Pagina:Bosboom-Toussaint, De Alkmaarse wees enz. (1886).pdf/54

Deze pagina is proefgelezen

»Het tweede huwelijk mijner moeder, en hare volstrekte geheimhouding over den naam, dien zij vroeger gedragen had, was er zeker oorzaak van."

»Ja; en te Sombreuil, werwaarts ik heenreisde, was ook alles veranderd. Het kasteel was vernieuwd, en bewoond door eene vreemde familie. Mijn goede vriend de pastoor leefde niet meer, en de jagersvrouw, voor wie ik mij zelfs nog onbekend moest houden, wist niet waar gij u bevondt. Maar zij wist toch iets, zij wist het adres van den notaris van Mevrouw de St. Var, omdat zij aan dezen eenmaal pachtgeld had moeten toezenden. Zij gaf het mij, en door dezen zond ik u mijn laatsten brief toe, die zonder antwoord bleef, hoewel ik er u in bad, eenvoudig op dezelfde wijze terug te schrijven aan Edgar."

»Dat komt, omdat die mij eerst heden is in handen gekomen." En de jonge hertogin vertelde hem de geschiedenis van de uren in haar armstoel gesleten, ten wille van haar kapsel.

»Danken wij het daaraan, dat ik op was, dat ik uwe hand kon vergelijken, hoop kreeg op herkenning, en dat het u niet " mogelijk was mij in den slaap het somber ontwaken voor te bereiden, dat gij mij hadt toegedacht!" sprak zij met zacht verwijt.

»Al die wreedheid, al dat onrecht jegens Mevrouw de hertogin de Thionville was toch liefde voor Antoinette," hernam hij, hare hand kussende.

» Mevrouw de hertogin!"

»Wat is er, Brigitte?" vroeg deze, een weinig verdrietig over de stoornis.

»Het is half zes in den ochtend, Mevrouw! en de pluimen zijn aangekomen.

»Ik begrijp u, Brigitte! gij wilt aan mijn toilet beginnen, en ik dank te veel aan mijn kapsel, om het ditmaal niet in vollen luister te dragen. Gij moogt komen, Brigitte!"

»En ik beloof u, dat ik u niet veel meer de verveling van zulk een kapsel vergen zal; want als wij deze gasten ontvangen hebben, en onze vereeniging dus op schitterende wijze hebben aangekondigd en gevierd, geloof ik, dat gij het met mij eens, zult zijn over eene eenvoudige levenswijze."

»Ik maak mij nog altijd hetzelfde denkbeeld van geluk, als