|
DE KUNSTWEDSTRIJDEN TE BERLIJN
Programma voor de Nederlandsche inzending.
OLYMPISCHE SPELEN.
In Augustus 1936 worden te Berlijn internationale wedstrijden en een tentoonstelling georganiseerd van beeldhouwkunst, bouwkunst en schilderkunst, alsmede een internationale wedstrijd voor muzikale compositie, behoorende bij de Spelen der Xle Olympiade.
Het Nederlandsch Olympisch Comité heeft thans het programma bekend gemaakt voor de Nederlandsche inzending. Wat de wedstrijden voor beeldhouwkunst, bouwkunst en schilderkunst betreft, zal tot de tentoonstelling alleen oorspronkelijk werk van levende Nederlandsche kunstenaars kunnen worden toegelaten, welk werk door de makers zelf is ingezonden en waarvan de voorstelling verband houdt met sport. De werken moeten tijdens de Xe Olympiade, dit is na 1 Januari 1932, zijn ontstaan en mogen niet hebben deelgenomen aan den wedstrijd van de Spelen der Xe Olympiade te Los Angeles in 1932. De inzendingen zuilen moeten geschieden aan de Kunslcommissie van het N.O.C., van 10 tot ten laatste 15 April 1936.
De commissie voor de Nederlandsche schilderkunst bestaat uit de heeren mr A. baron Schimmelpenninck van der Oye als voorzitter, J. W. Teillers, secretaris der Kunstcommissie van het N.O.C., Ed. Gerders, Arend Hendriks, Willy Sluiter en G. Westerman; de commissie voor beeldhouwkunst uit den voorzitter en den secretaris van de Kunstcommissie van het N.O.C. en de heeren H. A. van den Eynde, Tjipke Visser en Dirk Wolbers en de commissie voor bouwkunst uit den voorzitter en den secretaris der Kunstcommissie van het N.O.C. en de heeren ir Jan Gratama, J. Luthmann en Jan Wils.
Tot den intern. wedstrijd voor werken van levende componisten, behoorende tot de landen, welke zijn uitgenoodigd tot de Spelen der Xle Olympiade, zullen kunnen worden toegelaten: a. composities voor solo- of koorzang, met of zonder piano of instrumentale begeleiding; b. composities voor een instrument, met of zonder begeleiding en voor instrumentale kamermuziek; c. composities voor orkest, in elke bezetting. Er zullen alleen werken worden toegelaten welke in weidschen zin in betrekking staan tot de Olympische gedachte.
De werken van Nederlandsche componisten moeten voor 1 Januari 1936 aan het N.O.C. te Den Haag worden gezonden. Een Nederiandsche commissie zal een voorkeuring houden en voor elke groep de beste drie werken uitzoeken. Deze commissie zal bestaan uit dr Rudolf Mengelberg, Willem Pijper en C. L. Walther Boer.
|
