Pagina:Album der Natuur 1861.djvu/512

Deze pagina is proefgelezen
96
ALBUM DER NATUUR.— WETENSCHAPPELIJK BIJBLAD.

2. De woonplaats der oude macrocephali van hippocrates, strabo, herodotus, xenophon, scylax is moeijelijk te bepalen, maar schijnt, volgens de onvolledige berigten dier schrijvers, noordwaarts van de Grieksche koloniën in de Krim geweest te zijn.

3. De bewijzen, dat de Hunnen hunne hoofden misvormd hebben (sidonius apollinaris; gedenkpenningen op attila enz.), zijn ontoereikend en de gedachte, dat die schedels aan Hunnen hebben toebehoord, wordt daardoor wedersproken, dat de Hunnen Mongolen waren, en de genoemde schedels het Mongoolsche karakter missen.

4. Het allerwaarschijnlijkst hebben deze schedels behoord aan de Avaren der middeleeuwen, een mengsel van verschillende volken, waarin ook de Hunnen waren opgenomen. Uit vergelijking met één hoofd van een tegenwoordigen Kaukasischen Avaar zou blijken, dat de (brachycephale) schedelvorm der nieuwere Avaren juist die is, welke aan de onderhavige schedels eigen was vóór zij misvormd werden. De door troyon te Lausanne en door gosse in Savoije gevonden misvormde schedels hebben met die uit de Krim niets te maken; nog minder de Macrocephalus asiaticus van blumenbach, een Denenschedel te Göttingen enz., welke niets anders zijn dan zoogenaamde scaphocephali, namelijk zijdelings sterk zamengedrukte, door het ontbreken der sutura sagittalis en een zeer lang uitgestrekten vorm zich onderscheidende dolichocephale of langhoofdige schedels, welke vorm des hoofds, zegt r. wagner in zijn berigt over von baer's geschrift, ook in Duitschland meermalen voorkomt bij "die ongelukkigen, voor wie geen hoedenmaker een vastzittenden ronden hoed maken kan." Over deze aangeborene misvorming des hoofds heeft Dr.humphry minchin eene verhandeling geschreven in Dublin quarterly journal of medicine. Vol. XXII, pag. 350. (Mémoires de l'Académie des Sciences de St. Petersbourg, VIIe'série, Tom II, no. 6; froriep's Notizen, 1861, Bd. III, S. 305.)