Pagina:Bosboom-Toussaint, Eene kroon voor Karel den Stouten — Don Abbondio II (1888).pdf/109

Deze pagina is proefgelezen

alliance et amitié mais pure jalousie.” Ook ijverzucht op vrouwengunsten en hartstochten mengden zich er in. De Bourgondische Edelen, met hunne schilderachtige weelde, met hunne losse bevalligheid in houding en manieren, met hunne Fransche bespraaktheid, met eene overhelling tot galanterie en zwier, vrooIijk, lichtzinnig. uitmuntend in alle ridderlijke oefeningen, edelmoedig en rijk, hadden menigen Duitschen minnaar verdrongen, menigen Duitschen echtgenoot ontrust, menigen vader geërgerd, en menigen broeder den gloed op de wangen gejaagd; en de Bourgondische dames waren niet dáár; anders hadden zij wellicht uit grilligheid de Duitschers verkoren en gewroken. Men zou een ganschen roman kunnen voorzien van de liefdesintrigues, die op dit piquante verkeer te bouwen waren; doch wij zijn edelmoedig, wij sparen ze onzen lezers, en willen alleen aantoonen, dat de Markgravin in hare bitterheden en in hare partijdige oordeelvellingen nu beter begrepen werd en beter ondersteund dan vroeger; maar het waren slechts speldeprikken, en die niet eenmaal den vijand bereikten. De Keizer en de Aartshertog hielden te sterk de zijde der vreemdelingen, dan dat men gewaagd zou hebben te toonen wat men voelde. Eene vrouw rust zoo min in den haat als in de liefde. Wilfriede moest een ander wapen hebben; zij vond het. Onwillekeurig had zij iets van hare verbittering laten doorschemeren in de wrevelige verwijten, in de luide klachten, waarmede zij den Lombardischen handelaar hare ontevredenheid te kennen gaf over zijn onhandig bestel, waarachter zij nu nog hare nederlaag hoopte te dekken.

De Lombard was niet geheel wat hij scheen. Het is zoo; hij was de woekerende koopman, die zijn voordeel was komen doen met de behoefte van den Duitschen adel bij deze feesten; maar hij kwam uit Frankrijk; hij had somwijlen met Lodewijk XI gehandeld, en Lodewijk XI, die minder zag op den stand zijner dienaren, dan op hunne geschiktheid tot den dienst, die hij van hen eischte; die bovenal niet kiesch was in het aanwenden van middelen, welke zijne plannen konden ondersteunen, had hem eene geheime zending opgedragen, die juist door zijn eigenlijk beroep gemakkelijk werd gemaakt. Het zou onnatuurlijk zijn geweest, zoo de Fransche Koning, bloedvijand, zoo er