Pagina:Bosboom-Toussaint, Een Leidsch student in 1593 enz (1888).pdf/87

Deze pagina is proefgelezen

door hem geleid), koos hij partij voor het verdrukte volk, met die wijze behoedzaamheid en matiging, die de doldriftige Brederode en de heftige Mansfeld niet zelden vergaten; evenals deze wachtte hij niet, gelijk Hoorne en Egmond, op onhoudbare stelling, de komst van Alba in Nederland af, maar trok zich bijtijds terug door voorzichtige uitwijking, om, gelijk deze, in die vrijwillige ballingschap gestadig het oog gericht te houden op het groote doel; om hem ter zijde te staan in alles, wat hij beraamde, om uit te voeren wat hij aanwees, op zulke wijze, dat zijne levensgeschiedenis van toen aan als ingeweven is in die des grooten bevrijders! Maar ook als deze was hij niet gelukkig in de keuze eener tweede gemalin, zonder als hij, het voorrecht te hebben, zijn huiselijk leed later geheeld te zien door twee achtereenvolgende deugdzame en liefhebbende huisvrouwen Van Pallant-Culemborg moest den keten, die hem zoo zwaar viel, meesleepen tot aan zijn einde, en die knelde hem te meer, daar eenmaal zachter banden hem hadden omgeven. Zijne eerste gemalin Elizabeth, Gravinne van Manderscheidt, waarmede hij in ’t jaar 1564 huwde, eene vrome, zachtmoedige vrouw, die hem vermoedelijk met de Luthersche religie, die zij beleed, verzoende, zonder er hem toe over te halen, ontviel hem te midden zijner ballingschap, toen hij meest haar troost behoefde, en liet hem een kind achter, eene dochter, die gedurende zijne omzwerving aan de grootouders te Bieberich werd toevertrouwd. Maar van Pallant had behoefte aan de liefde eener vrouw op den zwaren levensweg, en zonder Elizabeth te vergeten, voelde hij zich aangetrokken door hare verwante, Philippa-Sidonia van Manderscheidt, Blankenheim-Gerolstein, in wie zich schoonheid met schranderheid vereenigde, en daar de Nederlandsche Graaf, ondanks den druk van het oogenblik, eene goede partij was voor eene Duitsche Gravin, kwam dit huwelijk vrij spoedig tot stand; doch het werd voor hem de bron van rampen, grieven en kwellingen, die hem nog zwaarder moesten wegen dan de groote uiterlijke tegenspoeden, omdat ze hem in ’t harte nepen en in de eere tastten, Toch was het eerste tijdperk van dezen echt niet ongelukkig, Nog in Duitschland werd de Gravin moeder van een kind, dat echter kort na de geboorte overleed. Kort na de wederkomst in het vaderland, schonk zij den Graaf nieuwe vadervreugde: 23 Mei 1577 werd hem op het kasteel Culemborg een