Pagina:Bosboom-Toussaint, De hertog van Alba enz (1885).pdf/211

Deze pagina is proefgelezen

tigheid gepredikt, om niet alles te bederven door overhaasting en hartstochtelijkheid, en de Jonkvrouw zelve, die daar voor hem stond in al den luister van haar nieuwen rang en in den vollen bloei der maagdelijke schoonheid, was voor hem eene zóó geheel andere dan de kleine, aanvallige Jehanne, die hem te gemoet sprong, als hij de moederlijke woning naderde, die vertrouwelijk hare hand in de zijne legde, en hem meetroonde naar hare bloemen, dat de gedachte aan de oude gemeenzaamheid niet eenmaal in hem opkwam, maar plaats maakte voor eerbiedigen schroom, die zelf het eerst huiverde van eene toenadering. En met vrouwelijke intuitie, met den scherpen blik der liefde, had zij geraden wat er in dat harte omging te dier stonde — had begrepen, hoe lange jaren van lijden en strijden dat hartstochtelijk gemoed hadden geschokt en verbitterd; hoe er eene diepgewonde ziel te genezen was en een gebogen geest op te richten en te verhelderen. Zalige, echt vrouwelijke taak, die zij voelde, dat hier moest worden aangevangen, en die zij op zich nam, zonder valsche geestdrift, maar in alle stilte, maar bereid tot iedere zelfverloochening. Behendiglijk had zij een toon gevat, even ver van vervreemding die kwetsen kon, als van zulke gemeenzaamheid die uitlokte tot een vergeten van den afstand, die hen scheidde. Zij beloofde hem niets, niet eens hare bescherming; maar hij ging van haar met de zekerheid, dat hij niet voor de laatste maal daar was, en dat zij zich bezighield met zijne fortuin, met zijne toekomst. Coquinet, die zeer had gevreesd voor eene uitbarsting van Jehan's hartstochtelijkheid, wetende hoezeer hij hooggevoelende was en prikkelbaar, en hoe kwalijk hij zich kon voegen naar die vormen, waar alledaagsche menschen zich zoo licht in schikken, was wel voldaan, dat de eerste samenkomst zonder schokken of ergernissen had plaats gevonden; en nu hij zag, hoe zijn lijdende vriend, als een herstellende kranke, bij den dag beterde, was hij gerustgesteld, en verheugde hij zich over den invloed dier geheime liefde, die hij nu uit al zijne macht beschermde en tegen de blikken van afgunst en bespieding trachtte te veiligen. Jehanne's goed overleg en Jehan's volgzaamheid aan hare zachte leiding maakten hem dien vriendschapsdienst niet zwaar. De heftige, opvliegende kunstenaar, door wederspoeden en miskenning bijna tot woestheid en menschenhaat geprikkeld, boog zich lijdzaam en gewillig onder het juk, dat eene teedere belangstelling hem oplegde, en hij, die tot hiertoe allerlei