Pagina:Album der Natuur 1854 en 1855.djvu/420

Deze pagina is gevalideerd

— 10 —

maal kleiner is dan de aardstraal, zijn dus vele maanbergen 4 maal hooger dan onze aardsche bergen te noemen.

De hoogste maanberg, Newton, zeer nabij de Zuid-Pool gelegen, is juist 1 geogr. mijl hoog en bedraagt alzoo het 1454 van de maansmiddellijn; de hoogste aardsche berg, in de Himalaya, is 116 geogr. mijl hoog en maakt alzoo het 11481 gedeelte der aardmiddellijn uit.

Om een oppervlakkig denkbeeld te geven van de gemiddelde hoogte der hoogste maanbergen kan vermeld worden, dat beer en mädler, van de 1995 door hen gemetene hoogten gevonden hebben: 6 boven de 18000 vt., 38 boven de 15000 vt., 128 boven de 12000 vt.

De geringste hoogte, welke zij nog met redelijke naauwkeurigheid hebben kunnen bepalen, wanneer zij bij opgaande of ondergaande zon eene zeer lange schaduw afwerpt, is eene hoogte in den ringberg Seleucus, nabij den N. W. maan-rand gelegen, van 162 voeten.

Gelijk de geologie den betrekkelijken ouderdom der aardsche rotslagen bepaalt, zoo kan ook de betrekkelijke ouderdom van sommige maanbergen bepaald worden, doch alleen dan, wanneer verscheidene ringgebergten elkander als doorkruisen; want de middelen welke der geologie daartoe ten dienste staan, als de scheikundige zamenstelling, de betrekkelijke ligging en opvolging der verschillende rotslagen, vooral de ingeslotene versteeningen, zijn natuurlijk bij de maan niet aan te wenden, zoodat die betrekkelijke ouderdoms-bepaling niet tot geheele formatiën, over de gansche maansoppervlakte verspreid, kan uitgestrekt worden, maar alleen plaatselijke opheffingen kan betreffen, welker opvolging zich op het oog laat beoordeelen.

Over het algemeen kunnen de zoogenoemde Walvlakten als de oudste bergvormen worden aangemerkt. Zoo noemt men uitgestrekte, dikwerf nog vrij oneffene vlakten, soms merkelijk van den cirkelvorm afwijkende, ingesloten door onregelmatige, zeer vertakte, veelal duizende voeten hooge bergwallen. Op de kaart van beer en mädler vindt men er 37 van aangegeven, die allen meer dan 10 geogr. mijlen middellijn, en meer dan 80 vierkante geogr. mijlen oppervlakte hebben, terwijl die der meeste meer dan 100, en van