Pagina:Album der Natuur 1854 en 1855.djvu/501

Deze pagina is gevalideerd

— 91 —

wanneer men in den zomer de waarnemingen, des morgens omtrent te negen ure, of des namiddags omtrent te drie ure volbrengt, zullen zij van zelve tot veel naauwkeuriger uitkomsten leiden. In elk geval is het raadzaam, buiten noodzakelijkheid, de waarnemingen niet binnen de twee uren vóór of na den middag te volbrengen.

Ik heb eenige tijdsbepalingen met het werktuig van eble volbragt, door telkens, met het sextant, vijf malen achtereen de hoogte van de zon te meten, uit iedere dier hoogten, door afpassing met het net en de schaal, den waren tijd afteleiden, dien tot middelbaren tijd over te brengen, en elke dier uitkomsten bij de aanwijzing des tijdmeters ten tijde van elke meting te vergelijken. Uit dit vijftal tijdsbepalingen werd telkens het midden genomen en de gevondene fouten der uitkomsten waren de volgende:

Fout der tijdsbepaling met het
werktuig van eble.

1854, 1 April, 's morg. te 9 u. 25 m .................... 0 m. 12 sec.
1854, 1 April, 's morg. te  9 u. 53 m. .................... 0 m. 31 sec.
1854, 4 April, 's morg. te  9 u. 19 m. .................... 0 m. 6 sec.
1854, 4 April, 's nam.  te  5 u. 35 m. .................... 0 m. 5 sec.
1854, 9 April,  's nam. te  6 u. 3 m. .................... 0 m. 8 sec.
1854, 13 April, 's morg. te  9 u. 6 m. .................... 0 m. 2 sec.
1854, 13 April, 's nam.  te  6 u. 30 m. .................... 0 m. 3 sec.
1854, 30 Octob., 's nam. te  3 u. 42 m. .................... 0 m. 30 sec.
1854, 11 Decemb.,'s nam. te  3 u. 29 m. .................... 0 m. 44 sec.
1854, 13 April, 's nam. te  9 u. 22 m. .................... 0 m. 49 sec.
1854, 13 April, 's nam. te  9 u. 53 m. .................... 0 m. 24 sec.
1854, 15 April, 's nam. te  9 u. 23 m. .................... 1 m. 11 sec.

Het blijkt uit deze opgaven, dat het werktuig van eble eene aanmerkelijk naauwkeurigere tijdsbepaling dan dat van seiler geeft. Het gemiddeld bedrag van de fout eener tijdsbepaling met het werktuig van eble, bedraagt inderdaad niet veel meer dan het vierde deel eener minuut. Bij de waarneming van den 11den December bedroeg de hoogte der zon naauwelijks 1½ graad en toch waren de zonnebeeldjes zeer duidelijk. De meer aanzienlijke fout van den 15den December komt niet het sextant, maar het net met de schaal ten laste. De meting van de hoogte der zon met het sextantje van eble is uiterst ligt en aangenaam, en, gelijk mij uit een opzettelijk onderzoek is gebleken, ook zeer naauwkeurig. Het afpassen van den waren tijd op het net met de schaal is minder aangenaam en minder naauwkeurig. De schaal is onmiddellijk slechts van