Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants/Nobilta (3)

No­bil­ta. Edel­heyd Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants (1644) door Cesare Ripa et al.

No­bil­ta, p. 100

So­li­tu­di­ne. Een­saem­heyt
Uitgegeven in Amstelredam door Dirck Pietersz Pers.
[ 100 ]

Nobilta.

EEn Vrouwe van een rijp Ouder, weſende volſlagen van aengeſicht, en welgeſtelt van lichaem, en eerlijck in ’t ſwart gekleet, draegende in de hand twee kroonen, d’eene van goud en d’ander van ſilver.
Zy wort bedaeght gemaeckt, om te vertoonen, dat noch de beginſelen van de Edeldom, noch het eynde, ’t welck wy by de Ouderdom afbeelden, noch eenige oudheyt der Stamhuyſen, daer anders niet als de naeme by is, een waerachtigh Edelman magh genoemt werden: gelijck ſulx Arniglius ſeght. Het ſwarte kleed, paſt den Edelen ſeer wel, om te betoonen, dat ſonder eenige uytstekentheydt van kleederen de Edeldom door haer ſelven klaer en doorluchtigh is.
Door de twee kroonen, worden de goederen des lichaems en der ziele uytgebeeld, die te gelijck den Edeldom maecken. De goude kroone, de ziele, en de ſilvere, het lichaem toepaſſende.