Pagina:Album der Natuur 1858 en 1859.djvu/115

Deze pagina is proefgelezen
89
IETS OVER HET BILLARD.

schok van den handbal tegen den band, naarmate hij hoog of laag en daarbij regts of links gestooten werd. In Fig. 17 is de handbal, zoo

Fig. 17. en Fig. 18.

als de nevenstaande figuur aanduidt, laag, in Fig. 18 daarentegen hoog geraakt. Bij iedere figuur zijn vier rigtingen beschouwd, langs welke de handbal den band schokt: eene daarvan (met 4 geteekend) is loodregt op dien band: de andere zijn met 3, 2 en 1 aangeduid, naarmate zij 34, 24 of 14 van eenen regten hoek met dien band vormen. De invallende rigtingen liggen alle regts in de figuur: de teruggekaatste komen dus in de linker helft, en daarbij zijn zij met dezelfde nommers voorzien als de rigtingen van inval, waartoe zij respectievelijk behooren. De uitwerking verder van eenen zijstoot ter regterzijde van het middelpunt is met één streepje aangeduid, terwijl twee streepjes beteekent dat de bal links is gestooten. De snelheid van den bal vóór den schok is 3 meters per seconde. De aandachtige beschouwing dezer figuren, voor twee bijzondere en genoegzaam verschillende gevallen, zal het boven gezegde kunnen bevestigen en zoo noodig verduidelijken. Slechts moge hierbij nog ter loops worden aangemerkt, dat er soms