De Morgen/Jaargang 5/Nummer 1306/Roermond

‘Roermond. De Ziekenhuiskwestie opgelost!’ door Christoffel
Afkomstig uit De Morgen, vrijdag 7 december 1928, tweede blad, [p. 4]. Publiek domein in de EU.
[ tweede blad, 4 ]

Roermond.

De Ziekenhuiskwestie opgelost!

In onze langzamerhand berucht geworden Ziekenhuiskwestie is dan eindelijk een oplossing gekomen zooals men reeds uit een aantal opeenvolgende berichten in ons blad heeft kunnen lezen. We geven er hier nog een korte samenvatting van.
De vorige week werd van de Eerw. Moeder Overste uit Tilburg bericht ontvangen, dat met ingang van 1 Juni 1929 de Zusters zich uit ’t Louisahuis zouden terugtrekken. Hierop werd een spoedeischende Raadsvergadering gehouden, waarin deze brief werd behandeld en de Burgemeester eenige belangrijke mededeelingen deed over den bouw van ’t nieuwe Ziekenhuis.
Met ploegen zal gewerkt worden om den verloren tijd in te halen en te zorgen, dat, vóór 1929 voorbij zal zijn, de „Mei” reeds op ’t dak zal staan. Voorts, dat de Zusters van Heerlen bereid waren de plaatsen in te nemen van de Liefde Zusters, zoowel voor ’t Oude Mannen- en Weeshuis alsook voor ’t tegenwoordige ziekenhuis, zoolang ’t nieuwe nog niet klaar was en uit ’t oude de Zusters reeds vertrokken waren. Dit laatste natuurlijk om stagnatie te voorkomen in de ziekenverpleging.
Ondertusschen was de houding van den heer Drehmanns als raadslid eenige keeren ter sprake gekomen en ’t slot was een met algemeene stemmen aangenomen motie, uitgaande van de kath. fractie, waarin zij over haar medelid hare afkeuring uitsprak. Vervolgens waren aan de beurt twee ontslagaanvragen van de heeren Bongaerts en Reuten als Regenten van ’t Ziekenhuis. Deze werd den heeren op de meest eervolle wijze verleend onder dankbetuiging voor de vele zoo belangloos bewezen diensten.
Maar ook was er een ontslagaanvrage van den heer Vos, als voorzitter van ’t College van Regenten. Maar dit schrijven was niet zoo tam, als de vorige en de Burgemeester stelde voor dit gewoon voor kennisgeving aan te nemen. En na eenige oogenblikken stilte, omdat hierover niemand iets wenschte te zeggen, viel de hamer en.... aldus besloten. Juist een begrafenis!
Tot slot werd dan door den heer Rieter hulde en dank gebracht aan B. en W. maar vooral aan den Burgemeester, die met zoo’n taaie volharding deze zaak tot een goed einde had gebracht voor de stad Roermond. ’n Applaus van den Raad en van ’t zeer talrijk publiek onderstreepte deze woorden, waarbij de kath. fractie alsook de S.D.A.P. zich volkomen bij aansloten.
Zoo ware dan de ziekenhuiskwestie afgeloopen, als niet de heer Drehmanns zich in een ingezonden artikel in de Nieuwe Koerier trachtte te verdedigen door daar ook een verklaring af te leggen, ten eerste dat het plan tot bouw van een geheel nieuw ziekenhuis door de Zusters van Tilburg aan hem door de Eerw. Overste van het Louisahuis persoonlijk en herhaaldelijk is medegedeeld, ten tweede dat de bedoeling, waarom de Zusters uit Roermond vertrekken, is de weigering om op hunne zeer ver gaande aanbiedingen in te gaan, zelfs deze geen bespreking waardig te keuren. Ten derde had Z.E. Kardinaal van Rossum reeds zijn volle aandacht voor deze kwestie, voordat de heer Drehmanns met Z.E. hierover per toeval gesproken had.
En ten slotte blijft hij nog van oordeel, dat ’t nieuwe ziekenhuis voor Roermond een financieel nadeel zal zijn. Eenige dagen later verscheen van de Moeder Overste van ’t Louisahuis eveneens een ingezonden artikel in de Nieuwe Koerier, waarin zij den heer Drehmanns dank bracht en de eenigszins verrassende mededeeling deed, dat zij steeds in de meening verkeerd had, dat een nieuw ziekenhuis was aangeboden en zij zoo ook den heer Drehmanns steeds had ingelicht. Zoo er dan van een vergissing sprake kon zijn, dan lag dat aan haar. Op deze wijze wordt deze zaak van alle kanten belicht.
En thans zal Roermond dan zijn veelbesproken ziekenhuis in ’t Veld gaan krijgen.
Wat zal ’t ons in de toekomst gaan brengen?

CHRISTOFFEL.