Auteurswet Suriname - Hoofdstuk IV
Hoofdstuk IV. Overgangs- en slotbepalingen
bewerkenArtikel 44
bewerkenBij het in werking treden van deze wet vervalt het Koninklijk besluit van 11 Mei 1883 No. 39 (G.B. No. 11), houdende regeling van het auteursrecht in Suriname.
Echter blijft artikel 11 van dit besluit van kracht ten aanzien van werken en vertalingen, vóór bedoeld tijdstip ingezonden.
Deze wet is van toepassing op alle werken van letterkunde, wetenschap of kunst, welke hetzij vóór, hetzij na haar inwerking treden door of vanwege de maker voor de eerste maal, of binnen dertig dagen na de eerste uitgave in een ander land, zijn uitgegeven in Suriname, alsmede op alle zodanige niet of niet aldus uitgegeven werken, welker makers zijn Nederlanders, dan wel ingezetenen van Suriname.
Een werk is uitgegeven in de zin van dit artikel, wanneer het in druk is verschenen, of in het algemeen wanneer exemplaren daarvan, van welke aard ook, mits in voldoende hoeveelheid, ter beschikking van het publiek zijn gesteld.
De opvoering van een toneelwerk of muziek-dramatisch werk, de uitvoering van een muziekwerk, de vertoning van een cinematografisch werk, de voordracht of radio-uitzending van een werk en de tentoonstelling van een kunstwerk worden niet als een uitgave aangemerkt.
Ten aanzien van bouwwerken en van werken van beeldende kunst die daarmede één geheel vormen, wordt het bouwen van het bouwwerk of het aanbrengen van het werk van beeldende kunst als uitgave aangemerkt.
Artikel 46
bewerkenDeze wet erkent geen auteursrecht op werken, waarop het auteursrecht op het tijdstip van inwerkingtreden krachtens een der artikelen 13 of 14 van het Koninklijk Besluit van 11 Mei 1883 No. 39 (G.B. No. 11), houdende regeling van het auteursrecht in Suriname was vervallen.
Artikel 47
bewerkenHet auteursrecht, verkregen krachtens het Koninklijk besluit van 11 Mei 1883 No. 39 (G.B. No. 11), houdende regeling van het auteursrecht Suriname, blijft na het inwerkingtreden van deze wet gehandhaafd.
Vervallen.
Alle akten en geschriften betreffende de gehele of gedeeltelijke overdracht van auteursrecht of betreffende de vergunning tot uitoefening van enige tot het auteursrecht behorende bevoegdheid, die door de gerechtigde en de verkrijger of hun wettelijke vertegenwoordigers te zamen of ieder afzonderlijk, hetzij in onderhandse vorm, hetzij ten overstaan van een openbare ambtenaar, zonder medewerking van derden, worden opgemaakt, zijn vrij van zegel.
Artikel 50
bewerkenDeze wet kan worden aangehaald onder de titel "Wet auteursrecht 1913".
Artikel 51
bewerkenDeze wet treedt in werking op de dag van haar afkondiging.