Pagina:Architectura vol 005 no 011.djvu/3

Deze pagina is proefgelezen
13 Maart 1897.
65
ARCHITECTURA.

Art. 31.
De redactie van de werken van het Instituut is opgedragen aan een hoofdredacteur en één of meer mederedacteurs, daarin bijgestaan door eene commissie van redactie.
Art. 32.
De hoofdredacteur geniet eene bezoldiging van minstens f2400,— en hoogstens f3600,—, de mederedacteur of mederedacteurs elk van minstens f1000,— en hoogstens f2000,—.
Zij worden, voor den tijd van drie jaren benoemd en de bedragen hunner bezoldigingen vastgesteld door den raad van bestuur.

enz.

Zij, die met den volledigen inhoud wenschen kennis te maken, richten hun aanvrage aan den heer g. alpherts, departement van koloniën, Technisch bureau, te ’s gravenhage. Het is duidelijk, dat in ’t geval van eene eventueele aansluiting van meerdere Bouwkundige vereenigingen in ’t boven aangehaalde concept vele punten zouden gewijzigd moeten worden, aangezien alsdan die aan leden rijke sectie weder in plaatselijke vereenigingen zou te splitsen zijn, elk met haar bizonder huishoudelijk reglement — en wellicht ook huishoudelijke middelen.
In ’t bijzonder met het oog op de aanstaande wetsherziening van architectura et amicitia kan het van belang worden geacht, om thans deze zaak in ’t orgaan dezer vereeniging te bespreken, voordat die plannen van samenwerking der ingenieurs-vereenigingen in nadere behandeling worden genomen.
De aanhangers van een bondgenootschappelijk optreden zullen in elk gaval gaarne kennismaken met de door den heer alpherts voorgestelde organisatie.

een bouwkundig-ingenieur.


VRAGENBUS. j. v. a. te antwerpen.

Wat verstaat men door breuksteen? (door de Fransche benaming op te geven, indien er een bestaat zou het woord voor mij geheel opgehelderd zijn.)

A. In „Onze Bouwmaterialen” van v. d. kloes vindt men daaromtrent o. m. het volgende: „Het kan bestaan uit geheel onregelmatige steenklompen, die alleen aan den dagkant eenigermate gevlokt zijn, teneinde ze naar den den draad te kunnen werken. (Maçonnerie en moëllons bruts) of wel uit steenen, die zonder gelijk van vorm en afmetingen te zijn, aan alle zijden ten ruwste bekapt en nagenoeg gelijk van dikte zijn gemaakt. (Maçonnerie en Moëllons piqués.) Tot dit werk worden òf zoodanige gesteenten gebezigd, die door hunne hardheid voor geen regelmatige bewerking vatbaar zijn, òf afval uit steengroeven.
Dikwijls worden bij gebruik van breuksteen de hoeken en randen van het muurwerk in regelmatig behouwen grootere steenen en ook wel van metselwerk in baksteen opgezet.

Waar en wanneer kunnen de niet bekroonde ontwerpen prijsvraag, omschreven in no. 46 van het weekblad, worden teruggehaald en komt de beoordeeling in het weekblad?

De ontwerpen kunnen op nader in dit blad te bepalen tijd worden teruggehaald aan het adres van den heer w. kromhout, reguliersgracht te amsterdam of zullen aan de opgegeven correspondentieadressen worden teruggezonden.
De beoordeeling van de niet-aangenomen ontwerpen zal met nadere mededeeling betreffende de uitgaven worden gepubliceerd.


BOUW­KUNST EN VRIEND­SCHAP TE ROT­TER­DAM. ver­ga­de­ring van dins­dag 9 maart 1897.

In deze vergadering trad als spreker op, de heer f. w. braat jr. met het onderwerp „Fabrikatie van voorwerpen in zink, brons, en ijzer.
Tot voor ongeveer 60 jaar, was het in ons land een gulden tijd voor de loodgieters; geen materiaal voor metalen dakbedekking bestond, dan lood of koper, materialen, die den loodgieter in de gelegenheid stelden om flinke rekeningen te maken, te meer, daar het toen gebruikte lood, van hoog zilver gehalte, en dientengevolgde duur was.
Een rilling ging dan ook door de leden der loodgieters, toen het zink in ongeveer 1835 zijn intrede in ons land deed; eerst werd het harde weinig buigzame materiaal eenvoudig afgekeurd, het was zoo moeilijk te bewerken, de knechts scheurden zich het goed en vel zeer dikwijls aan de scherpe kanten. Langzamerhand bracht echter de concurrentie van zelf mede, dat men zich meer voor het eerst zoo sterk afgekeurde materiaal ging intrresseeren.
Veel fouten in de bewerking werden natuurlijk in het begin gemaakt, zoo spijkerde men alles uit angst voor wegwaaien goed vast, zoodat na eenigen tijd alles scheurde.
Terwijl het zink verbeterde ging het lood in kwaliteit achteruit, doordien niet meer het zuivere bloklood, doch veel afval van lood en ook oud lood werd omgesmolten tot nieuw; daar er dan vuil e.a. inkomt, en het niet voldoende wordt afgeroomd, wordt het lood hard en bros, en verteert spoedig. Den meesten waarborg levert nog het gestreken of gegoten lood, daar voor het gieten het lood zeer vloeibaar moet zijn, en er dus weinig bijmengselen in kunnen zijn. Uit een hierover met eenige leden gevoerde discussie bleek ten slotte: de eenige waarborg voor het verkrijgen van goed lood ligt in een chemisch onderzoek.
Voor zink, dat langzaam beter werd, door de verbeterde walsen en ertsen prefereerde spr. nog steeds het Silezische zink, hoewel ook het Belgische en Spaansche als ook het Duitsche zink soms van zeer goede kwaliteit is.
Men zorge echter steeds, dat het afkomstig zij van een solied vertrouwbaar fabrikant. Wat betreft het gebruik van lood of zink voor daken b. v. van torens, raadde spr. aan wanneer geen geld genoeg beschikbaar is voor 35 ponds lood, liever zwaar zink b.v. no. 18 of 20 te nemen.
Omzetten tot haken of klangen is dan bij zulk zwaar zink natuurlijk niet geraden, en zal het zink op zeer oordeelkundige wijze moeten worden toegepast.
De kleur van het zink, in het begin leelijk, wordt na een paar jaar aangenaam; op een vraag van den voorzitter, of deze leelijke kleur niet direct was weg te nemen, werd door spr. na eenige discussie met sommige leden opgenoemd z. g. n. plombagine, een soort verfstof, indertijd ingevoerd, doch waaromtrent alleen ongunstige resultaten bekend waren, verder selicaat dat langen tijd goed blijft, voorts beste verfstoffen, die goed worden gewreven, en vervolgens als damponeerwerk worden opgebracht, iets waarvan spr. zeer goede resultaten had gezien.
Ook voor imitatie brons is het zink zeer geschikt, de bronslaag wordt langs galvanischen weg uitgebracht, en de producten zijn soms zeer moeilijk van echt bronzen te onderscheiden.
Het ijzer is een mooi, doch zeer moeielijk te verwerken materiaal, de kunst om dat materiaal recht te doen wedervaren, zoo hoog gestegen in de middeleeuwen, raakte in verval tot voor ongeveer 30 jaren.
Sedert dien tijd, is een goede vooruitgang merkbaar, en ziet men meer en meer goede producten, zoo van aesthetische als van technische kunstwaarde.
Spr. toonde aan verscheidene voorwerpen, in de zaal geëxposeerd, deze beide eischen vereenigd en toonde de laatste bij verscheidene dezer werkstukken aan, door een beschrijving te geven op welke wijze b.v. uit één staaf ijzer, een roos, een kelk enz. door opstuiken, kloven, buigen en rekken, zoodat het geheel, als technisch kunstwerk, verre staat boven de bloemen enz. met losse geperste bladen enz.
Verscheidene teekeningen en fotographieën en werkstukken in de zaal aanwezig, dienden verder tot bespreking en gedachtenwisseling tusschen spr. en toehoorders.
Nadat de voorzitter den spreker had dankgezegd voor zijn voordracht, deelde hij mede, dat de interessante collectie teekeningen en werkstukken gedurende 2 dagen in het lokaal zouden blijven tentoongesteld voor de leden en het publiek.


TECH­NI­SCHE VAK­VER­EE­NI­GING afd. den haag. ver­ga­de­ring op 6 maart 1897.

Na het openen der vergadering en goedkeuren der notulen werden drie nieuwe leden met algemeene stemmen aangenomen.
Daarna kwam aan de orde de voorlezing van het verslag (Levensverzekering tegen ongelukken enz.) uitgebracht door de daarvoor benoemde commissie, een der leden vroeg of er ook onderzoek naar de soliditeit van de verschillende maatschappijen was gedaan, omdat de uitbetaling in sommige gevallen wel iets te wenschen overliet. Daarna bedankte de voorzitter de commissie voor hunne werkzaamheden, daarbij werd deze commissie tevens ontbonden, bepaald werd de verdere desbetreffende werkzaamheden aan het Hoofdbest. op te dragen daar het meer de vereeniging in het algemeen dan de afd. gold. Een lid beantwoordde de vraag over de Belgische steen en kwam door de verschillende attesten tot de conclusie dat de Hollandsche steen de voorkeur genoot boven de Belgische. De tweede vraag was beantwoord geworden door het blad De Ambachtsman, en deze keurde het branden van palen af en op vraag no. 3 was nog geen antwoord ingekomen van het Hoofdbest. daar deze zaak veel tijd en studie eischt. Van het Hoofdbest. was een schrijven ingekomen dat voortaan alle leden der T. V. V. toegang hebben op vertoon van ’t Diploma en tegen betaling van 10 cts. op alle tentoonstellingen. De vragenbus bevatte 3 vragen welker beantwoording wegens het vergevorderde uur werd uitgesteld tot de volgende vergadering.
Niets meer aan de orde zijnde sloot de Voorzitter de vergadering.

BERICHTEN.

— In een rapport door den Technicus van „Holborn District” Board of Works te london uitgebracht omtrent den stand van ’t tramway-wezen in berlijn lezen wij dat aldaar thans voor 1.600.000 inwoners zijn aangelegd 4.500.000 M. rijweg, waarvan 1.500.000 met asphalt bestraat en 65000 M² met hout. Neemt men de gemiddelde straatbreedte op 10 M. dan is er 450 kilometer straat, daarin liggen 400 K. M. tramway meest dubbel spoor dus 200 K. M. straat heeft tramwayverkcer.
Van de verdere bijzonderheden opgenomen in the Architect (12 febr.) merken wij hier alleen aan, dat stoom niet voor beweegkracht wordt gebruikt maar electriciteit daarentegen zeer veel.

— De door de Maatschappij tot Bev. der Bouwkunst te houden tentoonstelling van architectuur, kunstnijverheid, decoratief schilderwerk enz. zal worden geopend in het gebouw marnixstraat 402 te amsterdam, op woensdag