Eene andere voorwaarde voor het ontstaan van zandstuivingen is, dat het zand droog ligt. Van daar stuift dit nimmer dieper dan de zoogenoemde wel; en houdt buitendien het stuiven op, wanneer het regenwater veelvuldig in de uitgestoven plekken staan blijft. Er vormen zich dan ondiepe meertjes, die echter zelden anders dan bij winterdag water bevatten. Elders veroorzaakt het vocht, dat er zaden kiemen en opslaan, en de grond wordt met een plantendek bekleed, dat, zelve aanleiding gevende tot het bewaren van vocht, en dit als eene spons opzuigende en bewarende, een al dikker en dikker plantendek te weeg brengt, dat eindelijk in veen verandert. Zoo is het veelvuldig voorkomen van veentjes, te midden van zandstuivingen, gemakkelijk te verklaren. Jammer dat deze meertjes, te midden dier opgestoven zandheuvels van allerhande teekenachtige vormen, meestal alleen des winters water bevatten. De weinigen, die zich ook des zomers als meertjes vertoonen, geven zulk eene uitmuntende gelegenheid tot het aanleggen van buitenplaatsen, dat zeker de waarde der zandstuivingen, voor dat bepaalde doel, aanmerkelijk zoude rijzen. Velen mijner lezers zullen misschien het pitoreske landgoed de Hondsberg bij Oisterwijk in Noordbrabant kennen. De zoogenoemde Vennen aldaar zijn dergelijke meertjes, de met dennenbosschen en ander hout bezette heuvels, welke deze zoo schilderachtig omsluiten, zijn opgestoven zandheuvels.
In Noordbrabant vindt men, over het algemeen, veel meer waterplassen op de zandgronden, dan in de velden van de meer noordelijk liggende provinciën, waar ze, als het Uddeler meer, nabij de plek, welke tot kampement voor ons leger dient, en als eenige weinige soortgelijke plassen in het Zutphensche, slechts zelden aanwezig zijn. Wellicht hangt dit te zamen met de leembanken, die zeer algemeen in de zandgronden van Noordbrabant en de Kempen voorkomen en deze duidelijk onderscheiden van de Geldersche, de Overijsselsche en andere zandgronden.
Maar behalve droogte ten aanzien van het grondwater, vereischt het zand ook volstrekt droogte van boven. Bij regen en sneeuw kunnen wij gerust die Nederlandsche Sahara's bewandelen, zonder vrees voor het digtstuiven der oogen; maar weinige dagen, in den