Oproep voor zendtijd voor radio-omroep in Nederlandse Staatscourant
Oproep voor zendtijd voor radio-omroep in Nederlandse Staatscourant | |
Auteur | Nederlandse staat |
Genre(s) | |
Brontaal | Nederlands |
Datering | 1 augustus 1923 |
Bron | à Steringa Idzerda. De pionier van de radio-omroep. door P.A. de Boer, Uitgave: De Muiderkring, Bussum, 1969 |
Auteursrecht | Publiek domein |
Op 1 augustus 1923 verscheen in de Nederlandse Staatscourant een oproep aan gegadigden voor radiozendtijd van de minister van Waterstaat. Deze oproep is te beschouwen als de eerste poging van de Nederlandse overheid om de omroep te reguleren. De tekst van deze oproep volgt hieronder.
Radiotelegrafische en -telefonische rondzending
bewerkenHet voornemen bestaat om dagelijks tusschen 7 en 10 n.m. en des Zondags bovendien van 3 tot 5 n.m., na verkregen machtiging van den Minister van Waterstaat, de gelegenheid te geven voor het rondzenden van mededeelingen aan allen, z.g. broadcasting, waaronder wordt verstaan het verspreiden van mededeelingen van woord- en tooninhoud van ontspannenden, leerzamen, politieken, ethischen en religieuzen aard, bestemd voor allen, die daarnaar wenschen te luisteren.
Hiervoor zullen, in afwachting van internationale regeling, golflengten van 1050 tot 1100 M. worden beschikbaar gesteld, terwijl vermoedelijk eene retributie van 100 gulden per weekuur per jaar zal worden geheven.
Degenen, die voor eene desbetreffende machtiging wenschen in aanmerking te komen, hieronder mede begrepen degenen, die reeds mededeelingen als vorenbedoeld rondzenden, behooren zich met een schriftelijk verzoek te wenden tot den directeur-generaal der posterijen en telegrafie, onder vermelding van de dagen en uren, waarover zij zouden wenschen te beschikken, en verder onder opgaaf van de ligging van het station, van systeem, golflengte en te bezigen antennevermogen. Hieraan kunnen dan al die inlichtingen omtrent werkwijze als anderszins worden toegevoegd, welke den aanvrager nuttig toeschijnen.
De verzoeken behooren vóór 15 Augustus te zijn ingekomen bij het Hoofdbestuur der Posterijen en Telegrafie, Kortenaerkade 12, 's-Gravenhage, onder vermelding van den aard der mededeelingen, welke men zich voorstelt te verspreiden.
Daarna zal overwogen worden op welke wijze door overleg met en samenwerking tusschen de aanvragers zoo volledig mogelijk aan de verzoeken kan worden te gemoet gekomen.
De Minister van Waterstaat, | |
G.J. van Swaay |