Apocriefe boeken/Toevoegsels op Ester 2
Toevoegsels op Ester 2 | |
Auteur | Anoniem |
Genre(s) | Religie |
Brontaal | Nederlands |
Datering | 1906 |
Vertaler | Adolf Visscher (1686-1746) |
Bron | Anoniem (1906) De apocriefe boeken. Uit de Hoogduitsche vertaling van M. Luther eertijds door Adolf Visscher in het Nederduitsch overgezet, [Amsterdam]: Nederlandsch Bijbelgenootschap, p. 154-155. Zie Bestand:De apocriefe boeken p 154.jpg en Bestand:De apocriefe boeken p 155.jpg. |
Auteursrecht | Publiek domein |
[...] 2. Mordechai’s gebed. | |||
EN Mordechai bad tot den Heer en vermeldde zijne wonderwerken en | |||
sprak: Heere God, gij zijt de almachtige Koning, het staat alles in uwe | |||
macht, en uwen wil kan niemand wederstaan, als gij Israël helpen wilt. | |||
2 | Gij hebt hemel en aarde gemaakt en alwat wonderbaar is onder den | ||
3 | hemel. Gij zijt Heer van alles en niemand kan u wederstaan. 4 Gij weet | ||
alle dingen en hebt gezien, dat ik niet uit trotschheid of hoovaardij den | |||
hoogmoedigen Haman niet heb willen aanbidden; want ik was gereed, | |||
Israël ten goede, zelfs zijne voeten gewillig te kussen. Maar ik heb het | |||
gedaan uit vreeze, opdat ik de eer, die mijnen God toebehoort, niet | |||
aan een mensch zou geven en niemand anders zou aanbidden dan mijnen | |||
5 | God. En nu, Heer, gij Koning en God van Abraham, ontferm u over | ||
uw volk; want onze vijanden willen ons verdelgen en uw erf, hetwelk | |||
6 | gij van den beginne af gehad hebt, uitroeien. Veracht uw hoopje niet, | ||
7 | hetwelk gij uit Egypte verlost hebt. Verhoor mijn gebed en wees uw | ||
| |||
volk genadig en verander ons treuren in vreugde, opdat wij leven en | |||
uwen naam prijzen; en laat de mond dergenen, die u loven niet ver- | |||
8 | stommen. En geheel Israël riep uit al zijne kracht tot den Heer; want | ||
zij waren in doodsnood. |