Pagina:Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden - Eerste deel.pdf/203

Deze pagina is niet proefgelezen
22
AAR.

W. van St. Kruis. Zij bevat behalve de stad Aa r d en burg, ook nog ten N. de Isabelle- en Diomede -poHers, ten O. de Oude Stad Aardenburg, ten Z. een gedeelte van de polders Beoo st e- en Bew ester -Eede -bez u iden -St. -Pie terdijk tcn Eede, W. de Oude ha ven van Aardenburg cn een gedeelte van den polder Bewester-Eed-benoor den -St.- Pietersdijk, heeft 542 h., en ruim 1400 inw., onder welke bijna 1000 Herv., 580 R. K. 50 Menn. en 5 Luth. De Herv. gem. verd vroeger door twee Predikanten bediend ; thans heeft zij éénen Predikant en behoort tot de klass. van IJzendijke, ring van Sluis. Predikantsplaats wordt door een vrij beroep van den kerkcraad vervuld. De eerste, die wij als Predikant te dezer plaatse vermeld vinden, is JOHANNES IJSERMAN of ISERMAN. Hij werd in het laatst van 1778 alhier beroepen, en bekwam het volgende jaar ze- keren Tuoxxs BRUSCHEN tot ambtgenoot. De statie der R. K. wordt tot het Zeeuusch gedeelte van het Bisdom Gent gerekend, staat als zooda- nig onder cenen Bisschoppelijken Commissaris, en heeft éénen Pastoor, die onder het deken. van Hulst behoort. De Menn. kerk wordt door éénen vasten predikant bediend. De Luth. behooren tot de Gemeen- te van Groede. Voorheen bestond hier ook eene Fransche gem., die echter tegenwoordig bü de Nederduitsche ingelijfd is. De stad AARDENBURG, die tot de steden van den tweeden rang be- hoort, ligt 7 u. Z. van Middelburg, ruim u. Z. O. van Sluis., 1 u. van de Belgische grenzen, 50 16' 23" N. B ., 10 6' 45" O. L. van Parüs. Zü was vroeger RODENBURG geheeten, niet ROODENDURG zoo als vele schrüven, alsof deze naam van de roode stadsmuren zoudc ontleend zün. De naam komt af van het Angelsaksische woord rode, dat ree of rede beteekent, en zinspeelt op de voortreffelijke ligplaats voor sche- pen, die hier vroeger gevonden werd. Wanneer echter die naam in. dien van AARDENBURè overgegaan z(j, is met geene zekerheid te bepalen. In een der privilegiën van het jaar 1204 draagt wel reeds dezen laatsten naam, maar men vindt er nog van later dagteekening, tot in 1243 toe, vaarin zij onder dien van RODENBURG voorkomt. VÔ6r het stichten van Brugge was zij van zooveel belang, dat zij voor een der aan- zienlijkste steden van Vlaanderen en voor de hoofdstad der zeeplaatsen van dit gewest gehouden werd. Zij had eene haven, waarvan men opgeteekend vindt, dat zij vel zeshonderd schepen konde bevatten, terwijl hare wallen nagenoeg 70 bund. lands besloegen. De stad zelve had 2000 séhreden in haren omtrek, 74 straten, 5 markten, 2 andere ruime plaatsen, 12 voorname gebouwen en 4 poorten van welke laatsten nog ééne, onder den naam van Waterpoort bekend, van uur- cn slagwerk voorzien, aan de westzijde der stad gevonden wordt ; van deze is de Vernieuwing in steen bevolcn bij octrooi van H. H. M. de Stalen Generaal der Veree- nigde Nederlanden, dd. 22 April 1650. Toen MARGARETHA, Gravin van Vlaanderen, in de geschiedenis onder den naam van de Zwarte, MAR- GRIET bekend, ten jare 1266, drie geregtshoven oprigtte, werd een derzelve te AARDENBURG gevestigd, de beide andere te Brugge en te Oudenburg, hoewel zij slechts twee jaren op die xvijze in werking bleven, en vervolgens één collegie uitmaakten. De -handel, dien de Aardenbur- gers dreven was zeer aanzienlijk. Reeds in 1258 voeren zij op de. Oost- zee, als wanneer zij aldaar, door Graaf Anor,F van Ilolstcin, voor dc helft werden vrijgesteld van zekere tollen op den graanhandel, terwijl dc Engelsche Koning HENDRIK III hun in Fcbt•uarjj cn Junij '1261, en zijn opvolger EDUARD III, in November '1200. onderscheiden voorregten