Pagina:Bosboom-Toussaint, Een Leidsch student in 1593 enz (1888).pdf/287

Deze pagina is proefgelezen

gevoel getuigde, hem aan hare voeten zou werpen, ondanks alles wat hij geleden had, maar… konde hij dat nu inroepen?… Daar viel het hem plotseling in, dat hij toch iets konde doen… dat haar aan het verledene zoude herinneren, dat haar wel. licht… iets van die smart zoude toebrengen, die hij zelf leed… haar toonen dat ook hij een gegeven woord had gebroken… en niet meer op haar raad achtte, en onder dien inval liet hij op eens den arm van de la Rivière los, zeggende: »Ik moet toch courtoisie oefenen jegens de vriendin mijner moeder," en met al de levendigheid van eene zenuwachtige overspanning naderde hij de Prinses de Chimay en verzocht de eer haar geleider te mogen zijn.

De Prinses stemde lachend toe; dat was eene conquête, waarop zij niet had kunnen rekenen op haar leeftijd, en welke, wij moeten het erkennen, haar zeer weinig misgund werd door de jongere dames, die den stuggen, droomerigen Jonker van Culemborg zoomin benijdden aan eene dame, die zijne moeder had kunnen zijn, als aan zijn Gouverneur, en die onder elkander fluisterden en ginnegapten over zijne keuze. Maar Floris scheen het te raden, dat men zich over hem meende vroolijk te maken, en dat de Prinses alleen uit goedwillige inschikkelijkheid den arm van een knaap had aanvaard, terwijl ze nog in dezen haar rijpen ouderdom gewoon was aan de galanterie van de Lauzuns van dien tijd, en hij was slim en behendig genoeg om eens vooral te bewijzen, dat zoo hij zich van de vrouwen terugtrok, het niet was omdat hij de povere druiloor was, die niet met haar wist te leven. Hij was wild, vroolijk, vermetel, scherp en dartel in zijn scherts, zooals alleen een kind, of een roué het zijn kan, en onbezonnen genoeg om eene Chimay [1] te doen glimlachen, hare toejuiching af te dwingen, en haar te doen verklaren, dat er in hem de stof was voor een galanten cavalier, dat hij daartoe slechts een weinig leiding noodig had;… dat zij zelve zich belasten wilde met hem verder te vormen!

»Welk een voorrecht, mevrouwe! Ik zie komen dat ik de vol-

  1. Wie van de Prinses de Chimay meer wil weten, en van de redenen, waarom zij te Leiden zelfs onder den burgerstand als eene beruchte coquette bekend stond, doorbladere de Leycestersche Vrouwen, en Gideon Florensz.