Ik ga slapen, ik ben moe
Ik ga slapen, ik ben moe | |
Auteur | Ds. J. de Liefde (1814-1869) |
Genre(s) | Gebed |
Brontaal | Nederlands |
Datering | |
Bron | |
Auteursrecht |
Een gezongen gebedje voor het slapen gaan.
Ik ga slapen, ik ben moe,
'k sluit mijn beide oogjes toe,
Heere houdt ook deze nacht,
over mij getrouw de wacht.
't Boze dat ik heb gedaan,
zie het Heere toch niet aan.
Schoon mijn zonden vele zijn,
maak om Jezus wil mij rein.
Zorg voor arme kind'ren Heer',
en herstel de zieken weer.
Ja, voor alle mensen saâm,
bid ik U in Jezus naam.
Sta mijn ouders trouw ter zij,
wees mijn vrienden ook nabij.
Geef ons allen nieuwe kracht,
door de rust van deze nacht.
Doe mij dankbaar en gezond,
opstaan in de morgenstond.
Als 'k mijn oogjes open doe,
lacht Uw zon mij vriend'lijk toe.
Wilt u luisteren wat ik vraag,
een nieuw hartje wil ik graag.
Dat eerbiedig luisteren wil,
en gehoorzaam volgen wil.
Amen, Amen
Een gezongen gebedje bij het opstaan.
In mijn bedje warm en zacht,
sliep ik rustig deze nacht,
en nu ik weer op mag staan,
vraag ik Heer', wil met mij gaan.
Geef dat ik op deze dag,
heel veel aan U denken mag.
Leer mij leven zo 't behoort,
leid mij door Uw Geest en Woord.
Amen
Het is niet onmogelijk, dat de auteur zich heeft laten inspireren door het hierna volgende, in 1816 geschreven, avondgebed in het Duits.
Nachtgebet
Müde bin ich, geh zur Ruh,
Schließe beyde Aeuglein zu:
Vater, laß die Augen dein
Ueber meinem Bette seyn!
Hab’ ich Unrecht heut gethan,
Sieh es, lieber Gott, nicht an!
Deine Gnad’ und Jesu Blut
Macht ja allen Schaden gut.
Alle, die mir sind verwandt,
Gott, laß ruhn in deiner Hand.
Alle Menschen, groß und klein,
Sollen dir befohlen seyn.
Kranken Herzen sende Ruh,
Nasse Augen schließe zu;
Laß den Mond am Himmel stehn,
Und die stille Welt besehn!
Dit gedicht is geschreven door de Duitse religieuze dichteres Luise Hensel (* 30 maart 1798 in Linum, Mark Brandenburg; † 18 december 1876 in Paderborn). Het is o.a. afgedrukt in de bundel Geistlicher Blumenstrauß, van de hand van Melchior von Diepenbrock uitgegeven te Sulzbach in 1829 ( 1e druk: pag. 270). Zie de Duitse Wikipedia: https://de.wikipedia.org/wiki/Luise_Hensel