Besluit voor een nieuwe nationale vlag (1796)
Besluit voor een nieuwe nationale vlag, op 14 februari 1796 genomen door de Staten-Generaal der Vereenigde Nederlanden. In dit besluit werd bepaald dat de nationale vlag rood-wit-blauwe horizontale banen had. Voor uitsluitend de Bataafse marine was er een toevoeging, een zogeheten Jack of Jeck: Een rechthoekig wit vlak, waarin een Hollandse maagd met schild, speer en vrijheidshoed, waarnaast een half-liggende Hollandse leeuw. Tevens werd vastgesteld hoe de nieuwe wimpel en de geus er uit moesten gaan zien.
Originele tekst
bewerkenNo. 135.
GELIJKHEID, VRIJHEID, BROEDERSCHAP.
PUBLICATIE der Staaten Generaal, bij welke de NATIONAALE VLAG van deezen Staat voor het vervolg bepaald wordt. Gearrefteerd den 14. Februarij 1796. Het tweede Jaar der Bataaffche Vrijheid.
DE STAATEN GENERAAL DER VEREENIGDE NEDERLANDEN; allen den geenen die deeze zullen zien of hooren leezen, Heil en Broederfchap ! doen te weeten: Dat wij, op voordragt van ons Committé tot de zaaken van de Marine, hebben goedgevonden te ordonneeren en te ftatuëeren, gelijk Wij ordonneeren en ftatuëeren bij deeze.
Dat voortaan, en in het toekomende de Nationaale Vlag van deezen Staat zal zijn de gewoone en altoos in gebruik geweest zijnde Bataaffche of zoogenaamde Hollandfche Vlag, beftaande in drie evenwijdige en horizontaale Banden, van gelijke breedte, en van welken de bovenfte rood, de middenfte wit, of ongekleurd, en de benedenfte blaauw gekleurd is; echter met dien verftande, dat, voor zoo verre de Marine van den Staat aangaat, in den bovenften, of rooden Band, van agteren op weinige, bij voorbeeld, 10, 12, of 14 duimen van de Vlagge-Stok, zal worden ingezet een langwerpig vierkant wit gefchilderd Stuk, of zoogenaamde Jack of Jeck, houdende de lengte van een derde gedeelte der geheele Vlag, en eene breedte, die omtrend 8, 10, of 12 duimen minder is, dan die des rooden Bands, waar in dit Stuk word gezet, ten einde 'er bij het inzetten, zoo wel boven als beneden den Jack, een rooden rand van gelijke breedte, en dus wel ter breedte van omtrend 4, 5 of 6 duimen, om het wit blijve.
Dat het gefchilderde op dit ingezetten Stuk, of de Jack, zal beftaan in eene afbeelding van een Maagd in eene bevallige houding, op eenig loof of groen nederzittende, en houdende eene Speer, waar op de hoed der Vrijheid wordt gedraagen, rechtftandig voor zich, met de eene Hand vast en rustende met de andere op een Schild, waar op de Romeinfche Bundel en Bijlen afgebeeld zijn; terwijl aan haare Voeten een Leeuw, in eene zittende of eenigzins liggende geftalte, wordt verbeeld, zoo dat hij met de eene Voorpoot op den grond ruste, en met den anderen Klaauw de reeds gemelde Speer, beneden de Hand der Maagd, omvatte, als willende zorg draagen, dat men de Speer niet aan de Maagd ontrukke, voorts met een zijdwaards gedraaiden Kop, en norsch en grimmig gezicht, buitenwaards, en als naar buiten het Stuk, omkijkende.
Dat, wat den zoogenaamden Geus en den Wimpel betreft, de eerfte, of de Geus zal zijn geheel wit, houdende in het midden alleen dezelve afbeelding, als op den boven omfchreeven Jack, of Stuk, om anderzins in de Vlag ingezet te worden, zonder eenige verdere bijkomende kleuren, randen, vercierfelen of andere bijvoegfelen, van welk een aart die ook zouden mogen zijn.
Dat de Wimpel eenkleurig zijn zal, rood, wit of blaauw, naar den rang des Officiers, die het Schip, of Esquader commandeert, met die bepaaling echter, dat op den witten Wimpel van achteren of aan den top van den Mast de boven omfchreeven afbeelding, flechts overeenkomftig de breedte des Wimpels, daar ter plaatfe verkleind, zal worden gefchilderd. — En dat van achteren aan den ronden en aan den blaauwen Wimpel een dergelijke verkleinde Jack, of gefchilderd wit Stuk, zal worden aangezet, als, wederom overeenkomftig het beschilderde gedeelte des witten Wimpels, voor ieder Chartre zal bevonden worden te behooren; zonder eenigen rooden of blaauwen rand, van achteren of naar den Mast, over te laaten.
Dat voorts de Vice-Admiraals zoo wel als de Schouts bij Nachts Vlaggen, zullen zijn eenkleurig, rood, wit of blaauw, naar den rang der Officieren, gelijk zoo even, met betrekking tot den Wimpel gezegd is; zoo echter, dat in de roode en blaauwe Vlaggen de meergemelde gefchilderde Jack, even als in de gewoone, van gelijke grootte en proportie, en op gelijke plaats en wijze, als daar omtrent boven is bepaald, zal worden ingezet; en dat het zelfde fchilderwerk, eveneens en ter gelijker plaatfe, in een witte, het zij dan door onmidelijke opfchildering op de Vlag zelve, of door inzetting van den gefchilderden Jack, zal worden ingebragt.
Dat eindelijk nog de Standaarts zullen zijn en blijven driekleurig, even als de gewoone Vlag, en hebben ook even als deeze, den geschilderden Jack, in dezelfde proportie gemaakt, fchoon in reden van de breedte des Bands verkleind, op gelijke wijze, als in de Vlag plaats heeft, van achteren in het rood ingezet.
Dat wij wijders hebben goedgevonden, om, wat den tijd aangaat, waarop deeze door Ons gearrefteerde en als zoodanig gefanctioneerde Nationaale Vlag voor het eerst zal worden gedeploieerd, daar toe vast te ftellen, gelijk Wij doen bij deeze, den dag van den 1. Maart 1796. aanftaande, hebbende, ten dien einde, Ons Committé tot de zaaken der Marine gelast, om daar omtrent de noodige ordres, in Onzen naam, aan alle 's Lands Zee-Officieren af te vaardigen, met verdere aanfchrijving, om na den 1. Maart aanftaande geene andere Vlag, dan de bovengemelde, voor die van de Marine deezer Republiek in het generaal te erkennen, of te respecteeren.
Eindelijk hebben Wij al verder goedgevonden, om te ordonneren en te ftatueeren, gelijk Wij doen bij deeze, dat, voor zoo verre de Koopvaardijvaart aangaat, de bovengemelde, en ook daar omfchreeven gewoone Bataaffche of Hollandfche Vlag zal zijn en blijven onveranderd, en volkomen in derzelfer geheel; met uitdrukkelijk verbod aan een iegelijk, wien het zoude mogen aangaan, om in meergemelde gewoone Hollanfche Vlag eenige verandering te maaken, veel min zich van den bovengemelden omfchreeven Jack, welke tot een diftinctief Teeken voor 's Lands Marine alleen en privativelijk geafffecteerd blijft, tee bedienen; of ook eenig ander Schilderwerk, als Gebouwen, Beelden, Boomen, of van welk eener aart zulks zoude mogen zijn, in hunne Vlaggen, Geuzen of Wimpels te brengen, op poene dat dezulken, welke ter contrarie mogen handelen, niet als onder de Vlag der Republiek vaarende zullen worden geconfidereerd, en dienvolgende ook daar door ipfo facto van alle protectie van wege 's Lands Marine, van de gewoone Turkfche of andere Paspoorten, dienende tot beveiliging tegen Barbarijfche of andere Mogendheden, zullen zijn verftoken en ten eenenmaale blijven geprivéerd. — Hebbende Wij alsmede aan ons Committé tot de zaaken van de Marine gelast, om hier van de noodige kennis, uit Onzen naam aan alle Commandanten en verdere Officieren in 's Lands Zeedienst te geeven. met ordre, om ook na den 1. Maart 1796. aanstaande, geene andere Vlag dan de Gewoone Hollandfche, met betrekking rot de Koopvaardijfchepen, te erkennen of te protegeeren.
En op dat dit alles behoorlijk en genoegtijdig ter kennisfe van alle Ingezetenen deezer Republiek zoude mogen geraaken, en niemand hier omtrend eenige ignorantie kunnen voorweden, ontbieden en verzoeke Wij de Repraefentanten des Volks van de onderfcheiden Provintien, het Landfchap Drenthe en Bataafsch Braband, om deeze te doen publiceeren en affigeeren, overal waar men gewoon is diergelijke publicatie en affictie te doen, met last aan allen, die zulks zoude mogen aangaan, zich daar naar ftiptelijk te reguleeren.
Aldus gedaan en gearrefteerd ter Vergadering van hooggemelde Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, in 's Gravenhage den 14. Februarij 1796. Het tweede jaar der Bataaffche Vrijheid.
Was geparapheerd,
PYPERS, vt.
Onder ftond,
Ter ordonnantie van dezelve,
Geteekend,
W. QUARLES.
Zijnde op het fpatium gedrukt het Cachet van haar Hoog Mogenden op een rooden Ouwel, overdekt met een papieren Ruite.
Bron
bewerkenKoninklijke Bibliotheek / Delpher: Publicatie der Staaten Generaal, bij welke de nationaale vlag van deezen staat voor het vervolg bepaald wordt. Geärresteerd den 14. februarij 1796, Drukker/Uitgever niet bekend, jaar van uitgave: 1796
Galerij
bewerkenPublicatie van het besluit voor een nieuwe nationale vlag d.d. 14 februari 1796, No 135.