[ 1 ]COnſtantinopolen den 16 January. Men continueert te verſekeren, dat de Troupen van Thamas Kouli Kan, nieuwe Sophi van Perſien, door die van de Party welcke hem niet voor Coning wil erkennen, 2 dagreyſens van Ispahan geſlagen zijn, en dat de Battaille ſeer bloedig is geweeſt. Schoon men hier ſegt geen tyding daer van te hebben, ſoo is het doch ſeker, dat ſig in Perſien een conſiderable Party in faveur van den ouden Sophi heeft opgedaen, die onder andere door de Usbeckſe Tartaren onderſteund werd. De Ambaſſadeur die van wegens den Grooten Heer na Perſien moeſt gaen, om Thamas Kouli-Kan als Sophi te erkennen, heeft ordre, van ſijn reys te ſtaken, en de Troupen die men van de Frontieren van Perſien wilde wegnemen, moeten daer blijven. Het ſchijnt, dat men den uytſlag van ſaken aldaer alvorens wil afwachten. De Ambaſſadeur van Perſien, die voor eenige dagen vertrocken is, heeft de jongſte en fraeyſte Slavinnen met ſig medegenomen; en men verneemt, dat de andere Perſiaenſe Slaven, ſoo Mans- als Vrousperſonen, die ſig op een Schip na Trebiſonde ingeſcheept hadden, alle verdronken zijn, alſoo het Schip op de Kuſt van Africa vergaen is. Men gelooft, dat de Baron van Dahlman, Ambaſſadeur van den Rooms-Keyſer, morgen na den Primo Vizier in ’t Leger ſal vertrecken, om de laetſte poging te doen tot het uytwercken van de Vrede tuſſchen Ruſland en de Porte, waer in men weynig apparentie ſiet dat hy ſal kunnen reuſſeren, om dat het Volk met geweld den Oorlog begeert, weshalve de algemeene gedagte is, dat men de Campagne ſal openen, maer dat men midlerwijl door tuſſchenkomſte van Vrankrijk over de Vrede ſal handelen. De Krijgs-Preparatien werden te water en te land ſterk voortgeſet: Men ruſt 2 Vlooten uyt, die op de Swarte Zee en in de Archipel of Middelandſe Zee ſullen dienen.