Tweede bijvoegsel tot de Nederlandsche Staatscourant van Zondag 27 en Maandag 28 Augustus 1882, no. 202.
NAAMLOOZE VENNOOTSCHAPPEN.
No. 104.
NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP: » Het Concertgebouw ”, te Amsterdam.
Op den achtsten Julij des jaars achttien honderd twee en tachtig compareerden voor mij Jean Charles Gerard Pollones, notaris, residerende te Amsterdam, in tegenwoordigheid van de na te noemen getuigen,
de heeren:
Otto Rudolph vom Rath, koopman, wonende te Amsterdam;
mr. Hendrik Oijens, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam, handelende eerstelijk voor zich zeiven en ten anderen als gemagtigde:
a. van den heer Gerrit Vas Visser, mede-directeur van de vereeniging tot administratie onder directie van Hubrecht, Harencarspel, Vas Visser, wonende te Amsterdam;
b. van den heer Christiaan Pieter van Eeghen, koopman, wonende te Amsterdam;
c. van den heer Samuel Pieter van Eeghen, koopman, wonende te Amsterdam;
d. van den heer jhr. Maurits Wijnand Hendrik Hooft, zonder beroep, wonende te Amsterdam;
e. van den heer Jan Herman van Eeghen, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
f. van den heer Hendrik Jan de Marez Oijens, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
g. van vrouwe Catharina Elisabeth de Marez Oijens, weduwe van den hrer Johan Eugeen Theodoor Schouwenburg, particulier, wonende te Amsterdam;
Bernardus Bergman, schilder, wonende te Amsterdam;
George Frederik Egidius, vice consul van Zweden en Noorwegen, wonende te Amsterdam, handelende als gemagtigde van den heer Thorwald Egidius, consul-generaal van Zweden en Noorwegen, wonende te Amsterdam;
Eduard Henrick Crone, koopman, wonende te Amsterdam;
Petrus Antonius Ludovicus van Ogtrop, makelaar, wonende te Amsterdam, handelende eerstelijk voor zich zelven en ten anderen als gemagtigde:
a. van den heer Louis Goldberg, koopman, wonende te Amsterdam;
b. van vrouwe Elisabeth Julia Wübbe, weduwe van den heer Frans Ludwig Smits, particulier, wonende te Amsterdam;
e. van den heer Siegmund Alsberg, koopman, wonende te Amsterdam;
d. van den heer Hendricus Alexander Bahlmann, koopman, wonende te Amsterdam;
e. van den heer Henri Leonard Schäper Claus, makelaar in suiker, wonende te Amsterdam;
f. van den heer Carl Hermann Ferdinand Christmann, mede-directeur der Amsterdamsche bank, wonende te Amsterdam;
g. van den heer Lucas Hendrik Weetjen, makelaar, wonende te Amsterdam;
h. van den heer Hermann Johann Leonard Schmedding, makelaar, wonende te Amsterdam;
i. van mejufvrouw Sally Saltet, particuliere, wonende te Amsterdam;
j. van den heer Simon Paulus Fentener van Vlissingen, koopman, wonende te Amsterdam;
k. van den heer Petrus Franciscus Joannes Everard, makelaar, wonende te Amsterdam;l. van den heer Gustavus Praetorius, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
m. van den heer Wilhelmus Martinus Josephus Desmons, rentenier, wonende te Amsterdam;
n. van den heer Floris Coenraad Muysken, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
o. van den heer Abraham Wertheim, zonder beroep, wonende te Amsterdam;
p. van den heer Abraham Carel Wertheim, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
q. van den heer Gustaaf Adolf Croockewit, directeur der Koninklijke Nederlandsche stoombootmaatschappij, wonende te Amsterdam;
r. van den heer Leonardus Conradus Joannes van Ogtrop, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
s. van den heer Francis Augustine Watts, koopman, wonende te Amsterdam;
t. van den heer Willem Frederik Piek, bankier, wonende te Amsterdam;
u. van den heer Carel Wertheim, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
v. van den heer Bernard Leon Gompertz, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
w. van den heer Hendrikus Joannes Middendorp jr., commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
x. van den heer Evert Pieter van Marken, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
ij. van den heer Meindert Johannes Waller, commissionair in fondsen, wonende te Amsterdam;
Wilhem Joan de Bordes, makelaar, wonende te Amsterdam, handelende eerstelijk voor zich zelven en ten anderen als gemagtigde van den heer Dirk Herbert Joosten, makelaar, wonende te Amsterdam;
Hendrik Willem Adriaan Kuyper van Harpen, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam, handelende voor zijn hier ter stede gevestigd handelshuis onder de firma van Harpen en Roodenberg;
Willem Nicolaas Repélius, notaris, wonende te Amsterdam, handelende als gemagtigde van den heer Jacobus Nienhuys, zonder beroep, wonende te Amsterdam;
Marinus Leembruggen, zonder beroep, wonende te Amsterdam;
David Bottenheim jr., procuratiehouder, wonende te Amsterdam, handelende als gemagtigde van het hier ter stede gevestigd handelshuis onder de firma gebroeders Bottenheim;
Andries Lodewijk Wurfbain, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam, handelende eerstelijk voor zich zelven en ten anderen als gemagtigde:
a. van vrouwe Maria Geertruy Beetz, weduwe van den heer George Lodewijk Wurfbain, particuliere, wonende te Amsterdam;
b. van den heer jhr. mr. Cornelis Jacob Arnold den Tex, lid van de Eerste Kamer der Staten Generaal, wonende te Amsterdam;
c. van den heer dr. Joannes Wilhelmus Bok, predikant, wonende te Amsterdam;
Jules Leon Nicolas de Gijselaar, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
Jean Edouard Basquin, zonder beroep, wonende te Amsterdam;
Jacobus Johannes Roodenburch, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam, handelende als gemagtigde van vrouwe Johanna Margaretha Ehnle, weduwe van den heer Bartholomeus Adrianus Roodenburch, particulier, wonende te Amsterdam;
Franciscus Johannes Nijman, zonder beroep, wonende te Amsterdam, handelende als gemagtigde van den heer Hendrik Willem Nijman, koopman, wonende te Amsterdam;
David Benjamin van Embden, koopman, wonende te Amsterdam;
Petrus Josephus Hubertus Cuypers, architect, wonende te Amsterdam;
Johannes Stephanus Brak, commissionair in assurantien, wonende te Amsterdam, handelende eerstelijk voor zich zelven en ten anderen als gemagtigde van den heer dr. Diderik Johan Muntendam Willemszoon, geneesheer, wonende te Amsterdam;
Teunis Cornelis Bakker, geëmploijeerde aan de Hollandsche gasfabriek, wonende te Amsterdam, handelende als gemagtigde van de firma C. de Bruyn en Zonen;
Willem Spakler, suikerraffinadeur, wonende te Amsterdam;
Joannes Hendricus Gerardus Ferman, directeur der Hollandsche suikerraffinaderij, wonende te Amsterdam;
Salomon Jacob Hendrik Gompertz, zonder beroep, wonende te Amsterdam;
Wilhelm Cnoop Koopmans, zonder beroep, wonende te Amsterdam, handelende eerstelijk voor zich zelven, en ten andere als gemagtigde:
a. van den heer mr. Abraham Frans Karel Hartogh, advocaat en procureur, wonende te Amsterdam;
b. van den heer mr. Daniel Josephus Jitta, advocaat en procureur, wonende te Amsterdam;
c. van den heer Henry Franco Mendes, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
d. van den heer Melchior Brandt Corstius Lambertuszoon, particulier, wonende te Amsterdam;
e. van den heer Gideon Maria Boissevain, zonder beroep, wonende te Amsterdam;
f. van den heer Dirk Christiaan Meijer jr., wijnhandelaar, wonende te Amsterdam;
g. van den heer Johannes Adam Harm, smid, wonende te Amsterdam;
h. van den heer Benedict Ricard, koopman, wonende te Amsterdam;
i. van den heer Anton Fock, bankier, wonende te Amsterdam;
j. van den heer Adrianus Bruinier, reeder, wonende te Amsterdam;
k. van den heer Pieter Abraham Bundten, makelaar, wonende te Amsterdam;
l. van den heer mr. Nicolaas Gerbrandt Cnoop Koopmans, advocaat en procureur, wonende te Haarlem;
m. van vrouwe Cornelia Leembruggen, weduwe van den heer Willem Hendrik de Vos, particulier, wonende te Amsterdam;
n. van mejufvrouw Johanna Agatha Scheffer, particuliere, wonende te Amsterdam;
o. van den heer Jan Joseph van Santen, adviseur waarnemend directeur van de Nederlandsch-Indische handelsbank, wonende te Amsterdam;
p. van den heer Felix Andries Vriese, zonder beroep, wonende te Amsterdam;
q. van den heer Adrianus Johannes Brink, bankier, wonende te Amsterdam;
r. van den heer Jan Hendrik de Boer, koopman, wonende te Amsterdam;
s. van den heer Alexander Robert Jacobus Cramerus, directeur der Nederlandsch-Indische handelsbank, wonende te Amsterdam;
t. van den heer mr. Theodor Schiff, advocaat, wonende te Amsterdam;
u. van den heer mr. Johannes Hermanus Molkenboer, directeur der Nederlandsche bank, wonende te Amsterdam;
v. van den heer mr. Adriaan Jan Hoekwater, particulier, wonende te Hilversum;
w. van den heer Mathieu Pierre Theodore Damalvy Molière, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
x. van den heer Cornelis Schelten Oolgaardt, cargadoor, wonende te Amsterdam;
ij. van den heer mr. Jacob Hendrik Willem Kool, advocaat, wonende te Amsterdam;
z. van den heer Pieter van Notten, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
aa. van den heer Herman Hendrik Cretier, gequalificeerd collecteur der Staatsloterij, wonende te Amsterdam;
bb. van den heer Jacobus Mulder, notaris, wonende te Amsterdam;
cc. van den heer Fredrik Willem Oewel, agent, wonende te Baambrugge;
dd. van den heer mr. Evert Jan Everwijn Lange, advocaat, wonende te Amsterdam;
ee. van den heer Abraham Hendrik Siepman van den Berg, commissionair, wonende te Amsterdam;
ff. van den heer Hendrik Waller, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
gg. van den heer dr. Gerrit Waller, arts, wonende te Amsterdam;
hh. van den heer Peter Wilhelm Janssen, commissionair en directeur der Deli-Maatschappij wonende alhier;
[2]
ii. van den heer Christian Wilhelm Justus Ramann, directeur der Koninklijke Nederlandsche Stoombootmaatschappij en der Stoomvaartmaatschappij »Nederland”, wonende te Amsterdam;
jj. van den heer mr. Jan Pieter Portielje, tweede directeur der Hollandsche Societeit van Levensverzekeringen, wonende te Amsterdam;
kk. van den heer Carel Sträter, koopman, wonende te Amsterdam;
ll. van den heer Johannes Hendrik Bangert, zonder beroep, wonende te Amsterdam;
mm. van den heer Adrianus Brusse, makelaar in tabak, wonende te Amsterdam;
Antonius Bernardus Justinus Sterck, koopman, wonende te Amsterdam, handelende eerstelijk voor zich zelven en ten anderen als gemagtigde van den heer Bernardus Justinus Sterck, koopman, wonende te Amsterdam;
Willem Henry de Wolf, reeder, wonende te Amsterdam, handelende als gemagtigde van mevrouw Sophia Maria Metz, weduwe van den heer Matthijs van Berkel, particulier, wonende te Amsterdam;
Albertus Giovanni Maria Caramelli, koopman, wonende te Amsterdam;
Lambertus Jan Gaasbeek, kantoorbediende, wonende te Amsterdam, handelende als gemagtigde van den heer Theodoor Brands, koopman, wonende te Amsterdam;
mr Jerôme Alexander Sillem, advocaat, wonende te Amsterdam, handelende eerstelijk voor zich zelven en ten anderen als gemagtigde:
a. van vrouwe Louise Sillem, weduwe van den heer Francis Melvil, particulier, wonende te Amsterdam;
b. van den heer Jacobus Louis Jarman Janszoon, commissionair in effecten en assuradeur, wonende te Amsterdam;
c. van den heer mr. Frederik Joseph Maria Anton Reekers, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, wonende te Amsterdam;
d. van den heer Willem Ernst Matthes, koopman, wonende te Amsterdam;
e. van den heer Ludwig Johann August Hoijack, consul van het Duitsche Rijk en koopman, wonende te Amsterdam;
f. van den heer Johannes Borski, zonder beroep, wonende te Amsterdam;
g. van den heer Johann Gottlieb Sillem, bankier, wonende te Amsterdam;
h. van den heer jhr. Hendrik Maurits Jacobus van Loon, bankier, wonende te Amsterdam;
i. van den heer mr. Hendrik Peter Godfried Quack, directeur-secretaris der Nederlandsche bank, wonende te Amsterdam;
j. van den heer Alexander Rehbock, koopman, wonende te Amsterdam;
k. van den heer Herman Hendrik Beelo, directeur der Nederlandsche bank, wonende te Amsterdam;
l. van den heer jhr. mr. Willem Roëll, wethouder der gemeente Amsterdam, wonende te Amsterdam;
m. van den heer Jan den Tex Bondt, bankier, wonende te Amsterdam;
n. van den heer jhr. dr. Jan Pieter Six, particulier, wonende te Amsterdam;
o. van den heer Rudolf Willem Jan Cornelis van den Wall Bake, administrateur der Hollandsche IJzeren spoorwegmaatschappij, wonende te Amsterdam;
p. van den heer Hendrik van Eeghen, particulier, wonende te Amsterdam;
q. van den heer Hendrik Luden, bankier, wonende te Amsterdam;
r. van den heer Johann Andreas Böhringer, predikant, wonende te Amsterdam;
s. van den heer mr. Anthony Rendorp, lid van de Gedeputeerde Staten van Noordholland, wonende te Amsterdam;
t. van vrouwe Albertine Catherine Rente Linsen, weduwe van den heer Albert Henri Daniel van Gheel Gildemeester, particulier, wonende te Amsterdam;
u. van den heer Adriaan Gildemeester, lid van de Provinciale Staten van Noordholland, wonende te Amsterdam;
v. van den heer Cornelis Jan van Nellesteyn, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
w. van den heer mr. Eduard Nicolaas Rahusen, advocaat, wonende te Amsterdam;
x. van den heer mr. Gijsbert van Tienhoven, burgemeester der stad Amsterdam en lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, wonende te Amsterdam;
ij. van den heer mr. Nicolaas Gerard Pierson, hoogleeraar aan de universiteit te Amsterdam en mede-directeur der Nederlandsche bank, wonende te Amsterdam;
z. van den heer Julius Eltzbacher, koopman, wonende te Amsterdam;
aa. van den heer George Carl Valentin Schöffer, koopman, wonende te Amsterdam;
dr. Anton Willem Cornelis Berns, arts, wonende te Amsterdam, handelende eerstelijk voor zich zelven en ten anderen als gemagtigde van den heer mr. Richard van Rees, advocaat en procureur, wonende te Amsterdam;
Joseph Bielders, particulier, wonende te Amsterdam;
Jan Anne Langerhuizen, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
Anne Willem van Eeghen, koopman, wonende te Amsterdam; handelende eerstelijk voor zich zelven en ten andere als gemagtigde van den heer Ernst Willem Cramerus, zonder beroep, wonende te Amsterdam;
Ferdinand Thomas Nicolaas Bianchi, commissionair in assurantien, wonende te Amsterdam;
Gerrit van Heteren, boekhandelaar, wonende te Amsterdam, handelende voor zijn hier ter stede gevestigde handelsfirma J. H. en G. van Heteren;
Jacob Wolf Bottenheim, directeur der Hilversumsche Stoomspinnerij en weverij, wonende te Amsterdam;
Jacobus Marinus Reynvaan, koopman, wonende te Amsterdam;
Jan Stephan Willem Wilson, koopman, wonende te Amsterdam;
Pieter Hendrik Testas, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam;
Ernest Samuel Labouchere, commissionair in effecten, wonende te Amsterdam, zijnde al de verschenen personen mij notaris bekend, terwijl voor zooverre zij als gemagtigden optreden de op hen verstrekte lastgeving volgens hunne verklaring, bij monde is verleend.
Die verklaarden bij deze op te rigten eene naamlooze vennootschap en dat zij in haar maatschappelijk kapitaal deelnemen, te weten:
de heer Otto Rudolph vom Rath voor een aandeel;
de heer mr. Hendrik Oijens voor twee aandeelen;
de heer Gerrit Vas Visser voor een aandeel;
de heer Christiaan Pieter van Eeghen voor twee aandeelen;
de heer Samuel Pieter van Eeghen voor een aandeel;
de heer jhr. Maurits Wijnand Hendrik Hooft voor twee aandeelen;
de heer Jan Herman van Eeghen voor drie aandeelen;
de heer Hendrik Jan de Marez Oijens voor drie aandeelen;
vrouwe Catharina Elisabeth de Marez Oijens, weduwe van den heer Johan Eugeen Theodoor Schouwenburg voor een aandeel;
de heer Bernardus Bergman voor twee aandeelen;
de heer Thorwald Egidius voor een aandeel;
de heer Eduard Henrick Crone voor een aandeel;
de heer Petras Antonius Ludovicus van Ogtrop voor drie aandeelen;
de heer Louis Goldberg voor een aandeel;
vrouwe Elisabeth Julia Wübbe, weduwe van den heer Frans Ludwig Smits, voor een aandeel;
de heer Siegmund Alsberg voor een aandeel;
de heer Hendricus Alexander Bahlmann voor een aandeel;
de heer Henri Leonard Schäper Claus voor een aandeel;
de heer Carl Hermann Ferdinand Christmann voor een aandeel;
de heer Lucas Hendrik Weetjen voor een aandeel;
de heer Hermann Johann Leonard Schmedding voor een aandeel;
mejuffrouw Sally Saltet voor een aandeel;
de heer Simon Paulus Fentener van Vlissingen voor een aandeel;
de heer Petrus Franciscus Joannes Everard voor een aandeel;
de heer Gustavus Praetorius voor een aandeel;
de hepr Wilhelmus Martinus Josephus Desmons voor een aandeel;
de heer Floris Coenraad Muysken voor een aandeel;
de heer Abraham Wertheim voor een aandeel;
de heer Abraham Carel Wertheim voor een aandeel;
de heer Gustaaf Adolf Croockewit voor een aandeel;
de heer Leonardus Conradus Joannes van Ogtrop voor een aandeel;
de heer Francis Augustine Watts voor een aandeel;
de heer Willem Frederik Piek voor een aandeel;
de heer Carel Wertheim voor een aandeel;
de h[e]er Bernard Leon Gompertz voor een aandeel;
de heer Hendrikus Joannes Middendorp jr., voor een aandeel;
de heer Evert Pieter van Marken voor een half aandeel;
de heer Meindert Jobannes Waller voor een aandeel;
de heer Wilhem Joan de Bordes voor een aandeel;
de heer Dirk Herbert Joosten voor drie aandeelen;
de firma van Harpen en Rodenberg voor een aandeel;
de heer Jacobus Nienhuis voor twee aandeelen;
de heer Marinus Leembruggen voor twee aandeelen;
de firma gebroeders Bottenheim voor een aandeel;
de heer Andries Lodewijk Wurfbain voor een aandeel;
vrouwe Maria Geertruy Beetz, weduwe van den heer George Lodewijk Wurfbain, voor een aandeel;
de beer jhr. mr. Cornelis Jacob Arnold den Tex voor een aandeel;
de heer dr. Joannes Wilhelmus Bok voor twee aandeelen;
de heer Jules Leon Nicolas de Gijselaar voor een aandeel;
de heer Jean Edouard Basquin voor twee aandeelen;
vrouwe Johanna Margaretha Ehnle, weduwe van den heer Bartholomeus Adrianus Roodenburch, voor een aandeel;
de heer Hendrik Willem Nijman voor een aandeel;
de heer David Benjamin van Embden voor een aandeel;
de heer Petrus Josepbus Hubertus Cuypers voor vijf aandeelen;
de heer Johannes Stephanus Brak voor een aandeel;
de heer dr. Diderik Johan Muntendam Willemszoon voor een aandeel;
de firma C. de Bruyn en Zonen voor een aandeel;
de heer Willem Spakler voor een aandeel;
de heer Johannes Hendricus Gerardus Ferman voor een aandeel;
de heer Salomon Jacob Hendrik Gompertz voor een kwart aandeel;
de heer Wilhelm Cnoop Koopmans voor drie aandeelen;
de heer mr. Abraham Frans Karel Hartogh voor een aandeel;
de heer mr. Daniel Josepbus Jitta voor een kwart aandeel;
de heer Henry Franço Mendes voor een half aandeel;
de heer Melchior Brandt Corstius Lambertuszoon, voor drie aandeelen;
de heer Gideon Maria Boissevain voor een kwart aandeel;
de heer Dirk Christiaan Meijer jr. voor een aandeel;
de heer Johannes Adam Harm voor een aandeel;
de heer Benedict Ricard voor een aandeel;
de heer Anton Fock voor een aandeel;
de heer Adrianus Bruinier voor een half aandeel;
de heer Pieter Abraham Bundten voor een aandeel;
de heer mr. Nicolaas Gerbrandt Cnoop Koopmans voor een aandeel;
vrouwe Cornelia Leembruggen, weduwe van den heer Willem Hendrik de Vos, voor een aandeel;
mejuffrouw Johanna Agatha Scheffer voor twee kwart aandeelen;
de heer Jan Joseph van Santen voor een half aandeel;
de heer Felix Andries Vriese voor een aandeel;
de heer Adrianus Johannes Brink voor een aandeel;
de heer Jan Hendrik de Boer voor twee aandeelen;
de heer Alexander Robert Jacobus Cramerus voor een aandeel;
de heer mr. Theodor Schiff voor een aandeel;
de heer mr. Jobannes Hermanus Molkenboer voor een aandeel;
de heer mr. Adriaan Jan Hoekwater voor een aandeel;
de heer Mathieu Pierre Theodore Damalvy Molière voor een aandeel;
de heer Cornelis Schelten Oolgaardt voor een half aandeel;
de heer mr. Jacob Hendrik Willem Kool voor een aandeel;
de heer Pieter van Notten voor een aandeel;
de heer Herman Hendrik Cretier voor twee aandeelen;
de heer Jacobus Mulder voor twee aandeelen;
de heer Fredrik Willem Oewel voor een aandeel;
de heer mr. Evert Jan Everwijn Lange voor een aandeel;
de heer Abraham Hendrik Siepman van den Berg voor een aandeel;
<vr> de heer Hendrik Waller voor een aandeel;
de heer dr. Gerrit Waller voor een aandeel;
de heer Peter Wilhelm Janssen voor vijf aandeelen;
[3]
de heer Christian Wilhelm Justus Ramann voor een aandeel;
de heer mr. Jan Pieter Portielje voor een aandeel;
de heer Carel Sträter voor een aandeel;
de heer Johannes Hendrik Bangert voor een aandeel;
de heer Adrianus Brusse voor twee aandeelen;
de heer Antonius Bernardus Justinus Sterck voor een aandeel;
de heer Bernardus Justinus Sterck voor een aandeel;
vrouwe Sophia Maria Metz, weduwe van den heer Matthijs van Berkel voor een aandeel;
de heer Albertus Giovanni Maria Caramelli voor vijf aandeelen;
de heer Theodoor Brands voor een aandeel;
de heer mr. Jerôme Alexander Sillem voor zes aandeelen;
vrouwe Louise Sillem, weduwe van den heer Francis Melvil, voor twee aandeelen;
de heer Jacobus Louis Jarman Janszoon voor een aandeel;
de heer mr. Frederik Joseph Maria Anton Reekers voor een aandeel;
de heer Willem Ernst Matthes voor een aandeel;
de heer Ludwig Johann August Hoyack voor een aandeel;
de heer Johannes Borski voor een aandeel;
de heer Johann Gottlieb Sillem voor vijf aandeelen;
de heer jhr. Hendrik Maurits Jacobus van Loon voor twee aandeelen;
de heer mr. Hendrik Peter Godfried Quack voor een aandeel;
de heer Alexander Rehbock voor een aandeel;
de heer Herman Hendrik Beels voor een aandeel;
de heer jhr. mr. Willem Roëll voor twee aandeelen;
de heer Jan den Tex Bondt voor een aandeel;
de heer jhr. dr. Jan Pieter Six voor een half aandeel;
de heer Rudolf Willem Jan Cornelis van den Wall Bake voor een aandeel;
de heer Hendrik van Eeghen voor twee aandeelen;
de heer Hendrik Luden voor een aandeel;
de heer Johann Andreas Böhringer voor een aandeel;
de heer mr. Anthony Rendorp voor een aandeel;
vrouwe Albertine Catherine Rente Linsen, weduwe van den heer Albert Henri Daniel van Gheel Gildemeester voor een aandeel;
de heer Adriaan Gildemeester voor een aandeel;
de heer Cornelis Jan van Nellesteyn voor twee aandeelen;
de heer mr. Eduard Nicolaas Rahusen voor een aandeel;
de heer mr. Gijsbert van Tienhoven voor twee aandeelen;
de heer mr. Nicolaas Gerard Pierson voor drie aandeelen;
de heer Julius Eltzbacher voor een aandeel;
de heer George Carl Valentin Schöffer voor een aandeel;
de heer dr. Anton Willem Cornelis Berns voor een half aandeel;
de heer mr. Richard van Rees voor een half aandeel;
de heer Joseph Bielders voor twee aandeelen;
de heer Jan Anne Langerhuizen voor een aandeel;
de heer Anna Willem van Eeghen voor drie aandeelen;
de heer Ernst Willem Cramerus voor twee aandeelen;
de heer Ferdinand Thomas Nicolaas Bianchi voor een aandeel;
de firma J. H. en G. van Heteren voor een aandeel;
de heer Jacob Wolf Bottenheim voor een aandeel;
de heer Jacobus Marinus Reynvaan voor een aandeel;
de heer Jan Stephan Willem Wilson voor een aandeel;
de heer Pieter Hendrik Testas voor een aandeel;
de heer Ernest Samuel Labouchere voor een half aandeel.
De voormelde naamlooze vennootschap zal worden geregeerd door de navolgende bepalingen en voorwaarden, op het ontwerp waarvan de Koninklijke bewilliging is verkregen bij besluit van den negentienden Mei achttien honderd twee en tachtig nommer 18, en van welk ontwerp en Koninklijk besluit afschriften aan deze minute zijn vastgehecht, te weten:
Artikel een. De vennootschap, waarvan de zetel te Amsterdam is gevestigd, voert den naam van Naamlooze vennootschap Het Concertgebouw.
Artikel twee. Het onderwerp der vennootschap is het oprigten en exploiteren van een concertgebouw voor Amsterdam en al hetgeen daarmede in verband staat.
Artikel drie. De vennootschap wordt aangegaan voor den tijd van honderd jaren, eenen aanvang nemende op den dag van het passeren dezer acte van oprigting.
In eene algemeene vergadering, minstens een jaar vóór het verstrijken van den hierbij bepaalden duur der vennootschap te hou[d]en, zal door de deelhebbers worden beraadslaagd en beslist omtrent de verlenging der vennootschap, of hare ontbinding ten bepaalden tijde; behoudens, in geval van verlenging, het verkrijgen van de Koninklijke goedkeuring.
Artikel vier. Het kapitaal der vennootschap wordt bepaald op vier honderd duizend gulden, verdeeld in vier honderd aandeelen, elk groot duizend gulden, splitsbaar in onderaandeelen van vijf honderd gulden en twee honderd vijftig gulden.
De aandeelen waarvoor bij de oprigting niet is deel genomen, moeten binnen vijf jaren na het passeren dezer acte zijn geplaatst, behoudens verlenging van dien termijn na bekomen Koninklijke bewilliging.
Ter voorziening in eventuele meerdere behoeften der maatschappij kan, krachtens besluit genomen in eene vergadering van aandeelhouders, eene geldleening ten laste dezer naamlooze vennootschap worden aangegaan.
Artikel vijf. Bijaldien eene vergrooting van het maatschappelijk kapitaal wenschelijk mogt worden geacht, kan daartoe, behoudens de Koninklijke bewilliging, op voorstel van het bestuur, in eene algemeene vergadering worden besloten.
Artikel zes. Van het bedrag waarvoor in deze vennootschap wordt deel genomen, moet uiterlijk acht dagen na het verlijden dezer acte, worden gestort twintig percent.
De overige stortingen geschieden op de wijze en tijdstippen door het bestuur te bepalen; aan de aandeelhouders zal veertien dagen te voren daarvan schriftelijk kennis worden gegeven.
Artikel zeven. Voor elke storting worden uitgereikt recepissen op naam, door twee bestuurders onderteekend.
Bij de laatste storting worden de recepissen tegen uitreiking der aandeelen ingetrokken.
Artikel acht. De aandeelen zijn op naam, doorloopend genommerd en door twee bestuurders onderteekend.
De onderaandeelen zijn bovendien gemerkt A, B C of D.
Bij elk aandeel wordt gevoegd een stel gedrukte dividendbewijzen, dragende hetzelfde nommer als het aandeel waartoe zij behooren
Voor aandeelen die in het ongereede zijn geraakt kunnen, op schriftelijke aanvraag van den eigenaar, duplicaat-bewijzen worden uitgereikt, wanneer van die vermissing ten genoege van het bestuur behoorlijk blijkt.
Het zal het bestuur vrijstaan, zoo noodig, van den regthebbende op de vermiste stukken zekerheid te vorderen voor de schade eventueel door de vennootschap te lijden, bijaldien de vermiste stukken later mogten worden teruggevonden.
De kosten op een en ander vallende komen voor rekening der deelhebbers wier aandeelen vermist zijn.
Artikel negen. De namen der aandeelhouders worden in een daartoe bestemd boek, berustende ten kantore der vennootschap, ingeschreven.
Van elken eigendomsovergang wordt, met overlegging der noodige bewijsstukken, waaruit ten genoege van het bestuur die overgang blijkt, melding gemaakt door eene verklaring in dat register ingeschreven en door of namens den vennoot en den verkrijger onderteekend.
Van dien overgang wordt tevens eene aanteekening op het aandeel of recepis gesteld, die door twee bestuurders wordt onderteekend.
De vennootschap erkent slechts één eigenaar voor elk aandeel.
Het bestuur is bevoegd, alvorens de overschrijving te doen, zekerheid te vorderen voor de nog verschuldigde stortingen; die zekerheid niet verlangende, wordt door de overschrijving van het aandeel of recepis, de overdragende vennoot van alle verpligtingen jegens de vennootschap ontslagen.
Artikel tien. Het bestuur der vennootschap is opgedragen aan vijf aandeelhouders.
Telken jare treedt een der bestuurders af volgens rooster, de eerste maal door het lot vast te stellen; de aftredende is terstond herkiesbaar; de eerste aftreding heeft plaats in achttien honderd vijf en tachtig. Bestuurders benoemen jaarlijks uit hun midden een voorzitter.
Het bestuur beslist in zaken tot zijn gebied behoorende, bij meerderheid van stemmen.
Bij staking van stemmen heeft de voorzitter eene beslissende stem.
Artikel elf. Voor de eerste maal worden bij deze rot bestuurders benoemd de heeren: Petrus Antonius Ludovicus van Ogtrop, mr. Jerôme Alexander Sillem, Dirk Herbert Joosten, Wilhelm Cnoop Koopmans en Hendrik Jan de Marez Oijens, allen voornoemd.
Artikel twaalf. Bij vacature in de betrekking van bestuurders geschiedt de aanvulling door de aandeelhouders in de jaarlijksche algemeene vergadering in de maand Mei te houden.
De overige bestuurders mogen voor iedere vacature eene aanbeveling van twee personen doen.
Artikel dertien. Bestuurders zijn niet verder aansprakelijk dan ter zake van de behoorlijke uitvoering van den aan hen opgedragen last; zij zijn, uit krachte der verbindtenissen van deze vennootschap, aan derden niet persoonlijk verbonden.
Artikel veertien. De bestuurders stellen eenen administrateur aan, die hoofdzakelijk belast wordt met de dagelijksche leiding der zaken, de uitvoering der besluiten van het bestuur en de administratie.
De administrateur is geen lid van het bestuur; zijn werkkring wordt door het bestuur bij reglement vastgesteld.
Het bestuur bepaalt zijn salaris en heeft het regt hem te schorsen en te ontslaan.
Artikel vijftien Het bestuur vertegenwoordigt de vennootschap zoo in als buiten regten.
Aan hetzelve is opgedragen de geheele leiding der zaken, de zorg voor het verkrijgen van den grond, het vaststellen der plannen voor den bouw, de aanbesteding daarvan en van al hetgeen voor de tot stand koming en de exploitatie noodig is, het sluiten van overeenkomsten betrekkelijk de exploitatie, het aanstellen, ontslaan en schorsen der beambten en verder al datgene waartoe niet uitdrukkelijk de toestemming of medewerking der algemeene vergadering vereischt wordt.
Alle stukken de vennootschap verbindende worden geteekend door twee bestuurders, doch voor zoover het betreft zaken van dagelijksch beheer, door den administrateur indien deze daartoe door bestuurders speciaal is gemagtigd.
Artikel zestien. Op den laatsten December van elk jaar zullen de boeken der vennootschap gesloten en daaruit zoo spoedig doenlijk, immers binnen den tijd van drie maanden na die sluiting, worden opgemaakt eene balans, aanwijzende den waren staat der vennootschap, en welke balans, door al de leden van het bestuur onderteekend, met de daartoe behoorende justificatoire stukken en bescheiden, minstens veertien dagen vóór den dag der gewone jaarlijksche algemeene vergadering aan eene commissie van drie leden en drie plaatsvervangende leden uit de aandeelhouders benoemd zal moeten worden overgelegd, om door dezen te worden nagezien en bij accoordbevinding definitief te worden goedgekeurd.
De goedkeuring der balans strekt het bestuur tot finale décharge wegens alle handelingen in het afgeloopen maatschappelijk jaar, blijkens de boeken verrigt.
Ingeval de commissie de balans niet mogt goedkeuren beslist de algemeene vergadering.
Artikel zeventien. Van de winsten die uit de goedgekeurde balans zullen blijken te zijn gemaakt, zal eerst en vooraf op de bezittingen der maatschappij zoo veel worden afgeschreven als bestuurders raadzaam zullen oordeelen.
Van de alsdan overschietende winsten zal aan de deelhebbers vijf percent over het op de aandeelen gefourneerde kapitaal worden uitgekeerd.
Van de resterende winst komt: dertig percent aan den administrateur, tien percent aan het reservefonds, zestig percent aan de aandeelhouders in evenredigheid van elks kapitaal.
De uitbetaling van het dividend zal binnen eene maand na de goedkeuring der balans plaats hebben, en daarvan aankondiging worden gedaan in de in artikel vier en twintig vermelde nieuwsbladen.
Dividenden welke niet binnen vijf jaar na de daartoe bepaalde maand zijn opgevorderd komen ten bate der vennootschap.
Artikel achttien. Zoodra en zoolang het reservefonds een bedrag van veertig duizend gulden heeft bereikt, wordt ten behoeve daarvan niets meer afgezonderd en komen de daarvoor bestemde tien percent ten bate der aandeelhouders.
Artikel negentien. Indien in eenig jaar het verlies de winsten mogt
[4]
zijn te boven gegaan, zonder uit de reservekas te zijn gedekt, zal de winst en verliesrekening; daarvoor blijven belast en in volgende jaren niet gerekend worden winst te zijn gemaakt, vóór dat weder is ingewonnen hetgeen de winst en verliesrekening nog schuldig stond.
Artikel twintig. Jaarlijks wordt, uiterlijk in de maand Mei, te Amsterdam eene algemeene vergadering van aandeelhouders gehouden; op die vergadering wordt de balans aan de aandeelhouders medegedeeld.
Buitengewone algemeene vergaderingen kunnen worden gehouden zoo dikwijls het bestuur dit noodig acht en moeten worden gehouden zoodra aandeelhouders, te zamen vertegenwoordigende een vierde van het maatschappelijk kapitaal, met opgave der te behandelen onderwerpen, schriftelijk hun verlangen daartoe aan het bestuur kenbaar maken, in welk geval de oproeping tot zoodanige buitengewone vergadering, binnen dertig dagen na ontvangst van het daartoe strekkende verzoek, moet plaats hebben.
Alle oproepingen tot vergaderingen moeten, behoudens het bepaalde in artikel twee en twintig, minstens acht dagen vóór den dag waarop zij zullen plaats hebben, in de in artikel vier en twintig vermelde nieuwsbladen werden bekend gemaakt; de te behandelen onderwerpen zullen van af den dag der oproeping tot aan dien der vergadering, ten kantore der vennootschap, voor de aandeelhouders ter visie liggen.
Geene andere punten mogen in de algemeene vergadering behandeld worden dan die op voorschreven wijze ter visie hebben gelegen, tenzij met toestemming van het bestuur.
In de algemeene vergadering beslissen de aandeelhouders, met uitzondering van hetgeen in de artikelen twee en twintig en drie en twintig is bepaald, alle onderwerpen bij meerderheid der uitgebragte stemmen; die besluiten zijn verbindend voor alle zoowel aan- als afwezige aandeelhouders.
De stemmingen geschieden bij hoofdelijke omvraag indien het betreft zaken, en bij ongeteekende briefjes indien het betreft personen.
Ieder aandeel geeft regt tot eene stem, met dien verstande dat geen der aandeelhouders meer dan zes stemmen zal mogen uitbrengen.
Aandeelhouders kunnen zich, bij speciale volmagt, door andere aandeelhouders doen vertegenwoordigen; als gemagtigde mag men niet meer dan twaalf stemmen uitbrengen.
De president bestuurder leidt als voorzitter de vergadering.
Bij staking van stemmen word tot eene tweede stemming overgegaan; bij eene tweede staking wordt het voorstel als verworpen beschouwd; bij staking van stemmen over personen beslist het lot.
Van het verhandelde in de algemeene vergadering worden notulen gehouden die door den president bestuurder en een door de vergadering daartoe aan te wijzen aandeelhouder, gearresteerd en onderteekend worden.
Zij strekken tot bewijs van het op de vergadering behandelde.
Artikel een en twintig. De commissie voor de naziening der balans in artikel zestien genoemd, wordt telken jare op de gewone jaarlijksche algemeene vergadering van aandeelhouders gekozen.
Voor de eerste maal worden tot leden dier commissie benoemd de heeren Albertus Giovanni Maria Caramelli, Ernst Willem Cramerus en Julius Eltzbacher, en tot plaatsvervangende leden de heeren Petrus Josephus Hubertus Cuypers, Peter Wilhelm Janssen en Jan Herman van Eeghen, allen voornoemd.
Artikel twee en twintig. De besluiten houdende verandering der bepalingen en voorwaarden dezer vennootschap, daaronder begrepen vergrooting van kapitaal, alsmede tot ontbinding tusschentijds of verlenging, zullen, om geldig te zijn, in eene algemeene vergadering van aandeelhouders moeten worden genomen met eene meerderheid van ten minste drie vijfden der uitgebragte stemmen en nadat de aandeelhouders minstens eene maand te voren tot zoodanige vergadering zijn opgeroepen; alles voor zooveel betreft verandering van de bepalingen en vergrooting van kapitaal of verlenging der vennootschap, behoudens ’s Konings bewilliging.
Artikel drie en twintig. Bijaldien uit eene opgemaakte balans mogt blijken, dat het maatschappelijk kapitaal door geleden verliezen eene vermindering van vijf en twintig percent heeft ondergaan, zullen de bestuurders zoo spoedig doenlijk eene algemeene vergadering van aandeelhouders beleggen, ten einde te raadplegen en besluiten of de vennootschap zal worden ontbonden, dan wel of zij met het alzoo verminderd of met op nieuw aan te vullen kapitaal zal worden voortgezet.
Het bepaalde in artikel twee en twintig is ook ten deze toepasselijk.
Artikel vier en twintig. Alle aankondigingen en bekendmakingen uit krachte dezer bepalingen te doen zullen ten opzigte der aandeelhouders voor geldig en verbindend gehouden worden, indien zij zijn geplaatst in twee der te Amsterdam uitkomende en meest verspreide dagbladen.
Artikel vijf en twintig. Bij ontbinding der vennootschap geschiedt de liquidatie harer zaken door het bestuur, tenzij de algemeene vergadering van aandeelhouders daartoe eene bijzondere commissie mogt benoemen.
Bij het besluit tot ontbinding en de regeling der wijze van liquidatie, zal de algemeene vergadering het bedrag der belooning bepalen aan de liquidateuren gezamenlijk toe te kennen.
De uitkeeringen toekomende aan de aandeelhouders die niet binnen den daartoe alsdan te stellen termijn mogten zijn opgekomen, zullen gedeponeerd worden in de consignatiekas, en zullen de liquidateuren volledig zijn gedéchargeerd door de goedkeuring hunner liquidatierekening door eene algemeene vergadering volgens de bepalingen dezer acte bijeengeroepen.
Slotbepaling.
Elk aandeelhouder voor minstens duizend gulden heeft het regt van voorkeur tot twee zitplaatsen in de localen der vennootschap voor iedere muziekuitvoering tot welke hij regt van toegang heeft.
Dit regt wordt telkens verbeurd indien hij niet driemaal vier en twintig uren vóór de uitvoering heeft kennis gegeven, dat hij van zijn regt gebruik wenscht te maken.
Waarvan acte.
Gedaan en verleden in Amsterdam, ten dage, maand en jare voormeld, in tegenwoordigheid van Johann Jacob Volpp, zonder beroep, en Cornelis Hendricus Visser, kleedermaker, beiden wonende te Amsterdam, als getuigen mij notaris bekend.
En hebben de comparanten, met de getuigen en mij notaris, onmiddellijk na gedane voorlezing, deze minute onderteekend.
(Geteekend:) R. vom Rath, H. Oijens, B. Bergman, G. F. Egidius, E. H. Crone, P. A. L. van Ogtrop, W. J. de Bordes, H. W. A. Kuyper van Harpen, W. N. Repélius, M. Leembruggen, D. Bottenheim jr., A. L. Wurfbain, Jules L. N. de Gijselaar, J. E. Basquin, J. J. Roodenburgh, F. J. Nijman, D. B. van Embden, P. J. H. Cuypers, J. S. Brak, T. C. Bakker, W. Spakler, J. H. G. Ferman, H. Gompertz, W. Cnoop Koopmans, A. B. J. Sterck, W. H. de Wolf, A. Caramelli, L. J. Gaasbeek, J. A. Sillem, A. W. C. Berns, J. Bielders, J. A. Langerhuizen, A. W. van Eeghen, F. T. N. Bianchi Nz., G. van Heteren, J. W. Bottenheim, J. M. Reynvaan, J. W. Wilson, P. H. Testas, E. S. Labouchere; J. J. Volpp, C. H. Visser, J. C. G. Pollones, notaris.
No. 143. Geregistreerd te Amsterdam den achttienden Julij 1800 twee en tachtig, deel 180, blad 115 verso, vak 7; dertien bladen, geen renvooi. Ontvangen voor regt f 2,40, voor 38 opcenten f 0,91 5, te zamen drie gulden een en dertig een tweede cent. De ontvanger b. a. no. 1, (geteekend:) Smits.
Het aan de minuut dezer acte gehechte Koninklijk besluit is van den volgenden inhoud:
19 Mei 1882, no. 18.
Wij WILLEM III, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Groot-Hertog van Luxemburg, enz., enz., enz.
Beschikkende op het aan Ons ingediend verzoekschrift van Petrus Anthonius Ludovicus van Ogtrop, wonende te Amsterdam, strekkende tot het erlangen der Koninklijke bewilliging op het daarbij overgelegd ontwerp der acte van oprigting van de naamlooze vennootschap, genaamd: »Naamlooze vennootschap Het Concertgebouw” te vestigen te Amsterdam;
Gelet op de artt. 36—56 van het Wetboek van Koophandel;
Op de voordragt van Onzen Minister van Justitie van den 12den Mei 1882, 1ste afdeeling, no. 159;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Onze bewilliging te verleenen op het bij het verzoekschrift overgelegd ontwerp der acte van oprigting van de naamlooze vennootschap genaamd: »Naamlooze vennootschap Het Concertgebouw”, te vestigen te Amsterdam.
Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Arolsen, den 19den Mei 1882.
