Pagina:Bosboom-Toussaint, De Alkmaarse wees enz. (1886).pdf/149

Deze pagina is proefgelezen

ons tegen. Wat kon hij, dan ijdele woorden uiten, die toch niets zouden veranderen en niets zouden goed maken? Om hem recht te doen, moet ik zeggen, dat hij zich overigens een goed bloedverwant heeft getoond. Wij danken het hem, dat vader in ruste zijne dagen op Plainty-Hill heeft kunnen eindigen, hoewel hij met zijn bisschop betrokken werd in het proces van den aartsbisschop Laud."

»Eilieve, moei Harriët! uwe vertelling heeft vrij lang geduurd," riep nu de heer des huizes, opstaande en het schaakspel door elkander werpende. »Keredith heeft de partij aan mij verloren en zijne revanche genomen in dien tijd."

»Evenals Lady Carlisle," glimlachte Alfred.

»Maar, Grant-aunt, hoe hebt gij dat alles zoo kunnen onthouden?" vroeg Deborah.

»Lieve nicht, ik heb het eigenlijk niet onthouden maar veeleer van buiten geleerd. Het gesprek van Lady Carlisle met John Pym had voor mij nog zooveel duisters, schoon ik alle woorden had verstaan en ze onuitwischbaar in mijn geheugen waren gegrift, dat ik in de lange nachten, waarin ik bij Lovely waakte en gedurig met mijne gedachten bij die verschijning bepaald bleef, die woorden heb opgeschreven in mijn dagboek, en ze daarna vele malen las en herlas; daarom, toen ik te Londen woonde, waren de handelingen van die vrouwen van Master Pym mij niet meer onverklaarbaar zooals voor velen, sinds ik wist welke vreeselijke en onheilige roerselen hunne zielen bestuurden, en aan welke booze hartstochten zij hunne harten hadden overgegeven.

»En nu, kinderen! tot onzen avond-godsdienst, en zegent uw lot en uw staat, die u verre houden van zulke menschen en van zulke verzoekingen als de hunne!"


 1851.