Pagina:Album der Natuur 1856 en 1857.djvu/423

Deze pagina is gevalideerd
 

NATUURHISTORISCHE SCHETS

DER

SPINNEN.

DOOR

A.W.M. VAN HASSELT.[1]

 

 

I.

 

Oneindig groot is het verschil van uitwendig voorkomen in de dierenwereld; niet minder groot is de verschillende indruk dien mensch en dier daarvan ontvangen. Even bevallig als sommige dieren zich aan ons oog of aan andere van onze zintuigen voordoen, even terugstootend werkt de uitdrukking, de geheele physiognomie van anderen op onze verbeelding. Tegen eenige dieren schijnt zelfs eene algemeene antipathie te bestaan, onder welke voorzeker, in de afdeeling der gelede dieren, de spinachtigen of Arachnoïden eene voorname plaats bekleeden; en, inderdaad, vele van deze vertoonen, op den eersten aanblik althans, een alleronbehagelijkst uitzigt. Op den eersten aanblik, zeg ik; immers valt hier, bij eene nadere beschouwing,—even als zulks in het algemeen ten aanzien van de voortbrengselen der natuur geldig is,—niet weinig weg, wat in den beginne afschuw of vrees inboezemde. Wat de spinachtige dieren in het algemeen betreft, moge de lezer ditmaal mijne verzekering dienaangaande voor lief nemen, maar wat een van hunne orden of familiën, die der eigenlijke spinnen aangaat, hoop ik hem dit

  1. Onder zoo velen, die welwillend hebben medegewerkt, om mij in staat te stellen, de levenswijze en bewerktuiging dezer merkwaardige dierklasse te leeren kennen, ben ik, wat de litteratuur betreft, bijzonderen dank verschuldigd aan mijne vrienden Dr. C. Verloren en Prof. W. Vrolik; de bijgevoegde teekeningen, ofschoon uit andere werken ontleend, heb ik te danken aan het talent van den Off. v. gez. Schubaert.