[147] [...]
(A. et A.)
DE OPLOSSING DER AMSTERDAMSCHE BEURSQUAESTIE.
Toen, in de jongste Amsterdamsche gemeenteraadszitting, de Voorzitter de mededeeling deed, dat het nieuwe beursproject bij B. en W. was ingekomen, hebben zeker maar weinigen gedacht, dat nog geen week daarna de voordracht betreffende den beursbouw reeds het licht zou zien. Met prijzenswaardigen spoed schijnt deze zaak behandeld te worden.
Het komt ons voor, dat de voordracht aan duidelijkheid weinig te wenschen overlaat en de vergelijkingen, die gemaakt worden met de afmetingen van bestaande gebouwen en straten wel geschikt zijn om zoowel vakmannen als leeken het oordeel te vergemakkelijken.
Wij zijn in de gelegenheid gesteld, het nieuwe ontwerp te bezichtigen. Het bestaat uit de navolgende teekeningen:
een
|
plan
|
van
|
den beganegrond
|
op
|
1 :
|
200
|
„
|
„
|
„
|
de 1e verdieping
|
„
|
1 :
|
200
|
„
|
situatie
|
„
|
1:
|
1000
|
de vier gevels
|
„
|
1 :
|
200
|
„
|
dwarsdoorsnede
|
„
|
1 :
|
100
|
„
|
lengtedoorsnede
|
„
|
1 :
|
200
|
een perspectief van het uitwendige
|
een perspectief van het inwendige.
|
De teekeningen zijn allen in lichte tinten gekleurd, en op ramen gespannen.
De plattegrond-indeeling van het ontwerp No. 150, die zoowel door Jury als Handelscommissie de meest practische geacht was, heeft men in hoofdtrekken gevolgd, echter met niet onbelangrijke afwijkingen. De noteerzaal voor den effectenhandel heeft een andere ligging, het café is aan den noordoostelijken hoek geplaatst, de toegangen naar de graanbeurs zijn veranderd, en flinke vestiaires zijn bij de ingangen aangebracht. Door het anders rangschikken dezer lokalen en het weglaten van alle verloren ruimte, is het plan aanzienlijk ingekort, wat aan het esthetisch effect slechts ten goede zal komen.
De architectuur der gevels is een geheel andere als van het ontwerp No. 150. In plaats van den achtkanten uitbouw, die men daar aan de Damzijde vond, is een groote topgevel, door twee torentjes geflankeerd, aangebracht. Deze topgevel vormt ook het middenmotief van den Damrakgevel, die daarenboven door twee spitsen en twee toppen op de eindpaviljoens verlevendigd wordt. De gevel aan de stationszijde wordt geheel beheerscht door het groote venster, dat erin aangebracht is; ook hier wordt de middenpartij door twee torens geflankeerd. De gevel aan de zijde van de Warmoesstraat vertoont dezelfde motieven als die aan het Damrak, doch eenigszins vereenvoudigd.
De groote lijnen, waarop het ontwerp No. 172 zich zoo gunstig onderscheidde, zijn in het nieuwe ontwerp, al is het minder Vlaamsch van detail, bewaard gebleven. Van de ordonnantie van La Rochelle is niets meer terug te vinden, of men zou het motief der kruiskozijnen als zoodanig moeten willen beschouwen.
Alle gevels zijn symmatrisch, met uitzondering van den gevel aan den Dam. Uit de perspectiefteekening blijkt echter, dat dit in werkelijkheid niet hinderen zal. Door de afwisseling van berg- en baksteen is een aangename kleurschakeering verkregen; hier en daar zijn beelden in nissen of als bekronings-motieven aangebracht.
De groote zaal is, overeenkomstig de wenschen van den handel, door twee groote bogen in drie deelen gescheiden, wat aan het esthetisch effect zeer ten goede komt. Zij heeft een galerij, die door Dorische zuilen, welker schachten van rood graniet zijn terwijl kapiteelen en basementen uit brons bestaan, gedragen worden.
Boven de galerij is een Korinthische pilasterorde aangebracht; bij de groote boogopeningen, die de zaal afdeelen, zijn deze pilasters door vrijstaande zuilen vervangen.
Een Korinthische kroonlijst met modillons draagt de ijzeren spanten, die den halven cirkel tot grondvorm hebben, en ongeveer op 6 M. hart op hart geplaatst zijn. De gedeelten van de zoldering, die niet door den lantaarn ingenomen worden, zijn in caissons afgedeeld.
De wandvlakken boven de groote boogopeningen
[148]
148
DE OPMERKER.
7 Mei 1887.
zijn met decoratief schilderwerk versierd. Ook in het attiek boven de kroonlijst zijn geschilderde cartels met opschriften geprojecteerd.
De perspectiefteekening van het inwendige geeft een zeer duidelijke voorstelling van het effect, dat de beurszaal maken zal. Blijkbaar zijn de teekeningen met liefde en zorg bewerkt, en heeft men vooral voor de eischen der practijk een open oog gehad.
De gedetailleerde begrooting, die een lijvig boekdeel vormt, laat aan uitvoerigheid niets te wensche over.
Nu het verkrijgen van een vierkant, voor de Beurs geschikt terrein in het midden der stad meer en meer blijkt tot de vrome wenschen te behooren, zal er wel niet anders overschieten dan het oorspronkelijk daarvoor aangewezen terrein te gebruiken, daar de oude Beurs ten eenemale onvoldoende is en het verkeer de slooping daarvan dringend vordert. Het nieuwe beursplan voldoet aan alle eischen, die men in billijkheid stellen kan en zal, eenmaal uitgevoerd, een zeer goed figuur maken en een monumentale schepping zijn, waarop Amsterdam trotsch kan wezen.
|