Pagina:Bijbel, 1888 Statenvertaling, Jongbloed Editie.pdf/1727

Deze pagina is proefgelezen

16:18—24

1 Korinthiërs

1724

zen hebben vervuld hetgeen mij aan u ontbrak;

18. Want zij hebben mijn geest verkwikt, en ook den uwen. Erkent dan de zodanigen.

19. U groeten de Gemeenten van Azie. U groeten zeer in den Heere Aquila en Priscilla, met de Gemeente, die te hunnen huize is.

20. U groeten al de broeders. Groet elkander met een heiligen kus.

21. De groetenis met mijn hand van Paulus.

22. Indien iemand den Heere Jezus Christus niet liefheeft, die zij een vervloeking; Maran-atha!

23. De genade van den Heere Jezus Christus zij met u.

24. Mijn liefde zij met u allen in Christus Jezus. Amen.

« De eerste brief aan de Korinthiers werd geschreven vanuit Filippi door Stefanas en Fortunatus en Achaicus en Timotheus. »