Pagina:Bosboom-Toussaint, Een Leidsch student in 1593 enz (1888).pdf/95

Deze pagina is proefgelezen

de huiselijke storm losbrak, die de Gravin uit het kasteel van Culemborg verwijderde; hij was in zijn zesde, toen het Keulsch Verdrag haar naar Duitschland verbande; hij kon dus niet eens bewustheid hebben van de moederlijke liefde en zorge, waarvan hij was beroofd; de vader had hem omringd van zijne getrouwen, die den naam niet mochten uitspreken van haar, die zijn moest als eene doode voor dat kind, en toch werd de oude bondgenoot van Oranje door die vrouw verkloekt en overwonnen, in dezen treurigen wedstrijd. »Een vrouw is duysent mannen t’ erg," zegt Vondel, Hoe sterk dus de vrouw, die moeder is, die alles durft wagen en die niets meer heeft te verliezen!

Wij zijn verre van de Gravin te prijzen, waar zij list gebruikte en zelfs geweld niet heeft gespaard om de hand te hebben in de opvoeding van haar zoon, en invloed te verkrijgen op zijn geest. Ootmoedige berusting in een gemis, waaraan zij zich zelve door een onwaardig gedrag had blootgesteld, ware zeker meer prijselijk en aan hare eigene gemoedsrust meer bevorderlijk geweest… doch wij geven de Gravin niet zooals zij had moeten zijn, maar zooals zij geweest is, en dan verschijnt ze ons als moeder: zeer werkzaam, zeer behendig, zeer krachtig van raad en van daad, op alles het oog houdende, het kleine zoowel als het groote, niets overziende, niets verachteloozende, wat tot haar doel kon leiden, weinig kiesch op de middelen, waardoor zij tot haar doel kwam, zonder dat men gerechtigd is dat doel zelf zoomin als de uitkomst af te keuren, terwijl men den Graaf niet volkomen van bekrompenheid, eenzijdigheid en harde zelfzucht kan vrijpleiten bij de plannen, die hij had met zijn zoon. Dat zij niet werden doorgezet, dat de jonge Graaf in de gelegenheid werd gesteld, tot het verkrijgen van meer wetenschappelijke kennis, en krachtiger ontwikkeling dan voor hem op ’t slot Culemborg mogelijk was, dankt hij zijne moeder.

Dat van Pallant-Culemborg zeer verre af was van te rekenen op de berusting zijner gemalin, waar het hare scheiding van zijn zoon gold, bewijzen ons de veelvuldige voorzorgen die hij nam, zoowel om eene oplichting te voorkomen als om alle verstandhouding van Sidonia met haar zoon te weren, ware het ook door derden. Van kind af liet hij hem omringen door eene menigte wel vertrouwde personen, en liet hem, om het zoo eens uit te drukken, à vue bewaken, hoewel hij in zijne onmiddellijke nabijheid was,