[ 2 ]Word geadverteerd, dat uit kragte van een Acte van het Derde Default, en Vierde Mandement van Rau Actie met de Clauſule van Edicte ad valvas Curiæ, van den Hove van Holland geimpetreerd, by Mr. Jacob Heyns, Raad en Burgermeeſter der Stad Leyden, Cumsz., tegens Maandag den 1 Mey 1775, ten vierde maale ex ſuper abundanti zyn opgeroepen, alle en een iegelyk die zouden mogen willen ſustineeren aan wylen Johanna Catharina van Velzen, (Dochter van meede wylen Joſias van Velzen, en Maria Fremeaux, in der tyd Egte Lieden) van ’s Vaders Moeders zyde te beſtaan, mitsgaders volgens het Nieuwe Scheependoms of Zuid-Hollands Verſterfregt ab inteſtato geregtigt te zyn tot de Nalatenſchap van de voorn. Johanna Catharina van Velzen, omme als nog te zien verklaaren, dat de Imptn. als de voorn. Johanna Catharina van Velzen van deszelfs Vaders Moeders zyde, in den zesden graad beſtaande, volgens het Nieuwe Scheependoms of Zuid-Hollands Verſterfregt ab intestato, en mits dien ook uit kragte van de dispoſitie Testamentair van de gemelde Johanna Catharina van Velzen, met ende nevens nu meede wylen haaren overleeden Man Jan Iſaac Fremeaux, den 11 April 1765 gepasſeerd, met uitſluiting van alle anderen gerechtigt zyn, tot de helfte van de Nalatenſchap van voorn. Johanna Catharina van Velzen, na aftrek der Legaaten, welke uit dezelve haare Nalatenſchap uit kragte van de voorſz. dispoſitie Testamentair moeten worden betaald.
