Pagina:Album der Natuur 1858 en 1859.djvu/683

Deze pagina is proefgelezen
155
HET LEVEN EN WERKEN VAN LINNAEUS.

Wij moeten eindelijk, want alles te vermelden is ons niet mogelijk, op de dubbele namen opmerkzaam maken, die linnaeus aan planten en dieren gaf. Reeds vroeger had men opgemerkt, dat vele soorten met elkander dermate overeenkwamen, dat ze tot een gemeenschappelijk geslacht behooren. Reeds vroeger dus had men zekere namen, die aan meer dan eene soort gegeven werden, en als geslachtnamen konden worden beschouwd. Tournefort heeft in de botanie in dit opzigt groote verdiensten door het vaststellen der geslachten (Genera) naar goede kenmerken. Maar overigens hadden de soorten geene eigenlijke wetenschappelijke namen, en, wilde men ze onderscheiden, dan bediende men zich van eene korte beschrijving, die achter den generischen (algemeenen) naam werd gevoegd. Men begrijpt hoe omslagtig zulk eene aanwijzing was, en hoezeer het geheugen te kort moest schieten om vele verschillende soorten te kunnen overzien. Door het aannemen van twee namen werd dit gebrek verholpen. De eerste duidt het geslacht, de tweede de soort in dat geslacht aan; de eerste kan dus in de wetenschap slechts eenmaal voorkomen: twee verschillende geslachten behooren nooit denzelfden naam te dragen; de laatste kan zonder schade dikwerf worden gebruikt, en is gewoonlijk een bijvoegelijk naamwoord. De algemeene invoering dezer naamgeving is echter eerst in de tiende uitgave van het Systema naturae door linnaeus in acht genomen.

In de kennis der delfstoffen is de invloed van linnaeus minder vruchtbaar geweest, maar in die van het dierenrijk waren zijne verdiensten misschien niet minder groot, dan in die van het plantenrijk. Zijne zes dierklassen: zoogdieren, vogels, tweeslachtige dieren, visschen, insekten en wormen zijn tot op den aanvang dezer eeuw toe algemeen behouden gebleven, en eerst door lamarck en cuvier volgens de ontdekkingen in de vergelijkende ontleedkunde gewijzigd. Deze wijziging bepaalt zich echter vooral tot eene enkele klasse, die der wormen, en het ontbreekt niet aan hedendaagsche schrijvers, die in hunne verdeelingen weder nader tot het stelsel van linnaeus terugkomen, en zich van de nieuwe verdeelingen der genoemde Fransche geleerden min of meer verwijderen.

Onder de meest omvattende geschriften van linnaeus neemt het