Pagina:Album der Natuur 1858 en 1859.djvu/531

Deze pagina is proefgelezen
3
PLANEET SATURNUS.

de soms steile bergwanden te bebouwen, kan zich geene voorstelling maken van de onafzienbare vlakke oorden, die elders gevonden worden, en wenscht vurig deze te mogen aanschouwen; de bewoner van het binnenland staat verstomd, als hij de zee in alle hare uitgebreidheid voor zich ziet.

Ook buiten onze aarde vinden wij eenheid en verscheidenheid. En, wekken al die flonkerlichten, die ons, bij een helderen nacht, van het ruime hemelgewelf tegenblinken, ons onwillekeurig op tot eene heilige bewondering, die bewondering rijst, wanneer wij bij nadere en oplettende beschouwing in die wereldligchamen manen, planeten, kometen en zonnen niet alleen, maar ook onder ieder van deze weder de grootste verscheidenheid opmerken. En onder de planeten, welke, vooral omdat onze aarde ook tot dat soort van ligchamen behoort, onze bijzondere belangstelling wekken,—is het Saturnus vooral, die zich van de andere onderscheidt door haar zonderling stelsel van ringen, en daarom onze bijzondere opmerkzaamheid tot zich trekt.

Nu heeft men wel is waar Saturnus reeds van de eerste tijden, in welke men met bewustheid den hemel aanstaarde, als planeet gekend, en weet men ook, sedert 1659, toen onze beroemde landgenoot christiaan huygens met kijkers van 12 en 23 voeten lengte haar bespiedde, dat de onregelmatige gedaante dezer planeet, die men toen reeds had opgemerkt, een gevolg is van een vrij om haar zwevenden ring, toch hebben de laatste jaren, vooral na 1850, meer bijzonderheden van dien ring doen kennen of tot vermoedens aanleiding gegeven, die het wel der moeite waardig maken deze planeet tot een onderwerp van onze bijzondere beschouwing te kiezen.

Ons doel is alzoo om, door onze denkbeeldige reis naar Saturnus, haren stand in de ruimte van ons zonnegebied te doen kennen, den lezer met de bijzondere aard en gesteldheid der planeet, met haar stelsel van ringen en manen, voor zooverre men op goede gronden daartoe kan besluiten, bekend te maken en eindelijk stil te staan bij de bijzondere hemelverschijnsels, die men van de planeet, hare ringen en manen zal kunnen waarnemen.

In de eerste plaats wilden wij Saturnus leeren kennen, wat haren stand betreft in ons zonnestelsel. Het is daartoe noodig, dat wij ook

1 *