Darwin - Het ontstaan der soorten (1860)/Register2
← Naschrift | Het ontstaan der soorten door Charles Darwin
Register |
REGISTER.
———————
A.
Aalbes, 19.
Acacia, 19, 205.
Afslijtsel (Aanvoer van), 54.
Afslijtsels, 54.
Afstamming, 197.
Agassiz, over beenige visschen, 64.
„„den ijstijd, 127.
„„embryoos, 97, 183, 215.
„„het plotselinge verschijnen van soorten, 61.
Agoeti, 109.
Althea rosea, 29.
Ammoniten, 81.
„(Plotseling verdwenen van), 77.
Anagallis arvensis, 4, 26.
„coerulea, 4, 26.
Ananas, 188.
Ancylus, 148.
Anjelier, 13, 14.
Anser cinereus, 10.
„cygnoides, 10.
Antirrhinum, 219.
Apen in eocenische vormingen, 62.
Aphis, 208, 214.
Appelboom, 19.
Aptenodytes, 219.
Apteryx, 219.
Arachniden, 208.
Archipel (Maleische), 58.
Armadillus, 98.
Aspicarpa, 182.
Audubon, over de zuidelijke waterlelie, 150.
Austen, (Godwin) over den Maleischen archipel, 58.
B.
Balanus, 206.
Barrande, over katastrophen, 77.
„„palaeozoische dieren, 89.
„„silurische bezinksels, 88.
„„veranderingen, 84.
„„nieuw ontdekte vormingen, 66.
„„(Primordiaalzone van), 66.
Basterden en kruislingen, 30.
„(Veranderingen van), 23.
„(Veranderlijkheid van), 31.
„(Vruchtbare), 9.
Basterdmuur (Blaauwe), 4, 26.
„(Roode), 4, 26.
Beaumont (Elie de), over katastrophen, 76.
Beddingen (Dikte der), 49.
Bentham, over de rangschikking, 184.
Bergijs van den Himalaya, 134.
Bever, 110.
Bevruchting (Kunstmatige), 6.
Bewoners der eilanden, 151.
„„Kaapverdische eilanden, 161.
Bezinksels, 54.
[ 263 ]Bezinksels (Fossilenvoerende), 53.
Bizcacha, 109, 195.
Bladluis, 208, 214.
Bloemkool, 221.
Blyth, over het gebulte rund, 11.
„„indische ganzen, 10.
Bosquet, over een cirripeed uit het krijt van België, 63.
Brassica napus, 188.
„rapa, 188.
Brent, over postduiven, 123.
Bromelia ananas, 188.
Bronn, over den duur van soortvormen, 52.
Brown (Robert), over grassen, 181.
Buckland, over verwantschappen, 88.
Buideldieren, 99, 195.
Buzareingues (Girou de), over de pompoen, 28.
C.
Candolle (De), over landplanten, 148.
„over planten van Nieuw Holland, 141.
Calceolaria, 8.
„integrifolia, 8.
„plantaginea, 8.
Capybara, 110.
Castor fiber, 110.
Catesetum, 189.
Cantley, over zoogdieren van Indie, 100.
Cephalopodia, 208.
Cervulus reevesii, 10.
„vaginalis, 10.
Chiton, 47.
Chthlamalinae, 47.
Chthlamalus, 47, 64.
Cirripeden (Fossile), 63.
„(Eijerdragende strooken van), 219.
Cirripedia, 47, 189.
Clausen, over beenderenholen, 98.
Clift, over fossile zoogdieren, 98.
Cnestis, 180.
Columba oenas, 39.
Colymbetes, 148.
Compositae, 218.
Conglomeraat in de Cordilleras, 42.
Connaraceae, 180.
Connarus, 180.
Coypu, 110.
Crinum capense, 6.
„revolutum, 6.
Crustaceae, 96.
Cucurbita pepo, 28.
Cuvier, over apen in tertiaire lagen, 62.
„„gewervelde dieren, 89.
D.
Dana, over schaaldieren, 137.
Dasyprocta aguti, 109.
Dawson, over landschelpen, 47.
„over steenkoolbeddingen, 55.
Deelen, (Gemetamorphoseerde), 203.
Dianthus, 13. 14.
Dieren, (jonge en oude), 211.
„en planten van Nieuw Zeeland, 97.
Ditycus, 148.
Doggen en hazewinden, 211.
Dromaius Novae Hollandiae, 109.
Duikerkever, 148.
Duiven, (jonge tamme), 211.
E.
Earl (Windsor), over zoogdieren op eilanden, 158.
Edentata, 99.
Edwards (Milne), over het embryo, 183.
„„over typen, 198.
Eilandbewoners, 163.
Embryo, 205.
„(veranderingen van het), 209.
Embryoos, 215.
Embryologie, 205.
Emu, 109.
Enting, 18.
Eyton, over ganzen, 10.
F.
Falconer, over de subhimalaysche bezinksels, 72.
„over de keerkringen, 139.
„„den mastodon, 94.
„„zoogdieren van Indie, 100. [ 264 ]Fasant, 10.
„(Japansche), 10.
„(Ring), 10.
Fauna en flora der Galapagos-eilanden, 160.
Faunaas, (verschillende), 109.
Fiber zibethicus, 110.
Fonteinkruid, 149.
Forbes, over den ijstijd, 127.
„„eilanden, 117.
„„zeedieren, 49.
Fossilen uit de devonische lagen, 93.
Fuchsia, 8.
G.
Gallinaceae, 21.
Ganoidae, 80.
Gans, 10.
„(Chinesche), 10.
Gardner, over bergplanten, 136.
Gärtner, over de onvruchtbaarheid, 3.
„„basterden, 30.
„„kruislingen, 30.
„„mais, 28.
„„peulvruchten, 4.
„„sleutelbloemen, 4. 26.
„„de verbastering, 12.
Gmelin, over het ontstaan der soorten, 127.
Gnathodon, 129.
Gould (Aug.A.), over landschelpdieren, 160.
„„over soorten van vogels, 167.
„„vogels op de Galapagos-eilanden, 161.
Grallatores, 148.
Gray (Asa), over planten, 133.
„„„der Witte Bergen, 127.
Groepen, (Afwijkende), 194.
„(Dobberende), 194.
„veranderen als soorten, 75.
„(Plotseling verschijnen van), 65.
Grondvormen, (Opvolging van), 98.
Gaspeldoorn, 205.
Gelijkvleugeligen, 192.
Gesteenten, (Afslijting van) 43.
Gesteenten, (Ontblooting van), 43.
H.
Harcourt, over vogels op Madeira, 153.
Hartung, over zwerfblokken, 124.
Herbert, (W.) over basterden, 6.
Helix pomatia, 160.
Helosciadium, 120.
Hewitt, over het embryo, 21.
Hippeastrum, 7. 20.
„aulicum, 7.
Hoenders, 21.
Homopterae, 192.
Hooker, over de planten van Kerguelenland, 162.
„over mais in Sikkim, 134.
„over planten der Galapagos-eilanden, 154. 161.
„over planten van het Vuurland, 136. 141.
„over planten van Nieuw-Holland. 137. 142.
„over wieren van Nieuw-Zeeland, 137.
Hoorns, (waggelende), 221.
Houtduif, (Kleine), 39.
Humboldt, over planten op de Silla van Caracas, 136.
Hutton, over indische ganzen, 10.
Huxley, over bladluizen, 208.
„„embryoos, 97.
„„over veranderde deelen, 204.
Hydrochoerus capybara, 110.
I.
Ichthyosaurus, 201.
Inktvisch, 214.
J.
Jones, over Bermuda, 153.
Jussieu, (A. de) over soortkenmerken, 182.
K.
Kaphoornslak, 148.
Kardinaalsbloem, 7.
Katastrophen, 76.
Kalven (Tanden van ongeborene), 217, 220.
Kanarievogel, 9.
Kenmerken (Onbeteekenende), 181.
Kiemleer, 205.
[ 265 ]
Kikvorsch op NieuwZeeland, 155.
Kikvorschen op eilanden, 156.
Kiwi-kiwi (Vleugel van den), 219.
Knaagdieren, 110, 195.
Koloniën van Barrande, 73.
Kölreuter, over de onvruchtbaarheid, 3.
„over rudimentaire stampers, 217.
„over wederkeerige kruisingen, 15.
Koolraap, 188,
Koppootigen, 208.
Koraalriffen, 118.
Kruisbes, 19.
Kruising tusschen bloedverwanten, 5.
Kruislingen (Vruchtbaarheid van), 2.
Kruisingen (Eerste), 21.
„(Wederkeerige), 15.
Kweepeer, 19.
L.
Lagostomus trichodactylus, 109.
Lamarck, over analogiën, 191.
Larven, 205.
Leeuwebek, 219.
Lepidosiren, 90, 194.
Lijsterbes, 19.
Lingula, 66, 72, 75.
Lobelia, 7, 20.
Longmyndbeddingen, 66.
Lucas (Prosper), over gelijkenissen, 33.
Lund, over beenderenholen, 98.
Lyell, „ bezinksels, 42.
„„de onveranderlijkheid der soorten, 69.
„over de verspreiding, 117.
„„ een duikerkever, 148.
„„het langzame verschijnen van soorten, 71.
„„landschelpen, 47.
„„ steenkoolbeddingen, 55.
„„tertiaire vormingen, 82, 88.
„over veranderingen van het klimaat, 143.
„over ijsbergen, 12 4, 143.
„en Wollaston, over landschelpdieren van Porto Santo, 166.
M.
Macleay, over analogiën, 191.
Macrauchenia, 83.
Malphigiaceae, 182.
Marsupialia, 99.
Marshall, over hoorns, 188.
Martens, over het ontkiemen van zaden, 121.
Mastodon, 77, 83.
Matthiola annua, 16.
„glabra, 16.
Megatherium, 77, 83.
Merel, 206.
Merula vulgaris, 206.
Middelen ter vespreiding, 117.
Miller (Hugh), over het wegknagen van gesteenten, 42.
Mimus, 165.
„melanotis, 165.
„trifasciatus, 165.
Mirabilis jalapa, 15.
„longiflora, 15.
Mississippi, 42.
Mollen, 118,
Mollusca, 96.
Monocantus, 189.
Morphologie, 199.
Muildier, 33.
Muilezel, 33.
Müller (F.), over planten van Nieuw Holland, 137.
Murchison, over katastrophen, 77.
„„Rusland, 48.
„„silurische vormen, 66.
Muskusrat, 110.
Myanthus, 189.
Mylodon, 83.
Myopotamus coypus, 110.
N.
Nachtvlinders (Vleugelen van vrouwelijke), 219.
Nagels aan de vinnen van den manatus, 221.
„op de tweede kootjes der vingers, 221.
Nautilus, 66.
Nelumbium, 150.
„luteum, 150.
Nicotiana, 14, 29.
„acuminata, 14.
„glutinosa, 29.
Nymphea lutea, 149.
O.
Oceaan (Stroomen van den), 125.
Onvolkomenheid der geologische geschiedenis, 37.
[ 266 ]
Onvruchtbaarheid, 1, 17.
„van basterden, 1.
„(Wetten der), 11.
„(Oorzaken van), 21.
Opvolging, (Geologische), 71.
D'Orbigny, over rassen en soorten, 56.
Orchideën, 189.
Ornithorhynchus, 181, 194.
»(Borstklieren van), 219.
Ovarium, 218.
Owen, over beenderen in pooten, 220.
„„ den dugong, 179.
„„den schedel, 202.
„„de zoogdieren der oude wereld, 99.
„„een paardetand, 78.
„„eindoorzaken, 200.
„„gelijke werktuigen, 203.
„„gewervelde dieren, 89.
„„het onderscheid tusschen visschen en reptilen, 181.
„„nieuwzeelandsche vogels, 99.
„„Sepia, 208.
„„uitgestorvene vogels, 63.
P.
Paard, 39.
Paardetand uit la Plata, 77.
Palaeontologische verzamelingen, 46.
Pallas, over huisdieren, 10.
Pandion, 123.
Passiflora, 7.
Patrijzen en kwartels, 124.
Peereboom, 19.
Pelargonium, 8.
Petunia, 8.
Phascolomys wombat, 195.
Phasianus colchicus, 10.
„torquatus, 10.
„versicolor, 10.
Philippi, over langzame veranderingen, 72.
Phosphaten en bitumen in azoische gesteenten, 66.
Pictet, over beenige visschen, 64.
„„embryoos, 97.
„„fossilen uit het krijt, 95.
„„het plotselinge verschijnen van soorten, 61.
„„veranderingen, 72.
Pingoein, 219.
Planeten (Elliptische banen der), 220.
Planten op eilanden, 155.
„van Ascencion, 152.
„„Borneo, 137.
„„Java, 136.
„„de Kaap de Goede Hoop, 136.
„„Nieuw Holland, 137.
„„Nieuw Zeeland, 152.
„„St. Helena, 152.
„(Stamper der), 218.
„(Stempel der), 218.
„(Stijl der), 218.
„(Verspreiding van), 121.
Plomp (Gele), 149.
Potamogeton, 149.
Prestwich, over eocenische bezinksels, 87.
Primula veris, 26, 189.
„vulgaris, 26, 189.
Proeven over het ontkiemen van zaden, 119.
R.
Raap, 188.
Ramond, over de planten der Pyreneën, 129.
Ramsay, over bezinksels, 42.
„„zakkingen, 43.
Rangschikking, 176.
„(Willekeurige), 193.
Rankpootigen, 47, 189.
„(Gesteelde), 206.
„(Zittende), 206.
„(Ontwikkeling der) 207.
Rassen (Plaatselijke), 57.
„(Vruchtbaarheid van), 2, 25.
Reeksen van verwantschappen, 183.
Reigers braken schubben en graten uit, 149.
Renpaarden en trekpaarden, 211.
Rhea americana, 109.
„Darwini, 109.
Rhododendron, 8, 9.
„ponticum, 8.
„catawbiense, 8.
Richardson, (J.) over visschen, 137.
Robinia, 19, 206.
Rodentia, 110, 195.
Rudimentaire borstklieren, 216.
„werktuigen, 216.
Rund (Uijer van het), 217.
Rijzen en zakken, 50.
S.
Sagaret, over de enting, 19.
Schaaldieren, 96, 183.
Schildvarken, 98.
Sedgwick, over het plotselinge verschijnen van soorten, 61.
Sepia, 214.
Silene, 14.
Slagboomen, 107.
Slangen (Long der), 216.
Sleutelbloem, 26.
Slijk met zaadkorrels, 149.
Smits of Jordan Hill, over het wegknagen van rotsen, 42.
Soortgroepen, 61.
Soortverwantschap, 13.
Soorten (Vertegenwoordigende), 95.
„(Veranderingen der), 73.
„(Verhuizing van), 167.
Sorbus, 20.
Spinnen, 208, 214.
Spotlijsters der Galapagos-eilanden, 165.
Stelsel (Natuurlijk), 177.
Steltloopers, 148.
Stokroos, 29.
Struisvogel, 109.
Struthio camelus, 109.
T.
Tabak, 14, 29.
Tandeloozen, 99.
Tanden die nooit het tandvleesch doorboren, 218.
Tanden (Rudimentaire), 217, 220.
Tapir, 39.
Teleostei, 64.
Temminck, over de verspreiding, 184
Thoin, over entingen, 19.
Thuret, over de voortplanting, 21.
„over wieren, 15.
Tomes, over vleermuizen, 157.
Toorts, 28.
Toxodon, 77, 83.
Trigonia, 80.
Trilobiten, 81.
„(Silurische), 65.
Tusschenpoozen, 61.
„in de afzetting, 55.
Tusschenrassen, 39.
Tusschenvormen, 38, 89.
U.
Uitsterving, 76, 196.
„en ontstaan, 87.
Ulex, 205.
V.
Valenciennes, over zoetwatervisschen, 147.
Veldkaars, 14.
Veranderingen (Gelijktijdige), 83.
Verbascum, 7, 28.
Verbastering, 1.
Verhuizing, 111.
„van geslachten, 115.
Verhuizingen (Mogelijkheid van), 113.
Verloop van tijd, 40.
Verneuil (De) en d'Archiac, over gelijktijdige Veranderingen, 84.
Verplaatsingen, 97.
Verschil tusschen het embryo en het volwassene dier, 208.
Verspreiding en slagboomen, 107.
„(Proeven over de), 147.
„(Toevallige middelen ter), 119.
Verwantschappen, 88, 93.
Vincent (Bory, St.) Over het ontbreken van dieren op eilanden, 155.
Vinken, 9.
Violier, 16.
Vischarend, 123.
Visschen (Beenige), 64.
„(Glansschubbige), 80.
„(Verspreiding van), 146.
„(Zaadkorrels in), 123.
„(Zwemblaas der), 218.
Vleermuizen op eilanden, 157.
Vleugel van de vetgans, 219.
Vleugelen (Rudimentaire), 217.
Vogelbekdier, 181, 194.
Vogels der Galapagos-eilanden, 153.
„op eilanden, 153.
„met lange bekken (Jonge), 210.
Vogels (Voetstappen van), 62.
Vormen (Verschijnen van nieuwe), 67
Vormen (Ontwikkeling van oude), 96.
Vormingen in Rusland en Amerika (Silurische), 67.
[ 268 ]
Vormleer, 199.
Vruchtbaarheid van basterden, 5.
W.
Wallace, over den Indischen archipel, 158.
„over het ontstaan der soorten, 116.
Walvisch (Tanden van den), 216, 220.
Waterhouse, over de verwantschap, 194.
Waterlelie, 150.
Waterpas (Veranderingen van het), 50.
Waterzoogdieren, 192.
Watson, over de Azoren, 124.
„over de planten van Schotland, 129.
Weald (Ontblooting van den), 45.
Wealdvorming, 44.
Weekdieren, 96.
Werktuigen (Geaborteerde), 216.
„(Geatrophieerde), 216.
„(Wordende), 219.
„(Veranderingen van), 213.
Westwood, over vliesvleugeligen, 180.
Wezens (Onderling verband der), 111.
Wombat, 195.
Wonderbloem, 15.
Woodward, over den duur van soortvormen, 52.
„over schelpdieren, 99.
Wijngaardslak, 160.
Y.
IJstijd, 127.
„in Amerika, 53.
„„Europa, 53.
„(Gevolgen van den), 137.
„(Verhuizingen in den), 132, 142.
„(Verspreiding gedurende den), 126.
Z.
Zaadkorrels in vogels, 123.
Zamengesteldbloeijenden, 218.
Zea mais, 28.
Zeedieren (Rassen van), 57.
Zeefaunaas van Amerika, 108.
Zeepuist, 206.
Zeldzaam worden, 79.
Zoogdieren (Beenderen van tertiaire), 47.
„op eilanden, 156.
Zwerfblokken, 135.