Gezelle/Wie is als God!
< Gezelle
← Lentegroen | Laatste verzen (1901) door Guido Gezelle | Och ware ik... → |
Uitgegeven in Antwerpen — Gent door De Nederlandsche Boekhandel. |
[ 109 ]
WIE IS ALS GOD?[1]
"Wie is als God!" zoo wierd het woord,
in lang verleden tijden,
omtrent den throon van God, gehoord,
als Michaël ging strijden.
"Wie is als God!" Hij won den slag
en satans volk vernederd lag.
in lang verleden tijden,
omtrent den throon van God, gehoord,
als Michaël ging strijden.
"Wie is als God!" Hij won den slag
en satans volk vernederd lag.
TUSSCHENZANG:
De vane omhooge! en immer voort,
die weerbaar is, gestreden!
"Wie is als God!" weêrgalme ‘t woord
des zegepraals, nog heden!
[ 110 ]
De vijand wierd verwonnen, maar
zijn hoogmoed niet gebroken;
met lichaamsrampe en zielgevaar
blijft satan ons bestoken;
doch, stuive en storme ‘t nog zoo fel,
"Wie is als God!" roept Michaël.
die weerbaar is, gestreden!
"Wie is als God!" weêrgalme ‘t woord
des zegepraals, nog heden!
[ 110 ]
De vijand wierd verwonnen, maar
zijn hoogmoed niet gebroken;
met lichaamsrampe en zielgevaar
blijft satan ons bestoken;
doch, stuive en storme ‘t nog zoo fel,
"Wie is als God!" roept Michaël.
TUSSCHENZANG:
De vane ....
De vane ....
De wereld is een worstelperk,
vol vijandschap en veeten;
geen winnen, of een wapenwerk
van dapperen mag ‘t heeten:
die weerbaar is den vrede haalt,
- "Wie is als God!" - en zegepraalt!
vol vijandschap en veeten;
geen winnen, of een wapenwerk
van dapperen mag ‘t heeten:
die weerbaar is den vrede haalt,
- "Wie is als God!" - en zegepraalt!
TUSSCHENZANG:
De vane ...
De vane ...
Bewaart ons, in den wijg,[2] en doet
ons allen, die u eeren,
tot tenden uit, met kloeken moed
de slagen slaan des Heeren;
bevrijdt ons van der kwaden dood,
o Michaël, Gods engel groot!
[ 111 ]
TUSSCHENZANG:
De vane....
ons allen, die u eeren,
tot tenden uit, met kloeken moed
de slagen slaan des Heeren;
bevrijdt ons van der kwaden dood,
o Michaël, Gods engel groot!
[ 111 ]
TUSSCHENZANG:
De vane....
"Wie is als God!" zij ons geschreeuw,
zoo ‘t uwe was, voordezen;
verwinnaar zal de Vlaamsche leeuw,
door Michaël, nog wezen;
staat, engel Gods, zo bidden wij,
ons, lijdend, wijgend, stervend, bij!
zoo ‘t uwe was, voordezen;
verwinnaar zal de Vlaamsche leeuw,
door Michaël, nog wezen;
staat, engel Gods, zo bidden wij,
ons, lijdend, wijgend, stervend, bij!
TUSSCHENZANG:
De vane....
De vane....
10/5 '98.