Hieruit blijkt, dat gedurende de maanden Augustus en October de gemiddelden van de zes malen daags waargenomen temperatuur van den boom en van de lucht op het noorden nagenoeg volkomen gelijk waren. Gedurende de maand September was de temperatuur der lucht 0°,87 hooger dan die des booms. De uren der maxima voor den thermometer op het noorden waren drie tot vier uren vóór die in den boom, en de variatiën der temperatuur waren in dezen de helft van die in de lucht.
Vervolgens werden vergelijkende waarnemingen gedaan op eenen pruimenboom en op eenen daarnevens geplaatsten dooden en verdroogden boom. Dezelfde resultaten werden verkregen. Becquerel besluit daaruit, dat de warmteverschijnselen, die gedurende den loop des dags worden waargenomen, alleen afhangen van den verwarmenden invloed der zon en geenszins van de scheikundige werkingen in de weefsels.
Om de sterkte van den regtstreekschen invloed der zonnestralen nader te bepalen, bragt hij den elektrischen thermometer 15 centim. diep in den stam eens pruimenbooms, die gedurende een groot gedeelte van den dag door de zon beschenen werd en bovendien nog beschut was door een muur, die de zonnestralen terugkaatste.
Van den 2 tot den 11 September bedroegen de gemiddelde temperaturen:
in het binnenste van den boom 20°,94;
in de lucht, op 16 el boven den grond, 18°,70.
De verschillen tusschen het maximum en het minimum waren:
in den boom . . . . . . 13°,07;
in de lucht . . . . . . . . 8°,05.
De tijdstippen van het maximum waren:
in den bodem 2 uur 45 minuten;
in de lucht 3 uur.
Gedurende eenige dagen klom de temperatuur in den boom tot 35° en zelfs 37° en bedroeg hare variatie 24° tot 25°. Hieruit blijkt derhalve, hoezeer de boomen zich, even als andere ligchamen, die de warmte gebrekkig uitstralen, onder den invloed der zon verwarmen kunnen. Door denzelfden boom te omgeven met een koker van blik, werd deze verwarming dan ook dadelijk sterk verminderd. De verschillen tusschen de beide maxima bedroegen toen, namelijk van 15 tot 22 September:
in den boom . . . . . . 5°,2;
in de lucht . . . . . . . . 9°,5.