Pagina:Bosboom-Toussaint, Eene kroon voor Karel den Stouten — Don Abbondio II (1888).pdf/269

Deze pagina is proefgelezen

er onder vergat waar hij zich bevond… in eene der beste restauraties van Amsterdam!!

Al te gelukkig, dat men hem nu een weinig aan zich zelven overliet, bleef Don Abbondio zitten, zich het voorhoofd steunende, en de oogen dekkende met de beide handpalmen, misschien een weinig met het overleg van den struis, die met den kop in de struiken en den vijand niet ziende, zich tegen hem beveiligd acht, maar ook om na te denken over hetgeen er voorviel, en hoe hij zich er uit zoude redden…

Daar kwam de garçon van de restauratie en bracht hem zijn glas water, vergezeld van een goeden voorraad suiker, want men hield het er voor, dat de persoon, die dit gevraagd had, zich voorbereidde tot eene aanspraak of eene redevoering. Het was dezelfde knecht, die gewoon was hem op zijn wekelijksch collegie te bedienen; Don Abbondio herkende hem volkomen, hij was dus door geene hallucinatie getroffen, geene geestverwarring verbijsterde hem, hij haalde iets ruimer adem. Hij wilde den bediende voorzichtig toetsen, zonder zijne volstrekte onzekerheid en onkunde van hetgeen er voorviel bloot te geven:

— Jan, sprak hij, zouden de heeren Van L. en T. nog komen? Het waren de personen, met wien hij gewoonlijk partij maakte.

— Dat is niet denkelijk, mijnheer! althans, zij komen hier nooit, maar toch… nu uwé er is, zou ’t kunnen wezen.

— Ze komen hier toch altijd dinsdag…

— Als mijnheer blieft te bedenken, dat het hier nu wat anders is… en dat deze heeren de groote zaal voor vandaag hebben afgehuurd, en dat op verzoek van mijn patroon de directie van uw collegie maandag heeft genomen in plaats van vandaag… ’t Is in de Amsterdamsche courant geadverteerd

Don Abbondio voelde nú, dat het ook soms eene onvoorzichtigheid kon zijn geene couranten te lezen.

— Daarenboven is er een convocatie-biljet bij uwé aan huis gebracht, dat tegelijk van de verandering kennis gaf.

Nieuwe fout van Don Abbondio, hij nam nooit notitie van convocatie-biljetten, omdat hij toch nooit medestemde of bij een ballotage tegenwoordig wilde zijn.

— Maar Jan! toen je me hier zag binnengaan, hadt je me wel aan de verandering mogen herinneren.