— 87 —
schen oceaan, door midden-Europa tot ten Oosten van Warschau kunnen nasporen.
De storm, die den 5den en 6den Februarij 1850 alhier heerschte, alsmede in Engeland en Ierland, behoort mede tot deze soort van stormen. Hij bood alle verschijnselen van eenen ronddraaijenden storm aan, en het was zelfs mogelijk, om van uur tot uur bijna, de plaats van het middelpunt uit de waarnemingen van den barometer en de windrigting te bepalen.
Het zou overtollig zijn om hier ook nog de koersen der draaijende stormen aan te toonen op andere gedeelten der aarde. In het algemeen zijn deze minder goed bekend, dan die, welke in den Indischen en Atlantischen oceaan voorkomen. Het zal genoeg zijn te wijzen op de vreesselijke Tyfons der Chineesche zee, de Tornados op de kusten van Afrika, de Pampero's van Rio de la Plata en de Noordwesters van Bengalen, die allen tot de draaijende stormen moeten worden geteld, om de algemeenheid van hun voorkomen te doen opmerken. Deze laatste hebben echter niet die uitgestrektheid, welke de eerst behandelde bezitten; zij duren korter, gewoonlijk niet langer dan 6 à 8 uren, maar in hevigheid doen zij niet voor de eerste onder.
Uit dit een en ander zien wij, dat de oorzaken en aanleiding tot het ontstaan van draaijende stormen vrij algemeen over de aardoppervlakte aanwezig zijn. En hierop steunende, is in den laatsten tijd zelfs de meening geuit of niet alle stormen tot de ronddraaijende moeten gerekend worden. Dit gevoelen heeft wel iets vóór zich, doch nadere onderzoekingen zullen moeten leeren, of het al dan niet met de waarheid overeen komt.
Nadat wij dan de verschijnselen hebben nagegaan, die de orkanen opleveren, hen in hunnen koers hebben gevolgd, en de verbreiding derzelve over de oppervlakte onzer planeet hebben opgegeven, komen ons als van zelf de vragen voor den geest: welke zijn de plaatsen waar de orkanen hunnen oorsprong nemen? Welke zijn deze oorzaken zelve? Waarom beschrijven de meeste orkanen zulke geregelde banen? Waardoor buigen zich deze banen op bepaalde breedten om