavenhandelaren.

De kinderen zijn zichtbaar onder de indruk, maar er komt nog meer, want Joan en Elaine nemen ze mee naar de kelder onder het huis. Een koude, vochtige en angstig makende ruimte die destijds door Burkle en zijn vrienden helemaal met de hand is gegraven. De slaven verbleven soms maanden achtereen in deze schuilplaats, alvorens ze in de richting van de Mississippi konden kruipen waar ‘s nachts boten lagen te wachten die hen vervoerden naar Cairo in de staat Illinois, vanwaar ze verder werden vervoerd naar de vrijheid die in Canada en andere noordelijke staten lag te wachten. Elaine probeert bij de kids de sfeer van toen op te roepen en begint een freedomsong te zingen. De kinderen neuriën, sommigen tot tranen toe geroerd, met haar mee. Joan vertelt op haar beurt waarom veel Afro-Amerikanen elkaar ‘brother en sister’ noemen. De nieuwsgierige kids hangen aan haar lippen. ‘Dat komt omdat in de tijd van de slavernij hele families uit elkaar werden gerukt. Men wist op een gegeven moment niet eens meer wie nu wie was en wie er nu al dan niet een broer of zus van je was, dat kon eigenlijk iedereen zijn. Dus was het handiger als je iedereen maar als je broer of zuster ging beschouwen.’

Een uur later vervolgt de gele schoolbus z’n weg langs een van de andere talrijke zwarte locaties uit het roemruchte verleden van Memphis. Ze stoppen bij het standbeeld van Nathan Bedford Forrest (1821-1877), een man die bekend stond als één van de meest sadistische slavendrijvers uit de vorige eeuw. Forrest wordt tot op de dag van vandaag door racistische blanken als een held vereerd, hoewel er uit progressieve hoek nu stemmen klinken het beeld te slopen. Joan: ‘Indrukwekkend hè, zo’n gewichtige man op een paard, maar deze man is de oprichter van de Ku Klux Klan. Voor de zwarte bevolking hier in Memphis is hij hét symbool van haat, blanke suprematie, racisme en moord, kortom alles waar de KKK verantwoordelijk voor is. Maar toch zijn er nog steeds veel blanken in Memphis die hem eren. Op z’n geboortedag bijvoorbeeld komen hier honderden mensen bijeen om hem eer te bewijzen, sterker nog, er is zelfs nog steeds een wet dat z’n geboortedag geëerd moet worden.’

Joan en Elaine nemen de kinderen nog mee naar de slavenmarkten, rijden langs het gebouw waar dr. Martin Luther King zijn laatste speech hield en het ziekenhuis waar hij naar werd overgebracht nadat hij was beschoten op de balustrade van het Lorraine Motel.

A bus rides to freedom