Pagina:Bosboom-Toussaint, De Alkmaarse wees enz. (1886).pdf/99

Deze pagina is proefgelezen

hebben zijne meesteres daarvoor rechtstreeks in te roepen, had hij Cesarine geraden, zich door een biljet aan te bevelen bij de voomame dame, voor wie zij had gewerkt, om op die wijze zich bekend te maken. Zij had; Justin’s raad gevolgd, en hij had goedgevonden dit biljet, met het adres, in den zak van de robe zelve te bergen. Later begreep hij het ongenoegzame van dien maatregel; toen had hij zelf aan de Prinses van Oranje mede gedeeld: dat eene Fransche vluchtelinge van hooge geboorte zich in gansch verlaten toestand bevond, te bescheiden en wel licht te fier was, om iemands hulp in te roepen, dat zij door vrouwelijke handwerken haar onderhoud wilde zoeken, en dat de herstelde kanten, die Mevrouw de barones F. dien avond zou dragen, als proeve konden strekken van hare kunstvaardigheid. Men ziet hoe dit had gewerkt. Als men vraagt hoe het een lakei gelukte, zijne supplicatie zoo spoedig onder de oog en eener Prinses te doen komen, dan bewijst men zijne onkunde in de inrichting der paleizen, waar de livrei elkaar gewoonlijk de beste en snelste diensten doet. Justin was réfugié en de Prinses van Oranje, die zich bijzonder toelegde, om, zooveel zij kon, de wreede onrechtvaardigheid van Lodewijk XIV jegens zijne onderdanen goed te maken, had Franschen van zijne kennis in haar dienst.

Justin dankte zeker aan hare tusschenkomst, dat hij zijne volle vergiffenis kreeg van Mevrouw F. Cesarine kreeg den volgenden morgen eene uitnoodiging van de Prinses van Oranje, om zich op het huis ter Noot te laten vinden.

Zij achtte het onnoodig, haar waren naam voor deze edele beschermster te verbergen, en in vollen zin toonde zich Maria dat vertrouwen waardig. Cesarine de Blanchefort werd opgenomen onder de dames van het huis ter Noot onder welke, hare kunstvaardigheid haar eene onderscheidende plaats gaf, terwijl haar beminnelijk karakter en vrome zin haar zoovele vriendinnen verzekerden, als zij er geloofs- en landgenoot en vond.

Haar vast vertrouwen op den Heer der hulpe was niet teleurgesteld; zij ondervond in Holland de waarheid van des Heilands woord: »Zoo wie om Mijns naam wil zal hebben verlaten huis of broeders, of zusters of vader of moeder, hij zal honderdvoud terug ontvangen."