— 284 —
scholtzia's, Bartonia's, Solidago's, Platystemons en Lasthenia's. De invloed van het klimaat vooral is zoo groot, dat vele bloemen, die in warme gewesten schoon gekleurd zijn, in onze koudere luchtstreek dikwijls wit worden: zoo is de goudgele kleur der Eschscholtzia en het bloedrood der bevallige Fuchsia's na herhaalde zaaijingen in wit veranderd.
Behalve klimaat en grond zijn er echter nog andere bijkomende oorzaken, die op de kleur der bloemen invloed hebben. Zoo draagt in Chili de Colletia spinosa op een en denzelfden stam witte en roode bloemen; terwijl de bloemen van Myosotis versicolor eerst eene gele, daarna eene roode en eindelijk eene blaauwe kleur hebben. De naam mutabilis (veranderlijk) is aan vele bloemen gegeven, die op zekere tijden van kleur veranderen. De Hibiscus mutabilis in West-Indië is 's morgens wit, 's middags rozenrood en 's avonds donkerrood; de bloemen der Tamarinden (Tamarindus indica) veranderen somtijds van wit in geel, het Polemonium coeruleum geeft vaak aan ééne plant blaauwe en witte bloemen. Verschillende werkingen van licht en warmte, van regen en droogte op de onderscheidene deelen eener plant brengen waarschijnlijk die veranderingen te weeg. De Hibiscus mutabilis wordt bij betrokken weder geenszins rood, maar behoudt de witte kleur den ganschen dag. Ook is het bekend, dat bloemen, die in te groote duisternis groeijen, of in hunne ontwikkeling belemmerd zijn, bleeker en witter kleur bezitten, dan hare meer vrijelijk bloeijende zusters.
Dat die kleuren in de bloemen in het oneindige kunnen veranderen, wordt bewezen door de uitkomsten, die somtijds den onvermoeiden ijver des menschen in het veredelen der planten bekroonen. Zaaijing en hybridisatie hebben niet alleen grootere, meer ontwikkelde en dubbele bloemen in het aanzijn geroepen, maar ook de kleuren gewijzigd en vermeerderd. Zoo zijn uit de oorspronkelijk witte en blaauwe Hyacinthen die ontelbare schakeringen ontstaan, die wij tegenwoordig in die bloemen bewonderen, en die van het gloeijendste rood tot het levendigste geel, van het diepste zwart tot het helderste violet afwisselen. Ook het vreemde, het bonte en gestreepte is in de bloemen dikwijls door tusschenkomst van den