Limburger Koerier/Jaargang 47/Nummer 213/Heerlen, 21 Dec.
‘Heerlen, 21 Dec.’ door een anonieme schrijver |
Afkomstig uit de Limburger Koerier, donderdag 22 december 1892, [p. 2]. Publiek domein. |
[ 2 ]HEERLEN, 21 Dec. Voor de arr.-rechtbank te Maastricht werd heden behandeld de zaak tegen P. P. N. L., oud 37 jaren, gegageerd O.-I. militair, wonende alhier, gedetineerd, beschuldigd van diefstal van geld, ten nadeele van wijlen P. Erven of diens rechthebbenden.
Men kent deze zaak. In den nacht van 23 op 24 October ll. werd het lijk van Erven gevonden nabij de herberg van v. W. alhier. Aanvankelijk dacht men aan moord of manslag, doch daar geene teekenen van geweld op het lijk van Erven werden gevonden en ook door deskundigen was verklaard geen vergiftiging te kunnen constateeren, bleef de justitie in het onzekere, wat hier gebeurd was. Lang zou zij het echter niet blijven. De beklaagde L. bracht zelf licht in de duisternis. Hij bekende, Erven dien nacht met den herbergier v. W., bij en met wien zij hadden gedronken, buiten ’t huis te hebben geleid en later alleen te zijn teruggekeerd, om aan Erven, wien hij snorkende vond, zijn geld te ontnemen. Deze bekentenis deed beklaagde ook heden onder het storten van heete tranen, die van oprecht berouw getuigden en blijkbaar op de aanwezigen een goeden indruk maakten.
Het O. M. liet dit ook in zijn requisitoir doorschemeren. ZEAchtb. requireerde 10 maanden gevangenisstraf.
De toegevoegde verdediger, mr. Tripels, achtte de op zich zelf staande verklaring van den beschuldigde niet bewezen en concludeerde tot ontslag van rechtsvervolging en in-vrijheid-stelling,
De rechtbank stond dit laatste toe, terwijl zij 3 Januari a.s. hare verdere uitspraak zal doen kennen.
– – –