harer bedienden kon rekenen. Met ontzetting overwoog zij, dat ze de Maulde verbannen had, en Cosmo ongetwijfeld zijn kapitein zou gevolgd zijn; dat de Baron North en een paar andere edellieden even te voren vertrokken waren, na een kort overleg met Modet zelf. Zij voelde zich weerloos, zij sidderde, en zij had niets dan hare tranen. Op het oogenblik, dat zij de deur van haar kabinet opende, drongen twee der burger-hoplieden en twee gildemeesters van het bijlhouwersgilde zich tusschen haar en die opening, terwijl één van hen sprak:
»Voorwaar, neen, mevrouw! gij zult u niet afzonderen en u niet ter ruste begeven, vóórdat ge ons dit vreemde feit hebt ontraadseld. Hier schuilt verraad onder." En de ruwe man, die dit sprak, wilde haar arm vatten; maar met eene rappe bezinning en een kloek besluit snelden twee mannen ter hulpe aan: de één naar de kleeding eenvoudig soldenier, doch in wien wij de Maulde herkennen; de andere een schitterend krijgsoverste, de ridderlijke Drake. De eerste, toegesprongen uit den hoek der zaal, waar hij bespiedde wat er voorviel, trok den bijlhouwer achterwaarts, en dwong hem tot eene worsteling, die Sir Francis tijd gaf, den degen te trekken, de anderen door dit wapen in ontzag te houden en de deur te openen voor de Prinses, die hem dankte met zulken welgevalligen glimlach en zulken blik, dat de Maulde zich de lippen beet van spijt en ergernis, dat hij zijne vermomming moest houden en zijne ridderdiensten incognito moest verleenen. Toch waren de zijnen niet de zwaksten; een paar cavaliers, zelfs van deze dapperheid, konden op den duur weinig hulp bieden tegen een twintigtal opgewonden mannen van allerlei stand en meest van ruwen aard en bedrijf. Overtuigd, dat de Prinses voor ’t oogenblik genoeg beschermd was door Drake, ijlde hij weg om Cosmo het sein te geven, waarop deze met zijne krijgslieden zou binnentreden.
Op het zien van gewapende mannen, liet men af van de jonge