Het Vaderland/Jaargang 54/10 januari 1922/Avondblad/Tijdschriften
Tijdschriften | |
Auteur(s) | Anoniem |
Datum | Dinsdag 10 januari 1922 |
Titel | Tijdschriften |
Krant | Het Vaderland |
Jg, nr | 54, ? |
Editie, pg | Avondblad A, 3 |
Brontaal | Nederlands |
Bron | delpher.nl |
Auteursrecht | Publiek domein |
TIJDSCHRIFTEN
GROOT-NEDERLAND.
Het eerste deel van een roman van Ed. Coenraads, Doden met verlof getiteld, opent de Januari-aflevering van Groot-Nederland. De keuze van den titel vinden we in dit eerste gedeelte nog niet verklaard. We maken daarin kennis met een jongen Zwitser, sociaal-democraat, die in Indië een betrekking heeft gevonden bij de redactie van een dagblad, doch wegens zijn optreden ten gunste van stakende zetters op staanden voet ontslagen wordt, op de boot, die hem huiswaarts voert, kennis maakt met een Haagsch meisje, dat in zijn herinnering blijft voortleven, ook als hij weer thuis is bij zijn ouders in een Zwitsersch dorpje. Daar bevalt het hem volstrekt niet en hij gaat naar het oproerige Sinzheim in Duitschland – de roman speelt in de oorlogsjaren – hoe het hem daar vergaat, zullen we in de volgende aflevering wel hooren.
Jaap van Gelderen geeft weder de vertaling van enkele zangen van Horatius, een vrije bewerking, wel getuigend van poëtisch inzicht en van Cyriel Buysse weer een typisch Vlaamsch schetsje, De Steen getiteld, waarin hij op meesterlijke wijze het karakter van den Vlaamschen boer teekent.
Carry van Bruggen zegt in het vervolg van haar breed opgezette essay over de zelfvermomming des absoluten opmerkelijke dingen over taal, taalgevoel, frasen, purisme enz.
M. H. J. Schoenmaekers zet zijn beredeneerden catalogus van levenswoorden voort.
WEEKBLADEN.
Onze Tuinen heeft goede plannen voor 1922, o.a. wil de redactie het blad ook voor de jeugd toegankelijk stellen door leerrijke en boeiende lectuur. Het begin belooft veel: Waar geen menschenvoeten traden... is een interessante dierenroman van Chas. G. D. Roberts dien Mary de Haan vertaalt.
Over verzorging van kamerplanten schrijft de redacteur v. Laren, terwijl Rinke Tolman het begin geeft van een overzicht van de internationale vogelbescherming.
Behalve een geïllustreerde bijdrage over torren en andere sloopertjes bevat het blad een aantal voor plant- en dierliefhebbers belangrijke raadgevingen, berichten en mededeelingen.
Van Ons Element, thans vereenigd met Het Nederlandsche Zeewezen, is onder redactie van den heer A. L. E. Rambonnet het eerste No. verschenen. Het blad is aanmerkelijk uitgebreid en bevat behalve de rubrieken, gewijd aan watersport, (waaronder een interessante bijdrage over de toekomst van de watersport van dr. de Jong) artikelen en berichten, die betrekking hebben op ons zeewezen, waarbij de aandacht trekken een opstel van P. van Huizen over de positie van onze scheepvaart en een kijkje op het zeesleepvaartbedrijf, van J. K.
Het blad waarvan de typografische verzorging onberispelijk is, maakt innerlijk en uiterlijk een zeer gunstigen indruk.
Het Algemeen Zuivelblad opent met Praeludia van de redactie.
In een geïllustreerd artikel Melkmachines van ir. C. Lind te Kopenhagen, geeft deze een beschrijving van de melkmachines, zooals hij die in de Vereenigde Staten in gebruik heeft gezien.
Naar aanleiding van de opmerking van den heer J. Mesdag, dat de botercontrole nooit zoo kan worden ingericht, dat den knoeiers de weg tot het uitoefenen van hun onedel bedrijf wordt afgesneden, heeft de redactie de meening van de directeuren van de Botercontrolestations gevraagd. Het antwoord van het College van Directeuren van Boter- en Kaascontrolestations wordt gepubliceerd in een artikel De Nederlandsche botercontrole.
Voorts geeft het nummer het voorloopig verslag op het ontwerp-boter- en kaaswet en de wekelijksche rubrieken.