— 15 —
tuurkundigen, door zijnen mededinger zich ziet voorbij snellen? Liever wijs ik U op een hooger en edeler voordeel, dat de beoefening der natuur wetenschappen aan den mensch oplevert: zij is namelijk het voornaamste middel tot vorming en beschaving van geest en gemoed.
Het onderzoeken der grondstoffen, waaruit alles wat ons hier op aarde omgeeft bestaat, het nagaan harer eigenschappen, harer onderlinge verbindingen, het opsporen van de oorzaken der verschijnselen, die wij bij deze verbindingen waarnemen, het besluit trekken uit waargenomene verschijnselen en het toetsen dezer besluiten aan op andere wijzen genomene proeven, ziet daar de vorming van den geest, die de scheikunde ons aanbiedt.
De natuurkunde daarentegen, die in de stof slechts stof ziet en zich om geene verscheidenheid bekommert, leert het jeugdige verstand het opsporen der wetten, volgens welke de in de stof huisvestende krachten werken, en het nagaan van het verband der