[ C 1 ]— Men meldt ons uit Amsterdam: Bij de familie W. aan den Koninginneweg 190, heeft zich in de laatste dagen een geval van vermoedelijke vergiftiging voorgedaan. In het begin dezer week, nadat de kat melk gedronken had, viel het beest bewusteloos neer. De familie vond het vreemd, dat het dier, dat kort te voren nog vroolijk was, plotseling zóó onwel was geworden, doch schonk geen verdere aandacht aan dit geval. Dienzelfden avond echter, toen de zoon thuiskwam, en als gewoonlijk een glas melk gebruikte, viel ook hij bewusteloos neer. Al spoedig rees bij de familie de gedachte, dat de melk waarschijnlijk vergiftige bestanddeelen bevatte. Toen nu gisteren de dochter van den heer W. een glas water dronk, dat uit een karaf geschonken was, proefde zij een bijsmaakje, en ook zij werd na het gebruik van een enkel slokje eenigszins onwel. Deze gevallen kwamen den heer W. verdacht voor en onmiddellijk waarschuwde hij den gezondheidsdienst, die een onderzoek instelde en tot het resultaat kwam, dat het water door middel van cyaankali vergiftigd moest zijn. Men veronderstelde nu, dat het bewusteloos neervallen van den zoon en van de kat, eenige dagen geleden na gebruik van melk, ook het gevolg moest zijn geweest van vergiftiging door cyaankali. De politie werd van het geval in kennis gesteld en deze stelde dadelijk een uitgebreid onderzoek in. Naar wij vernemen is het dienstmeisje, dat sedert korten tijd bij de familie in dienst is, aan een langdurig verhoor onderworpen.