Pagina:Album der Natuur 1858 en 1859.djvu/770

Deze pagina is proefgelezen
242
HET MELKSAP DER PLANTEN.

Uit het sap heeft zich na eenigen tijd een uiterst fijn wit meel afgezet, waarvan de bovenstaande vergiftige vloeistof afgegoten wordt. Nadat het meel nogmaals met water is afgewasschen, verkrijgt men daaruit het volkomen op arrowroot gelijkende Tapiocca.

De familie der Wolfsmelkachtigén is rijk aan zulke vergiftige planten. De wilde van Zuid-Afrika bereidt uit een lid dier familie (uit Euphorbia Caput Medusae) het doodelijke vocht, terwijl weder het melksap van andere (E. hectagona, virosa, cereiformis) den Aethiopier tot vergiftiging zijner pijlen dient, eene derde (E. cotinifolia) door den inboorling op het zuidelijkste punt van Amerika daartoe gebruikt wordt.

Het zoo vreeselijke Wooraregift, dat onder allerlei geheimvolle plegtigheden bereid wordt aan de oevers van den Orinoco, wordt hoofdzakelijk uit het sap en de schors van eenige Apocyneën (Echites suberecta en Strychnos toxifera schomb.) verkregen. Ongeveer een voet lange pijlen van hard hout worden met de punt in dit vergif gedoopt en het andere einde met boomwol omwikkeld, zoodat het juist past in de holte van een zorgvuldig uitgehold lang riet. Met dit gevaarlijke wapen gaat de Amerikaan op de jagt. Geen geritsel verraadt zijn geoefenden, zacht voortsluipenden voet, geen oog bespeurt in het digte woud het gevaarlijke riet, waaruit de bode des doods, slechts door een krachtigen adem voortgestuwd, zelfs op 30 voet afstand zijn weerloos offer bereikt, dat bij de kleinste wonde binnen weinige oogenblikken onder stuiptrekkingen den geest geeft.

De vergiftige melkvochten worden in de laatste jaren minder als pijlvergiften gebezigd, nu de inboorlingen het gebruik van vuurwapenen hebben leeren kennen. Van een der gevaarlijkste moet echter nog met een woord melding gemaakt worden. Het is het Upas Antiar der Javanen, al wederom een melkvocht, hetwelk hier door eene plant uit de familie der Urticeën geleverd wordt. Deze Upasboom (Antiaris toxicaria lesch.) is een der meest gevreesde op het eiland Java, aan wien het volksgeloof den meest verderfelijken invloed toeschrijft op al wat hem omringt.

Volgens de algemeene meening staat die boom alleen te midden eener vallei en brengt door zijne giftige uitwasemingen den dood aan al wat hem nadert. Geen plant noch dier kan in zijne nabijheid leven, en geen sterveling waagt het vrijwillig dat "dal des doods" te betre-