De ring is alzoo het meest geopend aan de noordzijde in de jaren 1855 en 1884. Hij verschijnt als eene regte lijn of is onzigtbaar in de jaren 1863 en 1892. Hij vertoont zich weder het meest geopend, maar nu aan de zuidzijde, in de jaren 1870 en 1899 en verschijnt weder als eene regte lijn of is voor ons onzigtbaar in 1877 en 1906.
In Fig. 6 hebben wij de schijngestalten afgebeeld, waaronder de planeet zich in de daarboven opgegeven jaren zal vertoonen.
Uit ons tafeltje, waarin de stand der planeet voor ieder jaar is opgegeven, kan men nu ook ligt afleiden, op welken tijd zij voor ons zigtbaar zal zijn, daar dit natuurlijk dan plaats moet hebben, wanneer het sterrebeeld of liever het teeken van den dierenriem, waarin zij zich bevindt, boven onzen horizont is.
Wanneer wij nu in de laatste plaats de verschijnsels nagaan, die door deze ringen, zoo op deze zelve, als op de planeet moeten ontstaan, dan worden wij getroffen door het vreemdsoortige dier natuurverschijnsels, die elders, voor zoo verre wij weten, nergens zoo bestaan.