Oude roldersklacht

iedereen blijft zitten
1. O vrij studentenheerlijkheid,
waar zijt gij thans verzwonden?
O keer nog eenmaal schonen tijd,
Zo vrij, zo ongebonden!
Ik zoek u langs mijn wegen weer
En vind u sporen nimmerweer!


O jerum, jerum, jerum,
O quae mutatio rerum!

enkel de oud-lid|oud-studenten staan recht
2. Waar zijn zij die voor 't Gentse bier
hun laatste cent verdronken;
Als wereldbazen op den zwier,
met volle potten klonken?
Zij gingen 't hart gebroken voort
van hier naar 't stil geboorteoord.

Refrein

enkel de actieve studenten politieke wetenschappen, economische wetenschappen, wetenschappen, ingenieur en farmacie staan recht
3. Daar ligt er een als man van plicht,
Op een bureau gebogen;
enkel de actieve studenten studenten letteren, filosofie en pedagogie staan recht
Een ander ontplooit met koud gezicht
Zijn schoolmeestersvermogen.
Wie dacht ooit dat een schurk zo fijn
Zou zo pedant geworden zijn?

Refrein

enkel de actieve studenten geneeskunde en paramedici staan recht
4. Een dokter preekt de matigheid,
En was hier grote rolder;
enkel de actieve praesidiumleden (afhankelijk van de plaats enkel die van de organiserende club dan wel die van alle clubs) staan recht
Ministers gaan met statigheid,
En woonden hier op zolder;
enkel de studenten rechten staan recht
De rechter straft nu drankmisbruik
En vroeger sliep hij met de kruik!

Refrein

Alle leden van de corona staan recht, en reiken elkaar met gekruiste armen de handen
5. Sa vrienden, reikt elkaar de hand,
Opdat hij zich vernauwe
De trouwe vriendschap heil'ge band,
De heil'ge band der trouwe.
De glazen worden hoog geheven, en er wordt rechts, links en rechtover aangestoten
Klinkt aan en heft omhoog het glas,
Nog leeft het oud studentenras!

De rechterzijde van de clubtafel zingt het refrein, terwijl de linker het glas ad fundum drinkt; daarna pas zingt de linkerzijde het refrein en de rechterzijde drinkt
Bibamus laeti merum,
Non est mutatio rerum!

Bron: Oude Roldersklacht op Wikipedia